REVIEW

The Libertines

Jan Luijsterburg | 28 oktober 2004
Succes hebben in de popmuziek is vaak een kwestie van in de belangstelling blijven. De Engelse band The Libertines verstaat die kunst als Herman Brood in zijn hoogtijdagen. De schandalen volgen elkaar in hoog tempo op – een rock ‘n’ roll lifestyle gaat niet zonder kleerscheuren – en de voormannen Carl Barat and Pete Doherty, ooit de beste vrienden, doen ‘openhartig’ verslag van de verwikkelingen, in de pers en op de plaat.

The LibertinesOpenhartig tussen aanhalingstekens, want dat hun tweede CD opgenomen werd in aanwezigheid van een bodyguard om te voorkomen dat de beide zanger/gitaristen elkaar te lijf zouden gaan klinkt toch wat erg stug. De hoesfoto geeft al een aardig beeld van de theatrale junkie esthetiek die de klok slaat. De mannen met de bandnaam slordig op de arm getatoeeerd vliegen elkaar in de armen bij gelegenheid van een vrijlating uit de gevangenis van Doherty, natuurlijk gevierd met een concert: the ‘liberty gig’. Beetje geposeerd toch wel, dit mooie plaatje.

Libertines staat voor een manier van leven, waarin alles draait om het spelen in een bandje. Iedereen kan dat, en het kan overal. Vaak spelen ze daarom bij mensen thuis, op een parkeerplaats of waar het verder te pas komt. Een afgesproken concert in een zaal laten ze daar graag voor schieten. Garage, heet het tegenwoordig, maar veel verschil met de punktijd of de wat obscuurdere bandjes uit de jaren zestig (‘beatmuziek’) is er volgens mij niet. Heel romantisch eigenlijk. Maar de drugs kregen vooral bij Doherty de overhand. Momenteel is hij uit de band gezet – hij moet eerst maar eens afkicken, vindt Barat.

Enfin, ondertussen is er dus ook nog de CD, je zou het bijna vergeten. En dat zou jammer zijn, want dit, net als het debuut Up the Bracket door Clash legende Mick Jones geproduceerde album, mag er wezen, ook zonder alle sensatieverhalen. Er wordt slordig gespeeld, inzetten zowel als slotakkoorden zijn meestal ongelijk, solo’s lopen vast en er wordt soms erg vals gezongen. En dat is bij the Libertines helemaal niet erg, want het draagt allemaal bij aan een authentiek overkomende spontaniteit. Liedjes recht uit het hart die raken The Clash of The Smiths.

De teksten zijn autobiografisch en gaan heel melancholiek over de teloorgang van de vriendschap. De woorden ‘I no longer hear the music’ drukken dat gevoel sterk uit in het nummer Music When The Lights Go Out, net als openingstrack Can’t Stand Me Now, dat na een felle opening al na zeven seconden stilvalt: ‘An ending fitting for the start, you twist & tore our love apart’.

Muzikaal gaat het van punky lekker raggen in Narcissist (hoeveel zelfkennis kan men hebben?), Arbeit Macht Frei en The Saga, tot onvervalste sixties in het aanstekelijke Don’t be shy, What Katie Did en Road to Ruin, met een ingetogen akoestisch liedje toe, verstopt achter de slottrack. Met The Strokes hebben The Libertines gemeen dat alles, of toch in ieder geval het meeste van wat ze doen raak is, onmiddellijk klopt. De liedjes zetten zich vast in je hoofd, wat onmiskenbaar van kwaliteit getuigt.


Aanvullende informatie:

14 tracks, 42:13
Label: Cycle/Rough trade 
Distributie: Konkurrent





EDITORS' CHOICE