COLUMN

Herrie

Bert Dekker | 07 juni 2007

“Zet die stereo verdorie wat zachter!” gebiedt mijn ietwat geagiteerde Yvonne, terwijl ze de deur van de woonkamer opendoet waar ik lekker naar muziek aan het luisteren ben. Daar staat ze, in pyjama, net uit bed waar ze ongeveer een uur geleden is ingedoken.

Al vroeg trouwens, al tegen 22.00 uur ging ze onder de wol. Vroeger lag ze er nooit voor middernacht in. De voortschrijdende zwangerschap maakt echter, geheel begrijpelijk, dat ze veel eerder gaat slapen dan voorheen.Voor mij is het nog echter veel te vroeg om naar bed te gaan. Ik heb zin om lekker stevig muziek te draaien. Normaal is dit nooit een probleem aangezien het huis goed is geïsoleerd en nauwelijks geluid van beneden doordringt naar boven. Dit blijkt dus plots niet meer zo te zijn realiseer ik me.

Ze kijkt me indringend aan maar zegt niets. Haar gelaat spreekt boekdelen terwijl ik met de afstandsbediening het volume verlaag. Ik hoop enige instemming in haar ogen aan te treffen maar ze blijven in de stand not amused staat. Say no more. De deur van de woonkamer gaat weer dicht en ik, ik heb het voor het nakijken. Weet waar ik aan toe ben. Plots lijkt het alsof op de volumeknop een begrenzer staat ingesteld waarvan ik nooit wist dat ie erop zat.

Naarmate de bevalling dichterbij komt verandert er inderdaad steeds meer in huis en in ons zelf. Het huis is vergeleken met twee maanden geleden vreselijk opgeruimd - nooit geweten dat we zoveel ruimte in huis hebben - maar net als je denkt dat alles aan de kant staat slaat de nesteldrang weer in alle hevigheid toe. Deze lijkt met het klimmen der weken alleen nog maar erger te worden. Zomaar een quote: “tja ’t is wel netjes aan kant maar eigenlijk moet het nog wat praktischer, nou ja in ieder geval anders - euh nou ja, niet zoals we dat vorige week hadden uitgedacht – ja ik weet wel dat het toen wel goed was - ja maar … eigenlijk - daar hebben we nog niet bij nagedacht - beter is dat het …”, enfin u begrijpt het wel.

Tot nu toe is mijn luisterruimte gevrijwaard gebleven van de zwangerschapsperikelen van mijn lieve Yvonne. Maar ik verwacht dat dit niet lang zal duren. De box die nog niet gemonteerd is staat er alvast opgesteld en ik vermoed wel waar deze zijn plek gaat opeisen: naast mijn luisterstoel want daar is immers ruimte. Nu is dat inderdaad een goed idee, plaats genoeg. Het kleine schattige kastje dat er nú prijkt moet echter wel schuiven om plaats te maken voor de box en ik weet ook wel waar naartoe. Wat mij betreft is er geen sprake van dat deze een plek gaat vinden in de luisterruimte zo vlak voor een luidspreker. Gelukkig gaat bij ons thuis alles in overleg, dus zal deze kwestie ook wel weer goed worden opgelost.

Wie de literatuur er nog eens op naleest weet dat niet alleen vrouwen veranderen in de zwangerschapsperiode, mannen net zo goed. Het schijnt dat veel mannen zich net zo zwanger gaan voelen en gedragen als hun echtgenotes die daadwerkelijk een kindje dragen. Ik heb de indruk dat het bij ons thuis wel meevalt. De laatste maanden ben ik luttele kilo’s afgevallen terwijl Yvonne dezelfde hoeveelheid kilo’s weer is bijgekomen. We houden elkaar zo mooi in evenwicht. Ook zijn we elkaar nog niet in het holst van de nacht tegen gekomen voor de deur van de koelkast, omdat we beide zin hadden in een overheerlijke augurk met slagroom. Nee, gelukkig geen extremiteiten in die zin. Toch merk ik een zekere onrust die met het voorschrijden van de weken alleen nog maar toeneemt. Met nog ongeveer vijf weken te gaan voordat onze kleine wordt geboren merk ik zelf ook een enorme nesteldrang. Ik ben nooit een klusser-in-huis geweest, moet ik eerlijk toegeven. Toch heb ik het gevoel dat ik op dat vlak staaltjes heb laten zien waarvan ik nooit het vermoeden had dat ik die talenten met me meedroeg - hetgeen ook zijn nadelen heeft want nu zit er eraan vast.

Naarmate de tijd vordert voel ik daarbij –Yvonne realiseert zich dit ook - dat het leven dat we samen delen binnenkort heel anders zal zijn. De liefde die we meer dan twaalf jaar samen met elkaar deelden wordt immers zeer binnenkort belichaamd in de vorm van een kleine baby. En hoe fijn ook alles voelt, toch is daar die onrust. Komt er genoeg geld binnen om een gezin te onderhouden? Ben ik een goede vader? Zal ik Yvonne goed door de bevalling heen kunnen loodsen en haar die steun geven die ze nodig heeft tijdens dat grootse moment in haar leven? Maar ook: mijn vrijheid. Hoe zit het daarmee? Zomaar even zeggen “schat ik ben even de hort op, ik doe het eten wel zelf in de magnetron vanavond”, is er dan niet meer bij. Wordt mijn luisterruimte straks wellicht een tweede kinderkamer? Ik zie het schrikbeeld al voor me: “Sorry pap, nu even bezet, ga nu maar even lekker luisteren naar de transistorradio in de keuken, komt ook muziek uit”. Vragen, vragen en nog eens vragen … alhoewel ik ook wel besef dat zich alles wel vanzelf zal uitwijzen en dingen waar ik nu (te) diep over nadenk allemaal anders zullen lopen dan dat ik me heb voorgesteld.

In ieder geval geniet ik nu lekker van mijn muziek. Liefst met de volumeknop meer open dan dat ik gewend ben. Ook nog even van deze vrijheid genieten. Binnenkort is ook dat afgelopen, de babyfoon moet immers goed te horen zijn en de kleine mag niet wakker worden! Volumeknop naar beneden dus. Nu kan ik nog lekker herrie maken..

Dat dacht ik althans. Ik hoor haar immers een paar dagen geleden in een vrolijke bui nog zeggen: “gek he, vroeger kon ik veel meer hebbe,n maar nu irriteren me de kleinste dingen veel meer dan dat ze vroeger deden”. Lachend ruimden we daarna ons rommelhok verder op, en gezegd moet worden dat deze nog nooit zo schoon is geweest. Nu valt er even niets te lachen, ze is doodserieus.

Met vriendelijke groet,
Bert Dekker


EDITORS' CHOICE