Daar staat Harry op het punt om te beginnen met een luistersessie. Hij legt een CD in de TAD D600 disc player en kondigt een stuk van Igor Strawinsky aan. Zou hij weten dat het één van mijn favoriete componisten is? De eerste tonen klinken en ik zit in een concertzaal, ik ervaar de ruimte en de energie van de uitvoering. Ik zie de uitvoerenden voor me en kan niet anders dan ademloos luisteren. De betovering wordt doorbroken wanneer Harry het volume terugdraait maar wordt onmiddellijk hersteld zodra ik in de studio ben met een klein jazz combo.
Van de diepte en de ambiance van de grote concertzaal naar de up front situatie in de veel kleinere studio. Ik zie de akoestische bas die snort, knort en resoneert. Krijg de rillingen van de kwastjes die over de drums schuifelen, de sticks die op de bekkens tikken en de hamertjes die op de pianosnaren trommelen. Opnieuw is het de teruglopende volumestand die me in de werkelijkheid terug brengt. En steeds wanneer die volumeknop bij een nieuwe track de optimale stand bereikt waan ik me in de opnameruimte. Ongeacht de muzieksoort of bezetting. Ook een prachtige, in de beginperiode van het digitale tijdperk gemaakte,opname van een werk van Shostakovich onder leiding van Bernard Haitink heeft dit effect. Ondanks de zeker aanwezige digitale artefacten. Tussen twee tracks door, in een pauze waarin Harry een toelichting geeft op een CD van de Catalaanse musicus Jordi Saval, verschijnt voor mijn geestesoog het beeld van een kameleon. Dit systeem weet steeds opnieuw op de meest overtuigende wijze van gedaante te wisselen. Juist omdat het zo waarheidsgetrouw is blijkt het keer op keer onmogelijk om de set te beleven als een afstandelijke toehoorder bij een audio show. Ieder stuk opnieuw voert me naar weer een andere studio, zaal of opnameruimte. Een orkeststuk van Benjamin Britten, met daarin opgenomen een optreden van een groot koor, beneemt me letterlijk de adem. Zelfs een geremasterde versie van een uitgekauwd en daardoor voor mij normaliter nauwelijks nog te pruimen Dire Straits nummer, de enige track die Harry overigens tijdens de eerste luistersessie vanaf LP afspeelt, doet me in de studio belanden.
Pauze
Wanneer Harry een luisterpauze inlast neem ik uitgebreid de tijd om de onderdelen van deze uitzonderlijk mooie set van nabij te bekijken. De grootste aantrekkingskracht wordt uitgeoefend door de twee monitor luidsprekers. Ja, de behuizingen staan op stands maar daarmee houdt de vergelijking met wat men normaal gesproken onder een monitor luidspreker verstaat wel op. De TAD Compact Reference CR1 luidspreker (46 kilo) vormt in combinatie met zijn stand (16 kilo) een volwaardig luidspreker systeem met een bereik van dat loopt van 32 Hz tot 100 kHz. Met zijn totale hoogte van 1 meter 16 en een footprint, van de stand, van 407 mm breed en 525 mm diep, heeft hij een voor de gemiddelde woonkamer fors formaat. Toch is dat niet het eerste dat mijn aandacht trekt. Dat is veeleer het uiterlijk en de afwerking. Ze doen me denken aan Italiaanse weergevers die een veelvoud kosten van de prijs waarvoor deze TAD’s van eigenaar wisselen. De elektronica van TAD is al even indrukwekkend. In het audio rack staan de D600 discplayer en de C600 voorversterker. Aan weerszijden geflankeerd door een M600 mono eindversterker.
Alle powerchords waren Sunyata Python en Anaconda met triton line conditioners. Zowel de interlinks als de luidsprekerkabel zijn van Audioquest ; type WELL. Powercords Sunyata Python en Anaconda met triton line conditioners. Helemaal bovenop het rack staat een digitale muziekspeler van Aurender en aan de zijkant staat zoals altijd de draaitafel. Ditmaal de Signature 12, het topmodel van Pro-ject, met ook hier een Kiseki element, de Kiseki Purple Heart. Daarnaast op een lager niveau een acoustic revive RL 30 demagnetizer waarop de discs behandeld worden alvorens ze in de D600 belanden. Harry is nog steeds in gesprek dus ik besluit, met de klank en de beleving van het grote systeem nog in mijn hoofd en mijn lijf, kort terug te keren naar de kleinere ruimte. Daar plaatst Rob op verzoek dezelfde in de grote ruimte gehoorde Britten selectie in de Moon CD speler. Opnieuw de intense beleving van het stuk en het genieten van koor en orkest. Tegelijkertijd valt me nu het aangezette laag op. Iets wat ook duidelijk wordt bij een lp track van Stevie Ray Vaughan. Nog steeds een fraai systeem maar voor deze ruimte zijn de TAD Evolution One luidsprekers in mijn oren toch een maatje te groot. Snel terug naar de hoofdset waar Harry alweer gestart is.
Toegift
Tijdens de eerste luistersessie zat ik op de eerste rij. Nu besluit ik het anders te doen. Hoewel ik er zonder meer van uit ga dat deze topset op iedere plek in deze ruimte goed klinkt, besluit ik om toch wat verschillende luisterplekken uit te kiezen. Er zit nu een ander publiek en Harry draait om te beginnen enkele van de eerder gehoorde stukken. Op verschillende plekken achterin de grote kamer staand heeft de set nog steeds hetzelfde effect op me. Ook nu is de beleving dermate intens dat ik me na afloop pas realiseer dat ik onmogelijk op enig moment op een afstandelijke, technische manier naar deze set heb kunnen luisteren. Wanneer ik uiteindelijk toch nog even ga zitten doe ik dat aan de zijkant. Harry heeft inmiddels zijn iPad ter hand genomen en selecteert nu muziek die opgeslagen is op de Aurender. Achtereenvolgens klinken enkele mij bekende tracks door de ruimte, waaronder één van Bobo Stenson. Zo heb ik hem thuis nog nooit gehoord. Maar dat geldt ook voor de daaropvolgende Nick Bärtsch Ronin selectie die ik vandaag eerder bij Rob hoorde. Wanneer de muziek uiteindelijk verstomt kom ik voor mezelf tot de conclusie dat dit de perfecte afsluiting is van deze aaneenschakeling van live gebeurtenissen die me op één dag meer studio’s en concertzalen deed bezoeken dan fysiek mogelijk is. Wat een set.