Pathos Twin Towers
“Ma e un ibrido!”
Ik had het eigenlijk al moeten weten toen ik het woord opzocht in de encyclopedie. Pathos is afkomstig uit het Grieks en betekent eigenlijk lijden, maar ook aandoening, affect en hartstocht. In de antieke retorica staat het bij een redevoering tegenover ethos. (aard, karakter) Op mijn vraag naar haar eerste indruk had mijn vrouw geantwoord: “Chic”. En nog steeds had ik niets door. Maar welke Hollandse man haalt er dan ook een Italiaan in huis zult u vragen. En dan nog wel een wiens naam geassocieerd wordt met hartstocht. Gelijk heeft u. “Maar het is een hybride!” roep ik uit. “Nou en?” zucht mijn vrouw terwijl ze met een liefkozende blik naar het gloeiende object van haar passie kijkt. “Hij klinkt heerlijk!” Dan ben je als man uitgepraat en kun je alleen nog maar kijken, luisteren en hopen.
Kijken
Aan de achterzijde opnieuw eenvoud; vier RCA lijn niveau ingangen. Van links naar rechts zijn dat achtereenvolgens phono, cd, aux, tape in en tape out. Slechts eén set solide, en ik bedoel echt solide, uitgevoerde luidsprekeraansluitingen en geen pre out. Alle connectoren zijn uitgevoerd in 24 karaat goud. Bij mijn testexemplaar zit geen netkabel. Ik gebruik een gewone rubber netkabel. De IEC aansluiting maakt het mogelijk om met netkabels te experimenteren.
De afstandsbediening was in dit geval evenmin bijgesloten. De foto laat zien dat het hier gaat om een slank exemplaar dat uitgevoerd is in dezelfde hardhoutsoort als de zijpanelen en ik neem aan dat hij eveneens minimalistisch van opzet is.
Pathos Twin Towers
De techniek
Ook de techniek is het bekijken waard en ademt dezelfde eenvoud als het uiterlijk. Verantwoordelijk voor de techniek is Gianni Borinato, die samen met de eerder genoemde Paolo Andriolo en met derde man Gaetano Zanini in 1994 in Vicenza het bedrijf Pathos Acoustics oprichtte. Het bedrijf specialiseerde zich aanvankelijk in het ontwerpen van hybride ( combinatie van buis en transistor of halfgeleider ) versterkers maar daar zijn inmiddels andere producten aan toegevoegd. Het bedrijf heeft twee typen geïntegreerde versterkers in hun productenaanbod. De Classic One van fl. 4055,- is het instapmodel, gevolgd door de in twee uitvoeringen verkrijgbare Twin Towers. De Twin Towers C kost fl. 9942,- terwijl de door de Nederlandse importeur Innovation & Design voor deze test ter beschikking gestelde Twin Towers RR (Reference Remote) voor fl. 11160,- van eigenaar verwisselt. Voorversterker In Control laat fl. 12175,- op de kassa aanslaan terwijl de In Power monoblokken fl. 13170,- op moeten brengen. De In The Groove phono voorversterker, de In Transfer DAC en de drieweg luidspreker E. Motion Grand zijn in Nederland nog niet leverbaar.
De hier geteste RR versie beschikt daarnaast over een bijzonder geavanceerde en verfijnde volume potmeter die door middel van een optisch instrument in stappen van 1 dB een batterij van, vacuüm verpakte en met thorium contacten uitgeruste, reed relais aanstuurt die op hun beurt weer een netwerk van 1% metaal layer precisie weerstanden aansturen. Het volume kan ingesteld worden door aan de knop te draaien of door gebruik te maken van de afstandsbediening.
Opstellen en aansluiten
De Twin Towers is te breed om in mijn audiomeubel te passen. Hij krijgt dan ook een tijdelijke plaats bovenop het meubel. Als digitaal frontend dienen mijn Rotel CD Drive en DAC combinatie, onderling verbonden door de Audioprism digitale kabel en op de Pathos aangesloten met de Siltech G3 SQ80, incidenteel afgewisseld met de zilveren Orpheus kabel. Als analoog frontend wordt de Clearaudio Champion met Sixstream interconnect en Aurum Alpha mk II element ingezet, naar de Pathos geleid via tussenkomst van de Clearaudio Basic phono voorversterker en naar de Pathos het Straight Wire Encore of het Orpheus interconnect. De normaal gesproken bi-amped aangestuurde Sonus Faber Concerto’s worden nu middels de Straight Wire Encore single wired via de tweeteraansluitingen gevoed waarbij tweeter- en wooferaansluitingen onderling verbonden worden door de standaard bij de luidsprekers geleverde verbindingsstukjes.
Pathos Twin Towers
Luisteren
Zowel de importeur als de fabrikant geven op hun site aan hoe er naar INPOL geluisterd dient te worden. Volgens hen is het van belang dat je jezelf bevrijd van vooroordelen met betrekking tot de verschillen tussen het specifieke buizen- en het specifieke transistorgeluid. Zij raden de luisteraar dan ook aan om zich slechts te concentreren op de muziek. Inderdaad is het zo dat ik, vanwege de buizen in de voorversterker, verwacht te zullen worden geconfronteerd met een warm beeld. Daardoor ben ik aanvankelijk geneigd het geluid te benoemen als wat aan de koele kant. Het geluid is echter verre van koel; het is eerder neutraal, transparant, open, ruimtelijk luchtig en dynamisch. De bas is krachtig en strak.
Dit wordt bij voorbeeld duidelijk als ik de cd’s draai die ik uitgekozen heb op het thema dat bij het ontwerpen van deze versterker centraal heeft gestaan; eenvoud. Een cd die eveneens eenvoud ademt is die van Ben Harper. In het nummer “Welcome to the cruel world” begeleidt hij zichzelf op een Weissenborn. Zijn stem en zijn gitaar staan indringend centraal. Begeleidende drums en bas blijven op de achtergrond. De stem komt mooi los van de Concerto’s en wordt door de Pathos in al zijn nuances weergegeven. Zijn instrument klinkt zeer natuurlijk en heeft het unieke geluid van een Weissenborn. De vingers die over de snaren glijden en er aan plukken; prachtig. In de jazz hoek is een pure cd die van Gary Peacock en Ralph Towner. Ook bij het derde nummer “Empty Carrousel” is er ruimte en lucht rond de acoustische bas van Gary en de klassieke gitaar van Ralph. Iedere noot klinkt dynamisch en vol door. En de bas: strak, en is dit twee maal 35 watt? Die druk? Single wired aangesloten? Chapeau! Ook de eerste cantate “Ad Pedes”van de uit zeven cantates bestaande cyclus “Membra Jesu Nostri” (BuxWV 75)van Dietrich Buxtehude ademt die transparantie. De stemmen van het Monteverdi Choir worden prachtig weergegeven.
Maar niet alleen muziek met een welhaast verstilde eenvoud klinkt fraai op de Twin Towers. Na meerdere cd’s gedraaid te hebben kom ik er achter dat met name snaarinstrumenten heerlijk klinken op deze Italiaan. Muddy Waters op zijn uit 1963 daterende cd bijvoorbeeld. Een heerlijke akoestische sessie met twee gitaren en een bas in een mooi door de versterker aangegeven ruimte. Op ”Good morning little school girl” klinkt de bas vol door. Opnieuw mijn verbazing over de druk. Dit swingt! Mark Knopfler bespeelt zijn akoestische gitaar in het nummer “The long road” en het klinkt zo ruimtelijk en natuurlijk. Zo prachtig doortekend en ver doorlopend. En wat te denken van Patricia Barber. In “You & The Night & The Music” zet de Pathos een piano neer die prachtig resoneert en als een blok verankerd in het beeld staat. De sensuele stem van La Barber komt daar heerlijk omfloerst overheen. Een groot ruimtelijk beeld; transparantie, transparantie! Het laatste nummer “Let it rain”laat het voltallig Choral Thunder Vocal Choir op een brede stage horen. Niet als 1, maar als een verzameling onderling onderscheiden, mooi genuanceerd doorklinkende stemmen. En wederom; wat een druk! Op klassiek terrein is het cello concert van Dvorak een van mijn favorieten. Ik bezit het op een oudere cd en een nog oudere lp. Op de cd wordt de cello bespeeld door Frans Helmerson en de cello bromt en snort in het tweede deel: Adagio ma non troppo. Ruimtelijk, met veel lucht weergegeven ontroert deze versie mij zeer. Tot ik de lp versie opzet waarin de violoncello door mijn absolute favoriet Mstislav Rostropovitsch bespeeld wordt. Dit is echt kippenvel. Uniek “lifelike”zoals de aanraking van de boog op de snaren klinkt. In het derde deel; de finale: Allegro moderato, staat er echt een symfonie orkest in mijn kamer.
Eindig ik met het formaat dat toch door de meeste lezers gebruikt wordt; de cd. De ambiance komt prachtig over via de Twin Towers bij live opnames van Miles Davis en Keith Jarrett. Het nummer “All Blues” op cd nummer 7 bijvoorbeeld wordt sneller gespeeld dan in de meer bekende versie op “Kind of Blue” maar heeft een directheid die de studio opname mist. Het is 1965 en ik zit aan een tafeltje in The Plugged Nickel. Evenzo met Keith. Op de tweede cd geeft het nummer “Everything happens to me”mij datzelfde gevoel van erbij te zijn in de Blue Note club in New York. De bas klinkt stevig, strak en vol en heeft controle en snelheid. Ik kan alleen nog maar meebewegen op de muziek; heerlijk!
Pathos Twin Towers
Conclusie
Aan het begin van deze recensie stel ik dat je als man op een bepaald moment nog slechts kunt kijken, luisteren en hopen. Kijken en met name luisteren heb ik in de afgelopen periode zeer uitgebreid gedaan en wat betreft de hoop; mijn vrouw heeft nog steeds die verliefde blik in haar ogen. Toch is er iets veranderd; ik heb er nu namelijk begrip voor. Dit is een heerlijke versterker. Met name de transparantie heeft veel indruk op mij gemaakt. De buizen in de voorversterker geven hem net dat tikkeltje extra, zonder dat hij als warm omschreven kan worden. Integendeel; hij is zeer neutraal. De transistors in de eindversterker zorgen voor de “body”van het geluid met een strakke doorlopende bas. Geen enkel moment heb ik de druk en de dynamiek van de beide Densens gemist. Met recht “The best of both worlds”. Alles gaat met een gemak waar ik versteld van sta. Deze versterker verdient echt een mooie draaitafel als frontend, met name dan klinkt hij hemels, al komen ook met zorg opgenomen cd’s prachtig tot hun recht.En dan heb ik het nog niet eens over het uiterlijk. Een versterker als deze is het perfecte middel tegen de opwaardeer drang waar zoveel audiofielen periodiek last van hebben. Ik zou er graag voor een periode van jaren mee willen worden gestraft.
Gebruikte apparatuur Rotel CD transport RDD 980
Gebruikte cd’s Ben Harper. Welcome to the cruel world. 1993. EMI Virgin. 7243 8 39320 2 3
Gebruikte lp’s Dvorak. Cellokonzert H-Moll ( in B minor ) Mstislav Rostropovitsch, Violoncello. Berliner Philharmoniker. Herbert von Karajan. Deutsche Grammophon. 139044. |