ARTIKEL

25 jaar cd-spelers: de onsterfelijke compact disc

Harro Tillema | 05 januari 2025

De introductie van de compact disc-speler is een van belangrijkste mijlpalen in de geschiedenis van de muziek- en audio-industrie geweest. Dat deze ontwikkeling het fundament heeft gelegd voor de huidige streaming audio-generatie is evident, maar als je denkt dat dit het einde heeft ingeluid voor dit glanzende medium dan heb je het goed mis. De cd is namelijk nog springlevend!

Dit artikel verscheen eerder
in het HIFI.NL jubileumboek

Iedereen kent de compact disc, dus het medium behoeft ook geen verdere introductie. Is er dan nog wel iets over te melden? Hoe dieper ik in mijn vluchtige geheugen graaf, hoe meer ik me er over herinner. Net als ongetwijfeld heel wat lezers van HIFI.NL heb ik de introductie van de cd heel bewust meegemaakt.

Hoe meer ik er over nadenk, hoe meer ik me besef dat het schijfje niet enkel de industrie heeft veranderd, het staat ook aan de basis van alle vormen van digitale muziekbeleving waar jij en ik vandaag de dag gedachteloos van gebruikmaken. Ben je geboren in Nederland, dan mag je bovendien ook wel een beetje trots op zijn op het succes in dezen. Want op dit vlak hebben we na de tulpenmanie opnieuw de wereld weten te veroveren.

Van optical naar digital

Niemand anders dan het Nederlandse Philips ontwikkelt de analoge laserdisc en presenteert deze in de vroege jaren ‘70 aan het publiek. De techniek is gebaseerd op de door David Paul Gregg ontwikkelde optical disc technology uit 1958. Hierna ontwikkelt Philips samen met het Japanse Sony de nu zo bekende digitale compact disc-technologie, gebaseerd op de in 1938 door Alec Reeves gepatenteerde PCM-technologie die inmiddels door fabrikanten als Denon (1971) en Sony (1977) succesvol is toegepast bij digitale recorders voor studiogebruik. Hierna wordt alles op alles gezet om deze voor de consumentenmarkt te introduceren.

In samenwerking met het Japanse Sony zien de eerste spelers in 1982 het levenslicht. Het was een gedenkwaardig moment voor de gehele markt en iedereen wilde ervan profiteren.

Hierbij zijn een paar leuke zaken te melden die jammer genoeg nooit officieel zijn bevestigd. De grootte van het zilveren schijfje zou volgens sommigen exact de grootte hebben van een Heineken bierviltje en het gaatje in het midden zou dan weer precies het formaat hebben van een oer-Nederlands dubbeltje. Nederlandser dan dit wordt het natuurlijk niet – als het tenminste waar is. Luidsprekerfabrikanten schermden initieel met termen ‘geschikt voor gebruik met compact disc’ om de nieuwe modellen aan te prijzen.

Als ik me het nog goed herinner voorspelden critici doemscenario’s omdat de dynamiek van het digitale medium volgens hen veel te groot zou zijn voor bestaande hifi-sets. Sommige slimme verkopers zagen hiermee upselling mogelijkheden bij geïnteresseerden van dit nieuwe digitale medium. Nu hebben we het internet om deze informatie te checken, destijds moesten we op de blauwe ogen van de verkoper geloven. Dat de zogenaamde destructieve aard van deze digitale dynamiek allemaal wel mee viel weten we ondertussen.

Digitale imperfecties sinds dag één

De compact disc is gebaseerd op de Red Book-standaard. Deze schrijft een resolutie van 16-bit en een sampling frequentie van 44.1kHz voor. Deze 44.1kHz bemonsteringsfrequentie is al in 1928 door Harry Nyquist vastgesteld en later door Claude Shannon in 1949 geoptimaliseerd. Er wordt dan ook wel gesproken van het Nyquist-Shannon bemonsteringstheorema. De totale speelduur van de Red Book-standaard is 79,8 minuten en kan maximaal 99 tracks en 99 indexpunten bevatten.

Een significant voordeel ten opzichte van de speelduur en het aantal tracks van een analoog vinylalbum. Met 16-bits zijn 65536 digitale stapjes te maken en deze stapjes worden 44.100 keer per seconde gelezen van het schijfje. Om ten slotte zo dicht mogelijk bij een analoog signaal te komen wordt gebruik gemaakt van anti-aliasing waarbij de ontbrekende waarden tussen de gelezen waarden door interpolatie worden bepaald.

Toch is het juist Philips die al direct afwijkt van de eigen standaard. De eerste Philips CD100 maakt namelijk gebruik van een 14-bits DAC en kan slechts 16348 ‘stapjes’ maken. Sony hoefde geen gebruik te maken van oversampling omdat deze een meer geavanceerde DAC in huis had. Om toch dicht in de buurt van de maximale 16-bits resolutie te komen past Philips een viervoudige oversampling toe.

Het bijkomende voordeel was dat oversampling zorgde voor een lagere ruisdrempel en een hogere dynamiek dan wanneer er geen oversampling werd toegepast. Dus wat doet Sony, die past vervolgens 16 bits én een viervoudige oversampling toe. Hiermee had Sony al sinds het begin van dit nieuwe medium alle technologiekaarten in handen.

Welke techniek, met of zonder oversampling, in de praktijk beter klinkt is echter een heel ander verhaal. Dit vraagstuk dat alleen subjectieve antwoorden kent zorgt al veertig jaar voor verhitte discussies en hier wil ik mijn vingers niet aan branden. Omdat ik beide spelers recentelijk niet naast elkaar heb beluisterd weet ik het bovendien ook helemaal niet.

Met de geboorte van de cd hielden de ontwikkelingen niet op. Behalve de Red Book-standaard zijn er diverse hier op gebaseerde standaarden geweest die voor korte of langere perioden naast de compact disc werden gevoerd; de cd-rom (Yellow Book), cd-r (Orange Book), cd-i (Green Book), cd-plus (Blue Book) en video-cd (White Book). Deze kleuren waren gelinkt aan de kleur van de kaft van het boekje uit de reeks waarin deze standaard werd beschreven. Sommige standaarden waren een extra kort leven toebedeeld omdat de consument het concept niet snapte, er onvoldoende content beschikbaar was of omdat ze na introductie werden ingehaald door een betere standaard. Denk bijvoorbeeld aan het voortbestaan van cd-i en video-cd na de introductie van de dvd-strandaard. Omdat dit alles in mijn ogen volstrekt irrelevant is voor dit stuk, laat ik dat verder graag buiten beschouwing, maar het toont wel aan dat de industrie vol gas ging met deze nieuwe revolutionaire digitale technologie.

Het grootste succes sinds
het bevaren van de wereldzeeën

Op het moment dat ons hifi-platform net voor de millenniumwisseling het levenslicht ziet en haar allereerste lezers mag verwelkomen, heeft de cd zijn plek in de maatschappij inmiddels al lang en breed veroverd en is deze niet meer weg te denken uit het moderne leven van de muziekliefhebbers. Nu vieren we ons vijfentwintigjarige jubileum en hebben we vele nieuwe ontwikkelingen op audiogebied mogen meemaken, waaronder de introductie van streaming audio en de geboorte van online streamingdiensten waarmee je geen IT-specialist hoeft te zijn om muziek over jouw netwerk af te spelen. Maar wie had gedacht dat er met zoveel betere alternatieven vandaag de dag nog steeds nieuwe muziekalbums op het uit begin jaren ’80 stammende compact disk zouden worden uitgebracht? Wat is hiervan de oorzaak?

Je kent misschien nog wel die uitspraak “resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst”. Dit gaat juist wèl op voor de cd. De compact disc leeft namelijk voort op basis van het grote succes in het verleden. Natuurlijk zijn de verkoopaantallen vandaag de dag niet vergelijkbaar met die in de hoogtijdagen, maar de markt is nooit weggeweest zoals bij analoog vinyl.

Dat heeft alles te maken met de grootschalige adoptie van dit digitale medium wereldwijd. Anders dan de analoge vinyldrager die het heeft vervangen, kan het digitale medium praktisch overal worden toegepast. Thuis, in de auto of bijvoorbeeld op de boot. De sublieme geluidskwaliteit, minder kwetsbare aard, grootte van het medium en de lage prijs waarvoor deze mediadragers al vele jaren worden aangeboden, dragen zeker bij aan het voortbestaan van de standaard. Ook al is er een beter alternatief voorhanden.

Evolutie van de cd

Ondanks dat er weinig lijkt te zijn veranderd sinds de introductie van het digitale medium in de jaren ‘80, is op het pure cd-gebied wel degelijk veel gebeurd. Fabrikanten troefden elkaar af met ingenieuze cd-mechanismen, laadmechanieken en digitaal naar analoog converters om hét verschil te maken. Van de originele 14-bit spelers naar de 16-bit met meervoudige oversampling machines tot de 18-bit Sony’s en de 20-bitters van Denon. De strijd om de best klinkende speler barst in volle hevigheid los.

Hierna heeft Philips in 1989 de bitstream DAC geïntroduceerd met 256-voudige oversampling en beklom hiermee de top van de apenrots. Dankzij deze betere en vooral goedkopere manier van omzetting wordt het startschot gegeven voor een ultra brede implementatie van de compact disc-speler in muziekproducten. 

Halverwege de jaren ’90 is ook de slimme HDCD-standaard ontwikkeld die volledig uitwisselbaar is met het normale Red Book-formaat. Deze standaard maakt slim gebruik van een paar extra bits die binnen de standaard voorhanden zijn. Heeft jouw speler een digitaal naar analoog omzetter die dit formaat kan omzetten, dan profiteer je -in theorie- van een toename in dynamiek. Er zijn alleen niet heel veel van deze titels in omloop waardoor speler fabrikanten al snel afhaakten deze technologie te blijven ondersteunen.

Als ik het me goed herinner hebben merken zoals Arcam, Cambridge, Marantz, Rotel en Naim vele jaren aan deze standaard vastgehouden, maar vandaag de dag zijn de opties erg gelimiteerd.

In 1999 vindt de industrie onder leiding van Sony, als mede-uitvinder van de cd, dat het medium toe is aan een nieuwe stap in de digitale levensfase en wordt met veel bombarie de Super Audio Compact Disc geïntroduceerd. Dit is overigens geen cd, maar maakt gebruik van de Direct Stream Digital technologie. Een nog hogere resolutie en bovendien meerkanaals muziekweergave voor een ultieme meeslepende muziekervaring. Succes verzekerd toch? Met uitzondering van de Japanse markt is dit feest in de EU rond 2006 alweer voorbij. Dit mede door de introductie van de iPod in 2001, het gebrek aan SACD-titels, de opkomst van streaming audio en…de populariteit van de cd zelf.

De compact disc lijkt na de eeuwwisseling dus een blijvertje te zijn en veel fabrikanten blijven geld steken in de productie en de ontwikkeling van kwalitatief goede spelers, al zie ik wel een duidelijk keerpunt in de aard van de technologie die hier wordt toegepast. Waar de fabrikant voorheen zo veel mogelijk bits, bytes en mogelijkheden in de spelers integreerde, zie ik nu vooral een versimpeling van de spelers.

Leuke features zoals cd-tekst, mp3-compatibiliteit en het skippen tussen de indexpunten zijn bij veel high-end spelers verdwenen. De laatste tien jaar hebben veel fabrikanten juist een andere route gekozen door het achterwege laten van techniek om hiermee de geluidskwaliteit te bevorderen. Bovendien staat het ontwikkelen van kwalitatief goede stroomvoorziening, het strikt scheiden van analoge en digitale geluidcircuits, een uiterst precies werkend klokcircuit en anti-jitter circuits hoog op de agenda. 

Ook hebben enkele fabrikanten andere keuzes gemaakt bij de implementatie van de digitaal naar analoog omzetter. Hierbij worden per kanaal één of meerdere high-end DAC-chips geïmplementeerd en vervolgens blijven deze op 16 bits en 44.1 kilohertz draaien. Dit voelt een beetje als het stapvoets rijden met een Pagani Zonda, maar juist hiermee wordt de fouttolerantie in het gehele digitale circuit tot een minimum beperkt zodat de uiteindelijke geluidskwaliteit optimaal is.

Ten slotte wordt er meer aandacht besteed aan de uitgangsstages. Waar er vroeger uitgangscondensatoren en opamps van een paar kwartjes werden gebruikt, wordt er op dit moment in de hogere prijsklassen een discreet in klasse-A opgebouwde fully balanced dual-mono designfilosofie toegepast. Hiermee presteren de moderne spelers op een significant hoger niveau dan de topspelers in de hoogtijdagen van dit medium.

De ontwikkelingen op cd-gebied lopen dus nog steeds als een tierelier. Merken als Bryston, Cambridge Audio, Esoteric, Hegel, Naim en T+A leveren momenteel topspelers.

De toekomst van de cd

Zie ik nog nieuwe trends op cd-gebied in het vooruitzicht? Onlangs las ik iets over de MQA-cd. Ja, dit is net als HDCD een interessante ontwikkeling die waarschijnlijk meer zal kosten aan ontwikkelingsbudget dan dat het in de praktijk zal opbrengen. Dit is in mijn beleving echt een hele leuke ontwikkeling die ik zeker met een glimlach verwelkom, maar hier zie ik de toekomst niet. Ik verwacht persoonlijk dat de compact disc eenzelfde kant op zal gaan als op dit moment het geval is met vinyl – voor een hele specifieke groep muziekliefhebbers. Het aanbod in zilveren schijfjes is feitelijk oneindig. Ik heb het niet uitsluitend over het aanbod van nieuw materiaal, maar ook over het aanbod gebruikte schijfjes die tussen de twee kwartjes en anderhalve euro van de hand gaan op markten, beurzen en in tweedehandswinkeltjes. Dat aanbod zal dit medium nog decennia overeind kunnen houden.

Nu zul je je afvragen of het aluminium dragermateriaal van dergelijke oude schijfjes de tand des tijds wel heeft doorstaan. Geloof me, enkel bij een eerste zelf gebrande merkloze cd-r schijfjes heb ik meegemaakt dat de dunne laag deels was vergaan. Deze hebben mijn collectie al vele jaren geleden verlaten en van de originele exemplaren speelt elk album nog steeds op het niveau van decennia geleden. Waarschijnlijk zullen deze het bij het vijftigjarige jubileum van HIFI.NL nog steeds doen. Voor oudere ‘vintage’ compact disc-spelers is dit echter een ander verhaal. Ondanks dat er veel kan worden gerepareerd, het aanbod in vervangingsloopwerken, laser units en diskmotors wordt schaars. Ook zijn er steeds minder goede reparateurs die de spelers nog kundig kunnen onderhouden. Nostalgie is leuk, maar zelf zou ik altijd kiezen voor een nieuwe speler als jouw muziekalbums waardevol voor je zijn. Want dit is toch waar het allemaal om gaat?

De nieuwe stroming in digitale audio

Het hedendaagse streamen van muziekcontent via Tidal, Qobuz, Spotify of Sound Cloud is allemaal gebaseerd op de technologie van decennia geleden en biedt vele voordelen boven de traditionele zilveren gegevensdrager. De geluids-kwaliteit is dankzij het flinke aanbod in high-res formaten bovendien hoger dan ooit. Verkies ik vandaag de dag het streamen van muziek boven het draaien van cd of vinyl-album? Nee. Elk medium heeft voor mij zijn eigen charme. 

Je zal misschien, net als ik, nostalgische gevoelens hebben bij het vastnemen van een cd-album. Denk aan de eerste titels die je zelf hebt aangeschaft, van een eerste liefde hebt gekregen, of die speciale gebeurtenis toen je dit album in het verleden draaide. Veel materiaal is online te vinden, maar soms is de uitvoering net anders. Een andere compositie, een andere mix en vaak een andere kwaliteit waardoor de beleving achterblijft op je herinnering. Sommige albums zijn, net als bij vinyl, nooit bij een streamingdienst verschenen. In dat geval zul je met regelmaat naar dat waardevolle zilveren schijfje grijpen.

Misschien heb je geen cd-speler meer, maar wel een flinke doos met oud plastic op zolder. Ben je het medium al die jaren wel trouw gebleven en denk je met weemoed terug aan de cd-speler waar je jouw eerste albums op afspeelde. Misschien is dit voor jou doorslaggevend om deze oude speler weer aan te schaffen en diezelfde beleving te ervaren. Of misschien investeer je juist liever in een moderne laatste generatie speler om jouw geliefde vintage schijfjes in de best mogelijke kwaliteit af te spelen. Alles draait om de emotie en wat je ook kiest, er is geen goed of fout. Herontdek jouw collectie op de manier die je zelf verkiest en neem weer eens de tijd om op zoek te gaan naar een nieuw zilveren schijfje bij de lokale platenzaak. Je zult versteld staan van datgene je al die jaren hebt gemist.


EDITORS' CHOICE