De woensdag voor de start van de CES is altijd gereserveerd voor de persconferenties. Alle grote consumentelektronicafabrikanten vertellen tijdens die stipt 45 minuten durende persconferenties welke producten ze het komende jaar gaan introduceren. Meestal is dat de spannendste dag, want dan valt het grote nieuws te noteren. Tenminste, als de fabrikanten iets wezenlijk nieuws te melden hebben. Anders verzand zo’n persmeeting in een soort 45 minuten durende preek over wat het bedrijf het afgelopen jaar zoal gepresteerd heeft en hoeveel beter ze wel niet zijn ten opzichte van de concurrentie.

En precies dat laatste gebeurde. Geen van de grote fabrikanten LG, Samsung, Toshiba, Panasonic, Sharp en Sony had écht groot nieuws. Dus kregen we minutenlang te horen wat ze het afgelopen jaar bereikt hadden, hoe milieubewust ze wel niet bezig zijn, en dat de televisie met internetmogelijkheden, dankzij merk (vul maar in) nu eindelijk echt bereikbaar en eenvoudig te installeren is voor de consument. Oh ja, natuurlijk zijn ze daar ook allemaal het meest vooruitstrevend in en hebben de beste partners. Andere trends zijn de focus op design, het introduceren van betaalbare basismodellen, hogere beeldfrequenties 120Hz (100Hz) en 240Hz (200Hz), wireless HD en LED backlighting waarbij die meestal ook dynamisch opgebouwd wordt.  Maar goed, het was niet allemaal kommer en kwel, tussen de regels door waren er soms nog leuke nieuwtjes te ontdekken.