Van alle merken die we in The Venetian bezochten, was er één die duidelijk het meeste opviel qua ambitie en qua breedte van wat er werd voorgesteld: ELAC. De Duitsers uit Kiel mogen 90 jaar oud zijn, het bedrijf is verre van stoffig.
Het afgelopen jaar kende ELAC zelfs een stevige revival, dankzij het aantreden van ex-TAD en –Pioneer-geluidsgoeroe Andrew Jones bij de Amerikaanse afdeling. Hij maakte vorig jaar al veel indruk door twee luidsprekerlijnen te lanceren (Debut en Uni-Fi) die zeer gunstig geprijsd zijn maar wel zonder overdrijven superieur klinken. Op CES 2017 stond Jones klaar om zijn derde lijn bij ELAC te presenteren. Adante is een grote luidsprekerfamilie, zowel voor 2- als meerkanaalsopstellingen, met een meer premium afwerking dan bij Uni-Fi en Debut. In de suite zagen we verschillende Adante-modellen: boekenplank, vloerstaander en ook een center. Allemaal zeer fraai afgewerkt, onder meer met een voorplaat uit geborsteld aluminium, zowel in het zwart als het wit. Er zou ook een walnootversie verschijnen.
Onze eerste indruk van de Adante-lijn was behoorlijk positief. ELAC kocht een tijdje geleden Audio Alchemy op, dus het was geen verrassing dat de Adante-demo door hun spullen werd aangedreven. Het plaatje klopt ook wel, want de Adante’s zijn heel wat duurder dan de Uni-Fi waardoor alvast de prijspuntmatching met Audio Alchemy goed zat. Een ELAC-vertegenwoordiger citeerde een prijs van 2.500 dollar voor een paar Adante AS-61GW-boekenplankspeakers. De AF-61-vloerstaander tikt af op 2.500 dollar per stuk, terwijl de AC-61-centerspeaker een prijskaartje van 2.000 dollar zou dragen. De exacte Europese prijzen zijn nog niet bekend.
Imposante speaker
De grotere eyecatcher – zowel visueel als voor het gehoor – bij ELAC vonden we echter in de kamer ernaast. De gigantische Concentro-speakers zijn een viering van ELAC’s knowhow, exclusieve speakers die reeds op High End Munchen werden getoond maar die pas vanaf het voorjaar te koop zullen zijn voor circa 30.000 euro/stuk. Een bom geld, maar je krijgt er ook een audioknaller voor in de plaats. 1,6 m hoog (en met spikes kan het nog hoger), 140 kg zwaar… je zou er bijna fysiek door geïntimideerd worden ware het niet dat ELAC ging voor een heel apart design met veel rondingen. Dat is mooi, maar vooral ook slim: door de gebogen behuizing is de kans op staande golven en resonantie heel wat kleiner.
Luisteren naar de Concentro was een aparte ervaring. Het volume in de luisterkamer stond behoorlijk hoog en toch straalden de speakers zelf heel wat rust uit. En dat heeft alles te maken met het zeer bijzondere woofer-luik van deze speaker. De Concentro bezit namelijk vier 250 mm woofers, twee aan elke zijkant. De woofers zijn in een dubbelde push-pull-configuratie opgesteld, waardoor ze heel zware bassen kunnen produceren zonder dat er trillingen worden doorgegeven aan de behuizing. ELAC claimt dat de gigantische speaker tot 18 Hz kan weergeven met heel wat energie. Of het echt zo diep duikt, konden we op CES niet vaststellen. Maar we kunnen wel stellen dat de Concentro wellicht de beste, meest gedetailleerde laagweergave had van heel de show. De JET 5-ribbontweeter in het hart van een 127 mm midrange-driver zorgde ook voor een heel coherente weergave van het midhoog.
Roon blijft belangrijk
Vorig jaar presenteerde ELAC de Discovery Server, de eerste officiële server met Roon ingebakken. Het toestel, die we op HiFi.nl getest hebben, is tegelijkertijd ook een bron voor drie zones. Het sterkste punt van de ELAC Discovery Server was net de aanwezigheid van Roon – toch wel één van de grotere hypes in de hifi-wereld momenteel. Gek is het dan niet dat ELAC een aantal nieuwe Discovery-toestellen wil uitbrengen. De Discovery Q Roon Music Server was het toestel dat de meest de wenkbrouwen doet fronsen. En niet enkel vanwege de aparte behuizing uit grote stukken aluminium. In tegenstelling tot de Discovery Server van vorig jaar is dit uitsluitend een Roon-servertoepassing. Er zijn geen uitgangen en zelfs geen opslag voorzien. Voor dat laatste moet je zelf zorgen, in de vorm van een NAS of door USB-opslag aan te sluiten. De enige aansluitingen op de Q Music Server zijn twee USB-ingangen en ethernetpoort.
Een groot verschilpunt met de Discovery Server is dat de Discovery Q Roon Music Server een volwaardige versie van Roon Core draait. Dat betekent dat er geen limiet van 30.000 tracks meer is en dat je DSD kunt afspelen. De keerzijde is dat de Roon Essentials bij de Discovery Server een levenslange licentie heeft. Bij de Q Roon Music Server zit er licentie van 1 jaar Roon bij. Daarna moet je zelf de licentie verlengen.
Roon en de Discovery-reeks draait ook rond multiroom. Aangezien je qua multiroom niet ver raakt zonder draadloze speakers, introduceert ELAC later op het jaar de Z3 Zone Music Player. Het is een relatief lijvige speaker van 6 x 28 watt met twee 4 inch drivers met coaxiaal 1 softdome-tweeter in het midden gemonteerd. De twee 4-inch aramid bassdrivers en twee passieve radiatoren zorgen voor de nodige onderbouw qua het laag. Muziek afspelen kan via Roon – de Z3 verschijnt als een eindpunt – of via Bluetooth. Je kunt ook via Spotify Connect rechtstreeks vanuit de Spotify-app streamen.
De nieuwe Roon-compatibele toestellen waren op CES spijtig genoeg niet te beluisteren. Wanneer ze gaan gelanceerd worden, wist ELAC ook niet te vertellen. Het feit dat de Duitsers in Vegas enkel prototypes toonden, doet vermoeden dat het nog even zal duren.Â