COLUMN

Bah!

Jan de Jeu | 11 september 2002

Jan de JeuEr zijn mensen die, wanneer zij een boek willen lezen, hun schreden richten naar de plaatselijke bibliotheek en daar op zoek gaan naar het geschrift van hun keuze. Daar is veel voor te zeggen. Tenslotte is op die plek een groot aantal titels samengebracht en wordt het zoeken naar die éne specifieke uitgave sterk vereenvoudigd door de aanwezigheid van een perfect zoeksysteem. Voeg daarbij nog de hoge aanschafprijs van een nieuw boek in de reguliere boekhandel en het bestaansrecht van de bibliotheek is duidelijk. Natuurlijk zijn er ook lezers voor wie het consumeren van een boek bijna onlosmakelijk verbonden is met het aanschaffen van dat exemplaar. Dat ik tot de tweede groep behoor moge blijken uit de grote hoeveelheid boekenkasten langs de muren van de bovenste etage van mijn woning. Voor geluidsdragers geldt eigenlijk dezelfde tweedeling en wederom behoor ik tot de groep kopers.

Objectief bekeken zijn boeken, lp’s en cd’s natuurlijk niet meer dan gebruiksvoorwerpen. Voor mij zijn het echter met emotie ge- en beladen tijdsdocumenten, hetgeen met name voor boeken en lp’s opgaat. De band met cd’s is wat minder sterk. Mogelijk heeft het ermee te maken dat boek, plaat en hoes – net als ik zelf – op een gegeven moment gaan tekenen. Bovendien ervaar ik de cd als vrij geur- en kleurloos in vergelijking met het boek en de platenhoes. Bij “The Stand” van Steven King getuigen de Griekse zandkorrels, die hier en daar tussen de bladzijden aan te treffen zijn, van een mediterrane vakantie. De hoes van het album van The Byrds ruikt naar de rokerige studentenkamer waarin hij jarenlang, staand in een rode plastic platenbak, een belangrijk onderdeel was van dagelijks terugkerende muzieksessies. Daarentegen weet ik bijvoorbeeld van de cd “Into the Labyrinth” alleen dat hij in Duitsland aangeschaft is. En dat komt dan uitsluitend doordat er nog een stickertje op prijkt met een prijsvermelding in D-Mark.

De zorg voor de boeken is meer en meer overgenomen door Antoinette maar de door mij gekoesterde lp’s vertrouw ik niemand toe. Tot voor kort bestond het onderhoud van het zwarte goud uit het incidenteel wassen met de bij velen bekende, en door collega Rene van Es gerecenseerde, Disco Antistat van Knosti. Ik durf niet meer te schatten hoe lang ik dat apparaat in mijn bezit gehad heb maar op de destijds bij Multifoon in Rotterdam aangeschafte doos staat een prijs van 80 gulden. Daaraan voorafgaand waren er platendoeken, allerhande borstels en reinigingsvloeistoffen met uiteenlopende samenstellingen. En nu is er dan de platenwasser van Clearaudio; de Matrix.

Clearaudio Matrix2Net als ik de zware doos met de platenwasmachine in de gang zet gaat de kamerdeur open en verschijnt Antoinette. “Zie je wel dat het papa is? Ga maar gauw kijken.” Nog voor ze aan de tweede zin begonnen is hoor ik de zooltjes van de sandaaltjes van mijn dochtertje het laminaat ranselen. Met dansende lokken, stralende ogen en een lach van oor tot oor komt ze op me af gestormd. “Papa. Papa!” klinkt het en meteen is daar weer dat speciale gevoel dat alleen zij mij kan geven. Met getuite lipjes en wijd geopende ogen duwt ze haar natte snuitje tegen mijn gezicht. Direct daarna ziet ze de grote doos, mijn koffertje en de daarop liggende GSM. Voor ze echter kan bepalen wat ze als eerste naar binnen zal slepen wordt ze door Antoinette opgepakt. Ik volg met de doos.

“Je wilt hem zeker het liefst bij je andere audio apparaten zetten, of niet?” vraagt Antoinette. Ik knik; “Eigenlijk wil ik hem rechts bovenop de USM Haller kast zetten.” Tot mijn verbazing gaat ze zonder meer akkoord. Isabeau staat met open mond te kijken hoe ik het meer dan 20 kilo wegende apparaat op de kast zet. Zo bovenop het audio meubel lijkt de platenwasser een stuk hoger en optisch is dit geen fraaie oplossing. Ik zie Antoinette denken en ja hoor; “Ik geloof toch niet dat ik dit mooi vind, Jan.” Ik zucht. Shit, ze wil natuurlijk dat ik het apparaat op de studeerkamer zet. En ik wil het juist in de buurt houden van mijn lp’s zodat ik een lp na het wassen direct kan draaien zonder dat ik eerst het hele huis door moet lopen.

“Waarom zet je hem niet op dat kleine plateau in het midden?” Ze wijst naar de plek waar nu de Densen B300 staat. Verbaasd vraag ik; “Je bedoelt in het rack?” Ze knikt slechts. Ik kan het nauwelijks geloven. “Maar dan staat hij ook in het zicht.” “Nou, èn? Hij past qua ontwerp heel mooi bij het meubel.” Dat doet hij zeker en ik laat het me dan ook geen tweede maal zeggen. Ik weet dat de beschikbare breedte 50 cm is en dat de Matrix 46 cm nodig heeft. Vanaf de voorkant probeer ik de wasser, die nu toch aardig door begint te wegen, via het openstaande klepje naar binnen te schuiven. “Zet je hem er dwars in?” vraagt Antoinette. “Nee, natuurlijk niet! Maar ik moet hem er toch in proberen te manoeuvreren?” reageer ik geërgerd. “Je kunt misschien beter die topplaat er af halen.” “De dochter van de bouwkundige”, mompel ik voor me heen. Maar terwijl ik het zeg realiseer ik me dat ze gelijk heeft en ik zet de Matrix op de grond.

De plaat is er vrij eenvoudig uit te drukken en langzaam laat ik het apparaat in het gapende gat zakken. Tot hij niet verder kan. Shit! Ik moet toch aan beide kanten 2 cm over hebben? Dan pas valt mijn oog op de aan beide zijden bevestigde gasveren die verbonden zijn met het nog steeds openstaande klepje. De beschikbare breedte meet dus maar 43 cm. Inmiddels inwendig het kookpunt gevaarlijk dicht genaderd zet ik de Matrix voor de zoveelste keer terzijde. Met gefronste wenkbrauwen kijk ik om naar de bank van waaraf Antoinette mijn getob gade slaat. Ze heeft een geamuseerde glimlach om haar mond. “Wat zit je nu te grijnzen? Vind je het soms leuk dat het niet lukt? Zeg dan liever meteen dat je wilt dat ik hem op de studeerkamer zet” Ze begint te lachen en ik voel de woede verder opkomen. Totdat ik hoor wat ze zegt. “Je kunt ook gewoon het klepje inclusief het sluitmechanisme eraf schroeven.” Wat een geweldig idee! “Maar…..”, begin ik. “Nee Jan, ik vind het niet erg wanneer dat deel van de kast niet afgesloten kan worden. Ik heb toch al gezegd dat ik hem mooi vind?”

Mijn twee linkerhanden hebben nog nooit zo snel en succesvol een schroevendraaier weten te hanteren en even later kan ik vanaf de bank de nieuwe opstelling bewonderen. Het ziet er perfect uit. Lang blijf ik echter niet zitten want natuurlijk moet ik de werking van het apparaat uitproberen. Uit de keukenkast wordt een trechter opgediept en ik giet de meegeleverde Clearaudio schoonmaakvloeistof in de daarvoor bestemde vulopening. De eerste de beste lp die ik tegenkom wordt op het plateau gelegd. Al die tijd heeft Isabeau vanaf een afstandje stilletjes toegekeken hoe ik aanmodderde. Nu ze aanvoelt dat de rust weergekeerd is komt ze dichterbij om polshoogte te nemen. Ze stopt zoals altijd op ruime afstand van de kast, waarna ze in gepeins verzonken blijft staan, haar Nijntje met beide armen omklemmend.

Nauwlettend volgt ze mijn bewegingen; het laten zakken van de reinigingsborstel op de plaat, het starten van het plateau, het toevoegen van de vloeistof en het na een drietal omwentelingen omzetten van de draairichting van het plateau. Het vinyl gaat “zingen” ten teken dat de groeven schoon zijn. Wanneer ik de motor uitzet blijft Isabeau nog steeds afwachtend staan, alsof ze weet dat het proces nog niet helemaal afgerond is. Ik draai de schoonmaakarm weg, plaats het afzuigmechanisme boven de lp, breng het plateau weer in beweging en druk de knop van de tweede motor in. Slurpend zuigt de arm het vocht van de zwarte schijf en na twee omwentelingen is de lp weer volledig droog. Als de stilte is weergekeerd wordt het kleine armpje gestrekt en met het vingertje naar de Matrix wijzend vat Isabeau in één woord kernachtig samen waar de fabrikant in de bijgeleverde handleiding tien pagina’s voor nodig heeft; “Bah!” 


EDITORS' CHOICE