Acteur Thom Hoffman, hoofdrolspeler in de laatste film van Adriaan Ditvoorst, De witte waan uit 1983, is al jaren groot pleitbezorger van het werk van deze bijzondere regisseur. Hij maakte een documentaire over hem en was de drijvende kracht achter deze uitgave met nagenoeg het volledige oeuvre, waarvoor hij ook het begeleidende biografische boekje schreef.
De box bevat in totaal zeven DVD’s. Daarop staan vier lange en vijf korte films van Ditvoorst, de documentaire De domeinen Ditvoorst van Hoffman, en een interactieve variant daarop, Ditvoorst solitary genius, waarvan een deel ook op het internet te bekijken is.
Met zijn eerste films, het korte examenwerk van de filmacademie Ik kom wat later naar Madra (1965) en Paranoia (1967, naar de novelle van Willem Frederik Hermans) maakte Ditvoorst internationaal grote indruk. De experimentele stijl, met prachtig dynamisch camerawerk van Jan de Bont en bijzonder gebruik van geluid, dat vaak afwijkt van hetgeen je ziet, riepen de reactie op dat Nederland een echte ‘filmauteur’ gekregen had. Het zijn duistere, existentialistische films die niets aan kracht verloren hebben.
Na de voortvarende start van zijn carrière viel het voor Ditvoorst niet mee om nieuwe projecten van de grond te krijgen, mede omdat hij verzuimde het ijzer internationaal te smeden toen het heet was. Hij vulde de tijd met het maken van korte films, meest voor de televisie. Hieronder De val, naar Camus, en De blinde fotograaf, weer een Hermansverfilming, beiden zeer geslaagd. De doorbraak naar een groter publiek moest Flanagan (1975) worden, een door Matthijs van Heijningen geproduceerde thriller naar een boek van Tim Krabbé. Het is een aardige maar niet bijster opvallende film, te weinig thriller om spannend te zijn, en te conventioneel om een meer kunstminnend publiek te trekken.
Ten tijde van De mantel der liefde (1978) was de wanhoop compleet. Vrij gebaseerd op de tien geboden, is het een serie tamelijk absurdistische sketches waarin kleinburgerlijkheid belachelijk gemaakt wordt. Ze bevatten te veel woede en waanzin om nog grappig te kunnen zijn. De verbindende verhaallijn gaat over een man op de Zeelandbrug, wiens fiets door twee passerende motorrijders vernield wordt. Omdat hij stottert wordt hij door iedereen die langskomt als te dronken of krankzinnig beschouwd wordt om geholpen te worden.
In De Witte waan wordt geen poging tot vrolijkheid meer ondernomen. Het is een intrigerende, complexe parabel over een junkie en zijn moeder. Psychedelisch, compromisloos en behoorlijk uit balans. Net als al zijn films zonder enig commercieel succes, wat Ditvoorst keer op keer bleef frustreren.
De Domeinen Ditvoorst is in veel opzichten een merkwaardig eerbetoon. Thom Hoffman opent met een persoonlijke fluistertoon, noemt Ditvoorst zijn ‘misschien wel beste vriend’. Het oeuvre wordt chronologisch doorgelopen, met sleutelscènes en commentaar van betrokkenen. Steevast ligt de nadruk op de autobiografische aspecten van de films, die allemaal ‘in wezen’ over de regisseur zelf gaan en te interpreteren zijn als vooruitwijzingen naar zijn zelfgekozen eind, in 1987, toen hij zich, 47 jaar oud, verdronk in de Schelde. Zo ontstaat een beeld van een merkwaardig, door jeugdtrauma’s getekend persoon, die zichzelf continu onmogelijke doelen stelt en daarbij tot geen compromis bereid is. Afbeeldingen van hem ontbreken in de hele film, wat ertoe bijdraagt dat hij als persoon ongrijpbaar blijft. Daar hadden meer bekenden last van, want Adriaan Ditvoorst liet zich blijkbaar slecht kennen. Er wordt eindeloos gepsychologiseerd, vaak ongegeneerd van de koude grond. Waar in het begin iedereen zich totaal verrast toont over de zelfmoord, blijkt naarmate het portret vordert dat Ditvoorst al jaren totaal aan de grond zat, zowel artistiek, financieel als psychisch, en er overduidelijk geen uitweg meer was. Een van de sprekers ging zelfs, zo vertelt hij zelf, zo ver de vraag te stellen of het niet tijd werd te doen ‘wat hij altijd al van plan was’, zelfmoord plegen dus, wat ontluisterend kil overkomt. Over Hoffman’s relatie met de regisseur horen we, na de verklaring aan het begin, verder niets meer. Dat zijn schrijvende hand wel regelmatig in beeld komt, als auteur van het verhaal, is een nogal gemaniereerd trucje. Hoffman speelde dan wel in Ditvoorsts film, maar heeft zich daarmee nog niet het metier eigen gemaakt. Onevenwichtigheid, daar had de meester ook voldoende van in huis. Wat dat betreft past het weer wel. Ook deze documentaire lijkt vooral uit persoonlijke noodzaak te zijn gemaakt, in dit geval vat krijgen op de zelfmoord van een vriend.
De box is een ode aan een mislukt en gekweld genie. Tragisch, maar ook romantisch. De films zitten boordevol schitterende fragmenten, maar echt geslaagd zijn alleen de vroege werken, die aansluiten op de nouvelle vague. Vooral het soms tenenkrommend slecht acteren in bijrollen is een smet, maar dan zijn er weer van die betoverend mooie beelden die alles goedmaken. Ondanks digitale restauratie door het Filmmuseum is de kwaliteit van beeld en geluid vaak verre van optimaal, waarschijnlijk door technisch beperkt en te erg aangetast bronmateriaal. Alles bij elkaar een hoogst intrigerend oeuvre, dat toont dat perfectie ook niet alles is. Juist in het zoeken en het falen ligt vaak de essentie, zo maakt de Ditvoorst collectie schrijnend duidelijk. Geweldig dat deze films nu gewoon te zien zijn, want dat waren ze tot nu toe veel te weinig.
Aanvullende informatie:
Beeldformaat: 4:3 (m.u.v. de Domeinen Ditvoorst: 16:9)
Geluidsformaat: Dolby 2.0
Ondertiteling: Alleen de Domeinen Ditvoorst (Engels)
Duur: Korte films: Ik kom wat later naar Madra (22 min.), Carna (10 min.), Antenna (34 min.), De val (29 min.), De blinde fotograaf (48 min.);
Paranoia (97 min.); Flanagan (99 min.), De mantel der liefde (117 min.), De witte waan (100 min.), De domeinen Ditvoorst (106 min.), DITVOORST solitary genius (133 min.)
Distributeur: Total Film www.totalfilm.nl