Ik herinner mij nog als de dag van gisteren dat ik met enige regelmaat over straat liep met een platenkoffer in de hand. Op weg naar een vriendje in de buurt waar ik platen zou gaan draaien. Middagen die wij vulden met het luisteren naar muziek, soms terwijl we huiswerk maakten, soms terwijl we allerlei kattenkwaad aan het voorbereiden waren. Enkele keren deden we niets anders dan genieten van de muziek. Die keren waren helaas schaars, ons zakgeld liet niet toe dat we LP’s kochten met de meest actuele muziek. Het “Alle 13 goed” niveau lag helaas hoog in die tijd. Niet zo gek veel later namen we platenkoffers mee naar vriendjes. Die jarig waren en waar we een mini disco organiseerden. Disco’s die steevast eindigden op de grond, tussen de kussens, in de armen van schoolmeisjes die nog net zo bleu en onschuldig waren als de jongens die met een overmaat aan DDD jeugdpuistjes trachten te bestrijden. Pink Floyd was vaak favoriet bij ons. Als de avond veranderde in de nacht lag Tangerine Dream op de speler. Wat een inspiratie vormde tot inniger (maar nog steeds vrij onschuldig) geknuffel. Heerlijke tijden die veel te ver achter mij liggen.
Ik moest er aan denken toen ik vorige week met een tasje platen naar Rick onderweg was. Rick is de eigenaar van twee hifi winkels in Amsterdam (Hifi Solutions) en een groot liefhebber van muziek. Omdat we beiden behoorlijk gecharmeerd zijn van oude draaitafels zou ik een avondje langskomen om zijn Dais met Jan Allaerts element te beluisteren. Een Dais is voor de niet ingewijden de voorloper van Nottingham Analogue platenspeler. Een mooie ronde tafel met snaaraandrijving. Opgetuigd met een luxe arm, Van den Hul bekabeling en een Goldmund mat. Daarachter een prijzenswaardige set die recht doet aan een muziekliefhebber. Normaal praat ik vrij veel over apparatuur, zaken of HiFi.nl. Dit keer is dat anders. Rick duikt op mijn stapeltje platen en bedelft mij tegelijk onder een collectie Ella Fitzgerald, Julie London en Peggy Lee LP’s. De één nog ouder en curieuzer dan de ander. Als goed en nieuwsgierig gastheer draait Rick eerst stukken van mijn muziek voordat we Julie op de Dais leggen. Ik heb wel eens van het beste mens gehoord, maar was in haar glorie dagen veel te jong om mij bewust te zijn van haar zangkunst. Haar stem is trouwens niet het meest interessante aan haar. Net zo min als de muziekkeuze die is weggelopen uit The Great American Songbook. Zoals te vinden is op moderne Krall & Jones CD’s en LP’s. Het zijn vooral de opnames die getuigen van vakmanschap dat verloren lijkt in de huidige generatie producers.
Hoe grappig dat op een Julie London LP staat vermeld, met de nodige trots en vet gedrukt, dat de opname “Transistorized” is. Eerder een reden om hem opzij te leggen dan te draaien. De eerste transistors waren niet zo heel best. De LP’s stammen overigens uit de periode 1958 tot 1965. Neem je de moeite de plaat af te luisteren dan overvalt je de bewondering voor de opname techniek. Is het tegenwoordig normaal de drums in Parijs op te nemen, de trompet in Londen, de zang in New York en het geheel te mixen in L.A., vroeger stond de band achter de zangeres in de studio. En dat is precies wat de opnames zo mooi en actueel maakt. De speakers van Rick laten dat feilloos horen. Geknepen trompetten links achter, zang vooraan, drums midden achter, een bas aan de rechterzijde. Kwaliteit van de bovenste plank. Als twee jongens die niet te stuiten zijn draaien we plaat na plaat. Om te eindigen met “Mack the Knife”, ooit geïmproviseerd door Ella Fitzgerald in een Duitse nachtclub, uitgebracht op een EP. Rick’s vrouw schuift aan, voorziet ons van kaas en worst, maar laat de twee tijdelijk tot het puberstadium teruggekeerde mannen al snel alleen. Kennelijk is ze gewend aan dergelijke bijeenkomsten.
Vervelend is dat ik nog een aardig stukje moet rijden en de tijd in de gaten hou. Maar vertrek niet voordat Rick uit zijn collectie laserdisks een paar stukken laat zien van Pink Floyd en Tangerine Dream. In mijn gevoel is het echt opnieuw 1970. Zijn fantastische set met twee kanalen maakt een surroud opstelling overbodig. Het is overweldigend hoe Roger Waters tekeer gaat in een spektakel van beeld en geluid. Magnifiek hoe Tangerine Dream opnieuw de gevoelens opwekt alsof mijn tijd tussen puber en opa niet heeft bestaan. Later, als we met elkaar mailen zijn we het helemaal eens. Hoe krijgen we ooit de huidige jeugd zover dat ze hun met 20.000 tracks gevulde iPod laten liggen om te investeren in kwaliteit en te genieten van datgene waar het allemaal ooit mee begonnen is. De muziek. Wie het genoegen dat muziek kan geven niet kent, mist een wezenlijk onderdeel van het bestaan. Julie London is misschien wat te ver terug voor een 16-jarige, Roger Waters moet lukken, zodat de generatie die wij opvoeden net als deze twee jongens ooit dankbaar zal kunnen zwelgen in jeugddromen.
Met vriendelijke groet,
René van Es