Deze weektip richt zich op twee analoge klassiekers die terecht geliefd zijn bij vinylisten, met name de zogenaamde Linnies (Sondek LP12 verslaafden). Het duo betreft toonarmen van Linn en Naim; de Ittok LVII en de ARO.
Beide zijn no-nonsense ontwerpen maar ze kunnen elk op één punt eenvoudig worden verbeterd qua ergonomie. Bij de Ittok LVII zit hem dat in de schroeven waarmee de armbuis is bevestigd, waarvan de schroefkop van de lift-rails kan raken, zodra de arm vanuit de steun richting de lift wordt geduwd. Het resultaat: een vervelende metallische tik wat natuurlijk een onprettig gevoel is. Bij het originele Ittok ontwerp had men de armbuisschroef in kwestie namelijk direct over de rails laten lopen, waardoor de lift lager werd ingesteld en de twee schroefkoppen mekaar niet tegenkwamen. Bij latere LVII incarnaties loopt de lift-rails tussen de armbuis schroeven, waardoor de mogelijkheid van de eerder genoemde `botsing` ontstaat.
Foto: de Linn Ittok LVII
De oplossing is even simpel als elegant: verhoog het rubber van de lift-rails (bijvoorbeeld met een uitgesneden tweede rubber, wat men tussen de rails en het originele rubber aanbrengt, zodat het geheel origineel oogt). Zo`n rubber-ophoging hoeft niet veel dikker te zijn dan zo`n 2 milimeter. Daarna moet de lift lager worden ingesteld met dezelfde afstand. Resultaat: een soepel verloop van armsteun naar lift en andersom.
Bij de Naim ARO wordt geen lift meer geleverd (de vroegere lift heette AROmatic) maar wel een steun met een lange, praktische ligger die uit metaal is vervaardigd. Dat oogt fraai maar het maakt de steun tamelijk glad en enigszins resonant. Een goed passende krimpkous -die niet ruw aanvoelt want de armbuis moet erover kunnen schuiven- slaat twee vliegen in één klap; mechanische demping en een goed bruikbare maar niet al te gladde steun. In beide gevallen zijn het minimale aanpassingen van minimale punten maar het kan het vinylplezier verhogen. Happy adjusting!