Sinds de introductie van de eerste iPod in 2001, werden de witte oordoopjes (earbuds) al geroemd om hun ontwerp. Uiteindelijk werden de oordopjes op zichzelf een icoon. Als je iemand zag met een wit kabeltje over zijn jas, dan wist je al dat hij naar een iPod zat te luisteren.
Zelfs Apple gebruikte deze herkenbaarheid in haar reclames. Filmpjes en posters van zwarte dansende silhouetten met alleen de witte oordopjes als herkenning. We testten drie jaar geleden een eerder model, de los te kopen in-ears. Het nieuwe model betreft echter de dopjes die je standaard meegeleverd krijgt, en daar is dezelfde recensent minder enthousiast over...
Voor de vierde keer in elf jaar tijd, wijzigde Apple het model van de meegeleverde earbuds die je bij de nieuwe iPhone krijgt, en noemde ze ditmaal de EarPods. Dat nieuwe ontwerp gaat natuurlijk gepaard met de ontwerpvisie van opperhoofd industrieel design bij Apple, Jonathan Ive.
Het filmpje wat getoond werd tijdens de introductie van de iPhone 5, maakte mij zeer enthousiast. Het ontwerp is prachtig, de constructie gericht op perfecte audio en de introductie van een compleet andere manier van het overbrengen van het geluid in het oorkanaal. Voordat ik hier verder op inga, is het misschien slim dat je onderstaand filmpje even bekijkt en goed bedenkt wat voor verwachtingspatroon wordt geschept.
Als eerste geeft Jonathan Ive aan dat er geen paar oren hetzelfde is, en dat het onmogelijk is om een oortelefoon te maken die bij iedereen evengoed past, om daarna gelijk eraan toe te voegen dat ze dus wel proberen te doen, een one-size-fits-all-oortelefoon. Er wordt iets onmogelijks aangegeven, en meteen ook de lat die Apple hoog heeft gelegd. Het creƫert een soort van respect voor de poging.
Vervolgens krijg je tientallen oorschelpen te zien, waarbij het verschil tussen goed duidelijk wordt. Met een scanline-animatie krijg je het gevoel dat Apple de duurste technieken en scans uit de kast heeft getrokken om al die oren te scannen en in een grote computer te stoppen (waarschijnlijk een Mac Mini-cluster), waarbij de ideale vorm van een oortelefoon naar buiten is gerold. Een vorm die in je oor rust, maar niet je oorkanaal ingeduwd wordt. Toch is de driver voor het hoog zo geplaatst aan de zijkant, dat deze in je oorkanaal afspeelt.