Vraag iemand om een luidspreker te tekenen en je krijgt geheid een rechthoek met meerdere cirkels te zien. Een speaker, daar horen een stuk of drie drivers bij. Maar het Brits-Belgische merk Pearl Acoustics gelooft dat met één enkele driver volstaat voor grootse dingen. Maar staat eenvoud in design voor een volwaardige luisterervaring? Tijd voor een (dubbele) luistersessie met de Sibelius van Pearl, binnenkort te horen op het Dutch Audio Event in Veldhoven.
This review in English? Click here
Pearl Acoustics
Voor Pearl Acoustics-oprichter Harley Lovegrove moet een luidspreker uitblinken in eenvoud. Complexe crossovers en filtering om meerdere drivers op elkaar af te stemmen, dat vindt hij geen vooruitgang. Daarmee hangt de in de België wonende Brit een radicaal andere mening aan dan de meeste grote luidsprekerbouwers, die inzetten op 2-, 3- en zelfs 4-wegsontwerpen. Onlangs maken we zo nog een demonstratie van de EPIKORE 11 van DALI mee, een immense vloerstaander met vijf drivers in een 4½-opstelling.
Dan is de slanke Sibelius met z’n enkele en relatief kleine 100-mm driver echt het tegenovergestelde. En ja, aardig wat luidsprekerontwerpers zullen daarbij hun wenkbrauwen fronsen, want zij geloven sterk in meerdere drivers die binnen hun eigen optimale frequentiebereik geluid produceren en in tandem met elkaar werken.
Het uitgangspunt van Pearl is dat de voordelen die uit zo’n een meerwegsdesign vloeien teniet worden gedaan door de nadelen. Zoals: muziek wordt gedeconstrueerd en de luidspreker functioneert niet als puntbron. “Ik heb jarenlang metingen gemaakt en meerwegspeakers gebouwd, om uiteindelijk te realiseren dat een eenvoudig ontwerp met één driver beter klinkt”, zegt Lovegrove daarover.
Die speaker is de Sibelius, meteen de enige weergever die Pearl Acoustics bouwt. Sinds dit jaar verkrijgbaar in veel varianten op vlak van kleur en afwerking (“Elke kleur kan eigenlijk”), in essentie het enige model dat Pearl aanbiedt. “Ik krijg wel vaak de vraag om een boekenplankversie te maken, maar dat zou niet zo goed klinken.”
Daarnaast is er wél de ambitie om in andere audiosegmenten een rol te spelen. Het bedrijf biedt nu al een eigen hifi-rack aan en eigen luidsprekerkabels en presenteert binnenkort een paar eigen Pearl-versterkers.
Heel typisch is het merk meteen twee heel andere producten zal aanbieden: een sterk aangepaste klasse D Purifi-design met een ‘relax’ DSP-loze modus die een klasse A-sound moet leveren en een single-ended buizenversterker met KT170-buizen. Zelf versterkers bouwen? Dat lijkt een ongewone stap voor een luidsprekerbouwer, maar zoals we later ontdekten heeft de versterking bij de Sibelius een grote impact. De naam? Een verwijzing naar een geliefde componist van Lovegrove.
Veel keuze
Het was wegens praktische redenen dat het luisteren naar de Sibelius op twee locaties plaatsvond. Eerst in de eigen testruimte, waar de speakers een week vertoefden, daarna een tweede set in de fraaie luisterkamer in de Phixum-winkel die je vindt in de knappe historische kern van het Vlaams-Brabantse Tienen. Niet dat Phixum ‘zomaar’ een dealer is van Pearl; er is een veel sterkere band met het merk.
De productie van de Sibelius vindt plaats in de regio en Phixum-zaakvoerder Maxime is eveneens directeur bij de luidsprekerbouwer. En: het merk werkt vooral online. Voor geïnteresseerden zijn er wereldwijd luisterkamers, locaties waar iemand kan komen proefluisteren. Die kamers staan soms bij een Pearl-partner, maar het kan soms ook gewoon bij enthousiaste klanten thuis.
Harley Lovegrove mag de bezieler van het merk en de speaker zijn, het bedrijf wordt geleid door een jongere generatie. Harley’s dochter Summer is CEO met de in Londen gevestigde Ajay Verma als technische directeur, terwijl de jonge Belg Dries Ceuleers de rol van productiedirecteur op zich neemt. Meestal hebben we het niet zo uitgebreid over hoe een luidsprekermerk achter de schermen georganiseerd is, maar bij Pearl Acoustics doen we het toch omdat het zo relevant is. Hoewel die Sibelius ontstaan is uit de decennialange passie en geëxperimenteer van Lovegrove zelf, is het geen hobbyproject – maar een jonger bedrijf met een frisse aanpak.
Lovegrove zelf blijft betrokken bij Pearl, naast de andere activiteiten waar hij druk mee bezig is. Op YouTube heeft hij een heel populair kanaal waarin hij hifi-spullen en opnames bespreekt, daarnaast maakt hij klassieke opnames en hij werkt mee aan liefdadigheden, zoals Young Belgian Talent om jonge artiesten te promoten.
De Sibelius mag slechts één driver bevatten, dat wil niet zeggen dat het minispeaker is. Het blijft een vloerstaander, al mag het gerust een slank ding genoemd worden. Die elegante indruk wordt versterkt door de hoogte van bijna 110 cm gekoppeld aan een kleine, bijna vierkantige voetafdruk.
Als je dan kiest voor de afwerking in lichte eik, zoals de testspeakers die wij thuis op bezoek kregen, dan spreek je over iets dat verrassend licht en sierlijk in de kamer staat. De speaker wordt meestal geleverd met ‘stands’, eigenlijk een voet waarop bijvoorbeeld spikes op gemonteerd worden.
Het Sibelius-uiterlijk wordt heel sterk bepaald door de enkele ondiepe driver die hoog in de speaker is gemonteerd, in een baffle of voorkant die voor de rest helemaal spiegelglad is. Enkel aan de basis wordt deze vlakte doorbrokken. Een grote opening over de volledige breedte van de Sibelius fungeert als basopening; een poort mag je het volgens Lovegrove niet noemen. Zo kan die kleine driver net wat dieper duiken, maar zijn er geen turbulentiegeluiden. Intern is de kast asymmetrisch ingedeeld, wat qua drukverschillen en voorkomen van staande golven positief is.
12 weken werk
De Sibelius is een mooi voorbeeld van een luidspreker waarbij foto’s de kwaliteit en strakheid niet goed overbrengen. Qua constructie en afwerking staat het naar ons gevoel dichter bij een meubelstuk dan een typische speaker die uit MDF wordt opgetrokken en versierd met fineer. Die indruk komt wellicht omdat de kast van ons testspeakers zijn opgetrokken uit massief eik met een dikte van 3,2 cm. Dat merk je meteen als je ze uitpakt, want ondanks de slanke lijnen weegt elk een stevige 23 kg.
Net zoals meubels wordt de Sibelius-behuizing gelijmd en geklemd, een proces dat langer duurt dan industriële methodes. Het levert wel hoekverbindingen op die er perfect en scherp uitzien. Daarom wellicht dat de productie van de Sibelius van begin tot einde twaalf weken bedraagt.
Het begint al met het selecteren van het hout. Lovegrove laat meermaals vallen dat het bedrijf duurzaam probeert te opereren, onder meer met plasticvrije verpakking. Dat was ook een van de redenen om voor eik te kiezen. Tropische hardhout zou akoestisch ook interessant zijn, maar “die houttypes hebben nooit een ethische afkomst”.
Nadat de individuele kasten zijn gebouwd, worden koppels gevormd. “Het is een natuurlijk materiaal, dus er zit wel wat variatie tussen de kasten. Soms wat lichter, soms wat donkerder. Als er een reeks kasten zijn afgewerkt, gaan we kasten matchen zodat klanten een paar krijgen die goed bij elkaar past. Het is wel altijd uniek.”
Veel keuze
Voor een kleine luidsprekerbouwer biedt Pearl verbazingwekkend veel kleurvarianten aan. Naast de lichtere eikversie die bij ons stond, kun je ook opteren voor een donker kershoutfineer, wengé of een donkere eikvariant. Maar daar stopt het niet. Sinds dit jaar is wit of zwart ook mogelijk, en daarbij kun je altijd kiezen uit een glanslak of een satijnafwerking. Op aanvraag zijn ook extravagante kleuren als British Racing Green of een vuurrood beschikbaar, opnieuw weer met de keuze tussen glanzend of matte uitvoering. Een kleur die je helemaal zelf kiest kan ook – tegen een meerprijs.
De kast bestaat bij de gelakte Sibelius dan niet uit eik, maar uit dik berkenhout. Volgens Lovegrove toont een laklaag nu eenmaal mooier op een berkondergrond dan een van eik. Berk is echter niet goedkoper dan eik en het lakproces duurt ook wel even, waardoor de prijs van de Sibelius naargelang de afwerking variëren van 5.990 euro tot 7.200 euro per paar. Die zijn indicatieve prijzen, afhankelijk van verzending en afwerking.
De kers op de taart qua afwerking is dat je ten slotte kunt kiezen tussen een zilver- of koperkleurige driverconus. Qua klank verandert er dan niets, luidt het.
Een lege ruimte
In de kast van de Sibelius zit bijzonder weinig. Om te beginnen: geen crossover, dat is logisch bij een design met één driver. Een functie van dat onderdeel is immers het binnenkomende signaal te verdelen over de verschillende drivers. Dat klinkt heel eenvoudig om te doen, maar op vlak van crossovers is er veel mogelijk waardoor dit onderdeel een enorme impact op de weergave kan hebben. Niet enkel qua tonaliteit, ook zaken als het afstraal- en het fasegedrag worden mede door de crossover bepaald.
Maar de Sibelius is 1-weg en dus hangt die ene driver rechtstreeks op de versterker. Dat mag je bijna letterlijk nemen, want in de speaker is er zelfs amper bekabeling aanwezig. De luidsprekerterminals zijn recht achter de driver te vinden, hoog op de kast. Tussen de terminals en de aansluitingen op de driver loopt er intern dus maar een bescheiden aantal centimeters aan kabel.
Een gevolg van dit design is dat de luidsprekerkabel zelf een grotere impact heeft op de weergave, horen we van Lovegrove. Daar zijn we zelf niet ingedoken, de QED- en Boaacoustic-kabels die we thuis gebruiken leken prima geschikt. Pearl verkoopt eigen bekabeling, maar ook bij een keuze voor een ander merk is het iets waarmee rekening moet worden gehouden.
De Sibelius is, zoals Lovegrove het graag zegt, een driver die rechtstreeks aan een versterker hangt. Dat, en het feit dat er geen crossover en filtering is om de weergave te tweaken, maakt dat die driver echt heel goed moet zijn. Lovegrove geeft ook toe dat de zoektocht naar de driver best moeilijk was. Uiteindelijk werd een lichte inch driver gevonden bij Markaudio die voor Pearl werd aangepast.
Minder is meer
Maar hoe presteert zo’n enkele driver nu als je muziek draait? Na vele tientallen meerweg-speakers te hebben gehoord vonden we dat zeker een boeiende vraag om te onderzoeken. In de eigen testruimte hingen we de Sibelius-speakers eerst aan een Primare PRE35 en A35.8-eindtrap, een klasse D-systeem dat moeiteloos de Pearls aanstuurde. Het mooiste vonden we echter de kleine Nait 50, Naims nostalgieproject ter ere van hun vijftigste jubileum, binnenkort ook hier ter review. Net zoals de originele Nait is het een heel compact ding gebouwd volgens een back to basics-filosofie, wat gevoelsmatig past bij de Sibelius.
Het eerste dat ons opviel was dat de Pearl-speakers inderdaad een heel andere luisterervaring bieden dan de speakers die we meestal op bezoek krijgen (of zelf bezitten). Beter of slechter? Vooral ‘anders’. Zo kun je bij een grote speaker met veel drivers een wall of sound of net een heel diep inzicht in fijndetail krijgen, de Pearl-speakers weten dan weer een muziekstuk neer te zetten op zo’n manier dat ze los komen van de behuizing.
Tijdens Shostakovichs Symphony No.1 in F minor gespeeld door de Boston Symphony Orchestra onder leiding van Andris Nelsons deed de luisterervaring denken aan een grotere zaal, waarbij we wat verder van het podium zaten. Mooi was hoe de exuberante delen van ‘Lento – Allegro molto’ heel dynamisch werden neergezet, met percussie die echt knalde. Dat verbaasde wel, want van een full-range driver verwacht je geen uitgesproken laag of hoog. Dat is hier zeker niet het geval.
Werd er overgeschakeld naar een tragere vioolsolo, dan viel niet alles weg maar was er plaats voor verfijning en detail in het midden. Echt analytisch komt de Pearl daarbij niet uit de hoek, het is eerder een warmere speaker die goed past bij lang luisteren. We zaten dus niet naar een ultiem textuurbeeld te luisteren waarbij je de strijkstok over de snaren hoort glijden, soms nog meer dan de muziek zelf. Wel ervaar je een totaalbeeld, en dat zullen velen vast realistischer vinden. En misschien ook wel een meer ontspannen luistermoment.
‘Egmont, Op.84’ van Beethoven gebracht door de Britse houtblazersformatie Boxwood & Brass vinden we al heel lang een geweldige interpretatie waar we regelmatig naar terugkeren. Op de Sibelius-speakers wordt het warme karakter van de houtblazers zeer overtuigend overgebracht. Weer hebben we de indruk van naar een concert in een grotere ruimte te luisteren. Een kerk misschien. Zo’n livegevoel wordt door de Pearls treffelijk overgebracht bij het tango-esqua ‘Wow!’ van Vincent Belanger maar even goed bij het ruigere gitaarwerk op ‘Gentlemen’ van de Afghan Whigs. Twee heel andere tracks, waarbij in beide gevallen het middengebied eruit springt qua kwaliteit en positionering. Maar dat de contrabas bij het tangostuk en de complex spelende drumkit bij Gentlemen ook met body en dynamiek weerklinken, dat is toch ook wel fijn.
Kies je versterker met wijsheid
Een aantal van deze tracks haalden we opnieuw boven toen we in Tienen naar een paar Sibelius-speakers luisterden. Eerst via een klasse D-versterker, daarna via de klasse A-weelderigheid van de Sugden A21SE. Die verandering qua versterking was een heuse eye-opener. Bij het schakelen van de (overigens in andere omstandigheden gewaardeerde) Primare naar de Naim in een eigen ruimte liet de Pearl-speaker een andere sound horen, bij deze wissel was het verschil dag en nacht. De prestaties van elke speaker worden wel beïnvloed door de versterking die eraan hangt, maar bij de Pearls was het verschil ronduit spectaculair.
Met de geïntegreerde versterker van Sugden – een heel traditioneel merk uit Yorkshire waar we wel sympathie voor hebben, ondanks de eigen voorkeur voor nieuwere designs – kwamen de Beethoven-tracks van Boxwood & Brass helemaal tot leven. Het leek haast een andere luidspreker, en meteen het bewijs dat je de Sibelius het best met de juiste versterker huwt.
Nog een hoogtepunt tijdens de luistersessie: ‘Lazarus’, te vinden op het laatste ‘Blackstar’ album van David Bowie. Voor fans een pakkende collectie liedjes, want ondanks de blijvende kracht en vitaliteit in z’n stem hoor je ook het einde naderen. Dit nummer in het bijzonder is ingetogen, een gevoel dat aangescherpt wordt door de melancholische saxofoon en traag strummende gitaar die op Sibelius verder weg op de soundstage worden gepositioneerd. Bowie’s stem wordt excellent neergezet, we luisteren er voor de zoveelste keer gefascineerd naar. Maar eigenlijk is het de totale performance waar we in opgaan, en die weergeven moeiteloos en stressvrij weergeven is ook net de sterkte van de Sibelius-luidsprekers.
Conclusie
De Pearl Sibelius is iets anders dan de doorsnee luidspreker. We hebben het dan niet enkel over z’n strak uiterlijk. Dat zit goed, want één kleinere driver in een grotere kast oogt rustiger dan een toren met veel units. De Sibelius-behuizing is bovendien heel hoogwaardig gebouwd, waardoor het in veel interieurs zal staan als subtiele pronkstuk.
De enkele driver biedt een luisterervaring die aanvankelijk verrast, je ook doet nadenken over wat je hoort en gaandeweg overtuigt. Het is soms verrassend hoe diep de Sibelius uit de hoek komt en hoe het dynamische pieken geslaagd weergeeft. Maar het is vooral een luisterervaring die de zaken niet ontleedt of instrumenten koudweg isoleert uit het geheel. Een avondje in een betere concertzaal dat je beleeft vanaf de middelste rij, zo zou je het kunnen noemen. Niet iedereen zal hiervoor vallen, maar aardig wat muziekliefhebbers net wel. Het beluisteren waard – op DAE, bijvoorbeeld.
Pearl Acoustics Sibelius
Vanaf 5.989 euro incl btw, exclusief accessoires | kijk voor actuele prijzen op www.pearlacoustics.com
(ter indicatie: het team van Pearl heeft voor ons becijferd dat je voor 6.700 euro een set in Utrecht (als voorbeeld) kan laten bezorgen inclusief verzending en een paar Sibelius metal stands ter waarde van 477.95 euro)
Beoordeling 4,5 op 5