ARTIKEL

Passie voor muziek

Paul Geerts | 09 augustus 2010 | Fotografie Jiri Büller

Daar komt ook zijn passie voor muziek weer om de hoek kijken. Én zijn pogingen om die met zijn werk te verweven. Als een gulzige koe graast hij in het ruime aanbod. Die passie dateert van zijn middelbare schooltijd, toen Van Bommel plompverloren een koptelefoon op zijn hoofd gedrukt kreeg. De metalklanken die hij hoorde, spraken hem direct aan. Inmiddels is zijn smaak in de breedte uitgegroeid. “Ik hou van metal, maar ook van singer-songwriters. Our Lady Peace is één van mijn favoriete bands. Aan de andere kant luister ik ook naar Jay Brannan, een Amerikaanse singer-songwriter die net een cd uitheeft. Zolang het maar geen kauwgompop is en er mensen achter zitten die er met hart en ziel mee bezig zijn. Als het te gepolijst is, kan ik het wel leuk vinden, maar ben ik er ook zo op uitgekeken.

Hoewel hij zichzelf niet bestempeld als hifi-freak, hecht Van Bommel aan een goede geluidsweergave. Al is dat pas sinds kort. Zijn gitaar (een Fender Squire) sloot hij bijvoorbeeld lange tijd gewoon aan op zijn installatie. De ouderwetse buizenversterker waarover hij nu speelt, een Marshall Modefour, is wat dat betreft een heuse vooruitgang. “Het gaat me niet zozeer om de geluidskwaliteit, maar om de sfeer van de muziek.” Dat Van Bommel tegenwoordig speakers van Piega op zijn muziekinstallatie heeft aangesloten, is eigenlijk ook een kwestie van toeval. “Toen ik nieuwe speakers ging kopen, heb ik een hele serie beluisterd. Ik hoorde direct het kwaliteitsverschil. Dan ben ik niet te flauw.” Het muzieksysteem is van Sonos, een apparaat dat in verbinding staat met zijn harde schijf. Cd’s luistert Van Bommel nauwelijks nog, al kleven daar ook nadelen aan. “Op de harde schijf staat alles op alfabetische volgorde, terwijl ik mijn cd’s op genre rangschikte. Als ik dan zin had in bijvoorbeeld metal, wist ik precies waar ik moest zoeken.

Los van de muziekbeleving in zijn woonkamer, is hij een fervent concertbezoeker. “Ik vind het sexy om zoveel mogelijk concertzalen van binnen te zien.” Daaraan besteedt Van Bommel een deel van zijn vakanties. Hij bestudeert de concertagenda’s van zijn favoriete bands en kiest er de meest aantrekkelijke locatie uit. Eind juli leidde de reis naar Dallas, waar Van Bommel het Mayhem Festival bezocht met bands als Slipknot, Disturbed, Machine Head en Walls Of Jericho. “Fantastisch om tussen al die Amerikanen te staan.” Het is een van de voordelen van zijn werk. Het stelt hem in staat om de meest uiteenlopende plekken te bezoeken. Niet zonder trots haalt hij een stapel Duitse tijdschriften en kranten tevoorschijn waarin interviews en artikelen over Van Bommel staan. “Dat zijn jachttrofeeën”, zegt hij glunderend. Naast België en Nederland is Duitsland een van de landen waar het bedrijf zich op richt. “We hebben ooit verkocht in heel de wereld, maar overal een klein hoopje. Je kunt je beter op een beperkt aantal landen concentreren en het daar goed doen”, vertaalt hij de bedrijfsfilosofie.

Het continueren van de collectie en nog meer voet aan de grond krijgen. Daar ligt komende jaren de uitdaging voor Van Bommel. Dromen? Ja, die heeft hij wel. “Maar die ga ik jou niet vertellen, daar zijn het dromen voor.

 


EDITORS' CHOICE