De meeste luidsprekerkasten zijn rechthoekig en dat is een praktisch voordeel bij het visueel vaststellen of beide weergevers met eenzelfde toe-in hoek op de luisterplek zijn gericht (de zijwanden zijn dan vrijwel altijd aan de binnenzijde of buitenzijde zichtbaar).
Echter, tegenwoordig worden klankkasten steeds vaker van gebogen zijwanden voorzien en bij paneelweergevers is het simpelweg onmogelijk om vanuit de luisterpositie een schatting van de opstelling te maken. Met een meetlint kan men de afstand van beide achterste hoeken tot zowel de achterwand als de zijwand opmeten maar wanneer de ruimte achter de luidsprekers niet symmetrisch is of de achterwand schuin of onvlak (zoals in veel oude huizen) loopt zal dat weinig helpen. Het is dan beter om de luister-driehoek op te meten en er voor te zorgen dan beide weergevers even ver van de luisterplek staan opgesteld.
De luisterafstand is dan bekend maar de toe-in van elk kanaal kan nog steeds verschillen en daar kan men het beste een laser-waterpas voor gebruiken. Met de laserstraal haaks op de bovenzijde van een luidspreker geplaatst (men kan hem tijdelijk bevestigen met Blu-Tack) kan er worden vastgesteld of beide weergevers onder dezelfde hoek naar de luisterplek afstralen (met voor, door of achter de luisteraar kruisende midden-assen). Een met zorg gekozen en gelijke opstelling van de luidsprekers zorgt voor een betere stereodefinitie en een meer homogene weergave. Happy Angling!