In de grote, nieuwe stereo-luisterruimte van iEar' stonden aan beide smalle kanten van de kamer twee geweldige sets opgebouwd. Tijdens de pauze van de sessies die in deze ruimte plaatsvonden werden daarom de stoelen steeds een halve slag gedraaid. Het eerste deel van de luistersessie werd verzorgd door Leo Heijmans van Smart Audio en Paul Mastenbroek van New Transtec. De indrukwekkende Focal Stella Utopia luidsprekers werden soeverein aangestuurd door een McIntosh set die bestond uit onder andere de C500 buizenvoorversterker, de D100 d/a-converter, de MC601 monoblokken van 600 watt en de van een fraai groen oplichtend plateau voorziene MT5 platenspeler.
Leo Heijmans, Smart Audio
De laatste keer dat ik de Utopia's in deze ruimte hoorde vond ik dat de akoestiek nog niet helemaal op het niveau van de gepresenteerde high-end producten was, wat zich uitte in een wat onrustig geluidsbeeld. Daar was nu geen sprake meer van. De aanpassingen van RivaSono hebben een heilzame werking op de focus van de muziek en er is nu een soort 'zachtheid' in de weergave die erg prettig is.
De lage tonen uit de machtige, elektromagnetisch aangedreven woofers van de Focals waren diep en sonoor. Door de grote hoeveelheid luisteraars in de ruimte wellicht iets aan de droge kant, want het menselijk lichaam is in dit soort druk bevolkte omstandigheden een uitstekende akoestische demper, maar toch een heel overtuigende demonstratie; kracht en snelheid gekoppeld aan souplesse en subtiliteit. Een zeldzame combinatie.
Na de verfrissing halverwege was het de beurt aan de andere set rond de veel slankere maar minstens net zo opvallende KEF Blade luidsprekers, die door twee verschillende sets werden aangedreven. Begonnen werd met een uitgebreide Naim set, onder andere bestaande uit de NAC252 voorversterker, NAP300 eindversterker en Superline phonotrap, want de speciaal voor deze gelegenheid door Ed Verkerk van Latham Audio meegenomen Well Tempered Versalex platenspeler met Dynavector Te Kaitora Rua element moest ook zijn muzikale kunsten kunnen vertonen. De bekabeling was volledig van The Chord Company.
De muzikale signatuur van Naim was goed te herkennen, met een muzikale en 'gedreven' weergave. Ed genoot zichtbaar en draaide de ene plaat na de andere. Het was de laatste sessie van de dag en de sfeer was ontspannen, een tikje uitgelaten zelfs. Het publiek kreeg echter nóg een tweetal bijzondere presentaties te horen. Namens GP Acoustics was namelijk Johan Coorg overgekomen uit Engeland om een toelichting te geven op de bijzondere eigenschappen van de KEF Blades.
Ed Verkerk, Latham Audio
Een demonstratie van Johan Coorg is altijd een feestje. Omdat hij zich (vanwege zijn Nederlandse moeder) vrij goed in onze schone taal kan uitdrukken deed hij zijn betoog voor een deel in het Nederlands. Hij liet een aantal zeer bijzondere luistervoorbeelden horen die niet alleen het beste uit de apparatuur haalden, maar die de toehoorders ook in vervoering wisten te brengen. Daarna werden de luidsprekerkabels aangesloten op de andere set, die volledig uit producten van het Noorse merk Hegel bestond.
De P30 voorversterker, H20 eindversterker, CDP2A mkII cd-speler en de gloednieuwe HD25 d/a converter mochten laten horen dat Noorse kracht en verfijning een uitstekende combinatie vormen met de KEF Blade luidsprekers. Hiervoor was Hegel's marketingmanager Anders Ertzeid aanwezig, die op onverwacht grappige en inzichtelijke wijze wat vertelde over de bijzondere technologie die Hegel heeft verwerkt in haar producten.
Zo blijkt de zeer bijzondere volumeregelaar te zijn gemaakt door een ingenieur van Hegel, die ook betrokken was bij het ontwikkelen van de sensoren die in de enorme deeltjesversneller LHC in Zwitserland het illustere en ultrakleine Higgs-Boson deeltje wisten te detecteren. Over nauwkeurigheid gesproken!
Johan Coorg, KEF
Die grote toewijding aan techniek staat bij Hegel echter altijd in dienst van een zo muzikaal mogelijke weergave en dat bleek ook tijdens de luistervoorbeelden. De muziek stond behoorlijk hard te spelen, maar er was geen spoortje vervorming te horen, het beeld was uiterst stabiel en dat was naast de fantastische Blades natuurlijk ook op het conto van de Hegel apparatuur te schrijven.
