Het beste overall geluid vond ik toch wel afkomstig van de luidsprekerfabrikant WLM, hetgeen staat voor Wiener Lautsprecher Manufaktur. De luidspreker is niet alleen ontworpen om een fraai muziekplaatje neer te zetten, maar zeker ook ontworpen om in vrijwel iedere huiskamer tot hun recht te komen. Met een gevoeligheid van 98 dB kunnen deze luidsprekers aangestuurd worden door de kleinste buizenversterkers. Luidsprekers kunnen zowel passief of actief aangestuurd worden. De tweeters maken gebruik van een zogenaamd PAC technologie, die zorgt ervoor dat de hoge tonen gelijkmatig verspreid worden en zorgt ervoor dat de luidspreker weinig akoestische problemen ondervindt. In de luisterruimte stonden twee sets opgesteld. Een formidabele prestatie werd neergezet door de Grand Viola, het topmodel van WLM. Het Amerikaanse topbuizenmerk Manley mocht de aansturing verzorgen. Een kleiner broertje werd aangestuurd door twee 18 watt buizen eindversterkers, waar ook een zeer hoog muzikaal genot mee werd behaald. Deze luidsprekers komen zeker op de Nederlandse markt en wij als Hifi.nl zullen er alles aan doen om de snoepjes te recenseren. Dan zal er ook meer over de bijzondere techniek uit de doeken gedaan worden.
Lopend door de gangen van de High-End Show was het op sommige plaatsen toch wel erg druk. Bij Sony stond zelfs een grote wachtrij om de SA-CD demo van het merk te horen.
Dat luidsprekerfabrikant Bowers & Wilkins in combinatie met Classé Audio het niet alleen in Nederland goed doet, blijkt ook uit het feit de twee, samen met Rotel, in Duitsland hun mannetje staan. Classé had flink uitgepakt met de nieuwe Omega versterkerlijn. Nieuwe grote Omega monoblokken die aangestuurd worden door een Omega Preamplifier, welke inmiddels in een MKIII versie beland is. Daarbij combineert uiteraard de Omega SACD-speler. Dat is een bovenlader, standaard voorzien van 44.1 kHz sample rate en die kan upsamplen tot 96kHz. Deze SACD-speler is volledig gebalanceerd opgebouwd en kan zowel gebalanceerd als ongebalanceerd aangesloten worden. Ook kan met deze speler HDCD afgespeeld worden. Het digitale deel is wel erg bijzonder, het is namelijk opgebouwd uit zes Crystal CS4397 deltasigma converters. Spelend in gebalanceerde keuze worden per kanaal twee dac’s gebruikt en in ongebalanceerde keuze wordt per kanaal van één dac gebruik gemaakt. Een bijzonderheid die ik nog niet veel bij andere spelers heb gezien. Erg prijzig en een droom voor vele mensen, maar dan heb je ook wel een dijk van een machine (23kg). Tel daar een losse voeding van (4,5 kg) bij op dan krijg je ook waar voor je geld. De monoblokken zijn enorme zwaargewichten (50kg per stuk), ze leveren bij 8 ohm 300 watt en het vermogen loopt op tot 1200 watt bij 1 ohm per kanaal. Lijkt mij dat er weinig luidsprekers meer overblijven die niet aangestuurd kunnen worden. Rest als laatste nog de voorversterker, uiteraard dual mono en volledig gebalanceerd opgebouwd met een scala aan aansluitmogelijkheden.
Uiteraard was er ook de nieuwe standaardlijn CA-lijn van Classé aanwezig, ook prijzig maar iets beter betaalbaar.
Hoe zullen deze Classé´s klinken met een setje Nautilussen vraag ik me wel eens af. Als het er net zo mooi eruit ziet als het klinkt zit het wel goed. Nu ik het toch over B&W heb, kies ik de drukstbezochte stand, dan zou ik hier zeker de hoofdprijs voor geven.
Rotel had ook flink uitgepakt met de RSP 1098, een dijk van een A/V processor met een digitaal hart rond de Cirrus Logic CS49400 32-bit Processor met voldoende aansluitmogelijkheden voor de meest verwende hometheater-fanaat. Zonder DVD-speler tel je tegenwoordig niet meer mee, vandaar de nieuwe RDV-1050 speler. Die heeft aan boord progressiv-scan technologie wat zorgt voor een meer natuurlijker beeld. Ook is de speler geschikt voor het draaien van DVD-A schijfjes. Voor de versterking staat onderin de RMB-1095 5-kanaal eindversterker van 5 x 200 watt. Rotel combineert uitermate goed met de nieuwe 700 serie van Bowers & Wilkins. Hier afgebeeld de 703, een vloerstaand driewegsysteem. De cones zijn gemaakt met een mix papier en kevlar en alleen kevlar voor de midrange drivers.
Wanneer je er ook kwam de ruimte stond altijd vol. In het midden een king size vleugel met daarvoor een setje B&W 801 gedrapeerd. Het klonk wel erg echt allemaal en ik vroeg me soms af wanneer de set speelde en wanneer de vleugel zijn tonen liet horen.
Nieuw van Densen zijn de Beat B-300XS eindversterkers. Gebaseerd op Densen’s eigen ontwikkelde DMCD technologie. De techniek maakt de versterker snel en die kent een bandbreedte tot 400.000Hz. 2 x 100 Watt bij 8 Ohm en 2 x 200 Watt bij 4 Ohm zorgt ervoor dat hij zo´n beetje alle luidsprekers goed aan kan sturen. De referentie B-250 voorversterker stuurde de B-300 aan. Op de voorversterker ontbreken de grote ronde knoppen die we kennen van de Beat-serie. Ook heeft Densen een Beat B-800 tuner, zodat men een complete set van één merk kan nemen.
Dat niet alles klinkt zoals het eruit ziet hoorde je bij Usher. Een firma uit Taiwan die een aantal concepten van verschillende merken gebruikt en daarbij tot een rommelig product komt. De klank is hol, definitie ver te zoeken, ik hoop voor de fabrikant dat de set niet correct opgesteld stond. Met een prijs voor een eindversterker vanaf zo’n 2.400 Euro had ik wel meer verwacht.
