Na een aantal jaar geleden van Wharfedale de Linton 85 te hebben mogen recenseren, was ik kennelijk de aangewezen persoon om de Super Linton ook langs te laten komen. Uiteraard heb ik mijn oude review nog eens opgezocht en tot mijn verrassing is de mening over de Super Linton op veel punten anders. Zo anders dat een vergelijk niet echt zinvol is en ik gewoon met de Super Linton aan het werk ga alsof er nooit een andere Wharfedale heeft bestaan. Bij dezen!
Voor wie Wharfedale een nieuwe naam is, de historie is lang en gaat ver terug in de tijd. Zo u wil tot 1932 toen Gilbert Briggs de eerste Wharfedale introduceerde, genoemd naar de vallei van de rivier Wharfe. Op enig moment verdween het merk van de markt om via een reïncarnatie terug te komen in de spotlights. De ontwerpen zijn tegenwoordig van een team medewerkers rond Peter Comeau, echt Engels en nog altijd is dat te herkennen in het uiterlijk, maar ook in de wijze van weergeven en de vorm van de luidsprekers. We hoeven er geen doekjes om te winden, Wharfedale wordt gefabriceerd in Azië en kan daardoor hoge kwaliteit leveren tegen een bescheiden prijs.
Wharfedale Super Linton: forse jongen
De Super Linton is een fors driewegsysteem dat is gemaakt op basis van klassieke afmetingen. 30 centimeter breed, 33 centimeter diep en met 60,5 centimeter net hoger dan zijn voorganger Linton 85. Leverbaar zijn prachtige stands die ik dringend zou aan willen raden, zwaar en massief, perfect passend bij de luidspreker en samen met de Super Linton wordt de totale hoogte 104 centimeter. De behuizing bestaat uit twee lagen MDF, gescheiden door een dempende lijmlaag om resonanties tegen te gaan. De Super Linton is afgewerkt in walnoot of mahonie fineer of in mat zwarte lak over eiken fineer. Datzelfde gaat op voor de houten delen in de stands.
In de brede en hoge frontplaat passen drie units, welke een update hebben ondergaan ten opzichte van zijn voorganger. De woofer is een 200 mm model met een Kevlar conus. Met zijn krachtige magneet zou hij tot 32 Hertz kunnen gaan presteren in de Super Linton, daarbij gesteund door twee reflexpoorten aan de achterzijde van de kast. De tweeter is een nieuw ontwerp, met een zachte geweven en daarna gecoate dome van 25 mm. De dome zit in een korte hoorn voor een betere afstraling.
Achter de dome vinden we wat demping om reflecties af te vangen. De magneet is ditmaal uit keramiek samengesteld. De 135 mm midrange heeft een eigen compartiment van 6,6 liter inhoud in de Super Linton. Kenmerkend zijn een spreekspoel met een grote diameter, een gegoten chassis en ook hier een Kevlar conus. Opvallend dat Wharfedale het filter in tweeën heeft gesplitst om interferentie tussen componenten tegen te gaan. Onderin de kast ligt het ene deel op een houten plaat, tegen de achterwand staat precies zo het andere deel van het filter, met daartussen de single aansluitingen voor draad, banaan en spades. Zware magneten, een zware behuizing, het telt allemaal mee tot het gewicht van net geen 20 kilo wordt gehaald. Tel daar een stand bij van 14 kilo en je hebt een luidspreker staan die indruk wekt en niet snel om te stoten is.
Buizen en torren
Mijn Super Linton heeft ruim de tijd gekregen om in te spelen, waarmee een zware basweergave zich langzaam omvormde tot een basweergave die je zelfs aan de lichte en snelle kant kunt positioneren. Zelden maak ik zo’n metamorfose mee in positieve zin. Het was zelfs mogelijk om in een ruimte van net 12 vierkante meter met de Super Linton te spelen, al is hij daar niet voor bedoeld. Het uiteindelijke luisteren deed ik in de huiskamer waar 33 vierkante meter ruim gevuld kon worden.
Deels is gespeeld met een oude Quad 303 eindversterker welke onderhoud heeft ondergaan, gewoon vanwege de nostalgie rond Quad en Wharfedale. Jammer dat een Quad 303 zelfs na onder andere condensatorwisseling zich niet kan meten met een hedendaagse versterker. Een uitspraak die op een Quad-facebookpagina bijna leidde tot bedreigingen in mijn richting, dus pas op. De Super Linton is van zichzelf een rustige luidspreker waar je lang naar kunt luisteren, met een 303 en zijn Engelse ‘pijp en sloffen’ klank wordt het allemaal te veel afgerond. Dus fijn uiteindelijk een moderne, grote transistorbak aangesloten.
Overigens is tijdens de inspeelperiode en ook daarna gebruikgemaakt van een transistor eindtrap met een bescheiden vermogen van 2 x 30 Watt en zowel een AirTight ATM-1E buizenversterker met twee EL34 buizen per kanaal als van een EAR/Yoshino met in totaal acht EL34’s. In al die gevallen kun je de Super Linton met een gerust hart inzetten. Kennelijk is de impedantie van nominaal 6 ohm en minimaal 3,9 ohm versterkervriendelijk genoeg om ook buizenversterkers aan te kunnen. Zonder dat het laag slap of zompig gaat worden, mits – ik kan het niet genoeg benadrukken – de luidspreker de nodige inspeeltijd heeft gehad. Met een rendement van 90 dB is de Super Linton geen vermogensvreter en kan heel goed een Quad 33/303 model 2024 of een recente Leak 130 versterker de aansturing overnemen.
Van sax naar sexy
Laten we rustig aan beginnen met de saxofoon van Scott Hamilton en zijn track ‘I’ve grown accustomed to her face’. De muziek wordt tot net buiten de opstelling van de luidsprekers gebracht, veel interessanter is de diepte waarmee de Super Linton weet te spelen en het afbeelden van de saxofoon op een normale hoogte. Piano is duidelijk, bas ondersteunend met een perfect in balans gehouden weergave tot midden en hoog. Hoge tonen zijn rustig, bekkens worden zacht met brushes aangeraakt en zingen wat mee. Je moet aan het slagwerk wel even aandacht aan geven anders zakt het wat weg.
Het midden is mooi van klank, heel natuurlijk en open, zeker met sax en piano. Muziek om op weg te dromen, hetgeen de Super Linton je graag laat doen. Het is zeker geen opvallende schreeuwer, meer een echt Engels model dat menig liefhebber van de wat oudere KEF’s, B&W’s, Harbeths, Spendors en de vele merken die inmiddels de moed hebben opgegeven zal bekoren. Dat is overigens een compliment en geen kritiek.
Chantal Chamberland met haar uitvoering van ‘I wanna be around’ is minstens zo prettig om naar te luisteren. De band levendig achter haar. De dame wat naar voren gezet en overduidelijk te verstaan. Ook wat breder neergezet dan daarnet en goed gebruikmakend van de ruimte om de luidspreker heen. Meter ruimte naar de zijmuur, met de achterkant toch maar een centimeter of 30 van de achterwand af. Wat aangeeft dat de poorten heel netjes zijn afgestemd. Weer is de hoogte-afbeelding en de diepte een voorbeeld hoe het kan zijn als het allemaal klopt.
In een modern interieur willen we allemaal dezelfde slanke zuiltjes, vergeten wordt dat een flinke baffle, de voorplaat van de luidspreker waarop de units zijn gemonteerd, een veel fraaiere afstraling geeft. Evenwichtiger vooral voor midden en hoog. Nadeel is dat de luidsprekers een stuk meer opvallen. Ook dat is passend in het tijdsbeeld van toen een Linton oorspronkelijk op de markt kwam. Om het laag eens lekker te pesten en de woofers aan het werk te zetten speel ik Patricia Barber en haar ‘Touch of trash’. Een titel die totaal niet slaat op de Super Linton, het is opvallend hoe de lage tonen netjes in de hand worden gehouden en toch behoorlijk diep gaan in het frequentiebereik. Het zou wat opwindender mogen spelen, van Barber verwacht ik wat meer gespetter van slagwerk en ditmaal een trompet, ik ga er niet van dansen in de kamer. Kan er wel met plezier naar luisteren en kan niemand bedenken die zich zou kunnen storen aan de klankkleur en de rust die heerst in de weergave. Ik moet mij ook steeds bedenken in welke prijsklasse hier gespeeld wordt. Geef de Super Linton een juiste versterker en hij speelt echt boven zijn prijsklasse uit. Het voordeel als een Engels ontwerp in Azië kan worden gemaakt. Laten we daar niet moeilijk over doen, het Verre Oosten is de leverancier van het gros van onze luidsprekers onder de drie à vierduizend euro.
Uit de oude doos
Een echte klassieker is ‘Moonlight in Vermont’, nu eens niet in een alledaagse uitvoering maar gezongen in duet door Linda Ronstadt en Frank Sinatra. Vol valse romantiek met jankende violen op de achtergrond staat zowel Ronstadt als Sinatra bijna levensecht voor mij. Zonder ooit één van beiden live te hebben mogen ervaren, zijn ze bekend genoeg om de stemmen direct te herkennen.
De Super Linton laat de stemmen niet in elkaar vloeien, ik kan mij de microfoonopstelling zo voorstellen. Zo mooi gescheiden staan ze holografisch opgesteld. Qua ruimte positionering is deze Super Linton echt opvallend goed uit de verf gekomen. Daarbij is het lekker luisteren. Eigenlijk kan ik de luidsprekers op geen enkel negatief punt betrappen. Ze zijn evenwichtig, in balans, krachtig als dat gewenst wordt, subtiel op andere momenten, heel compleet en volgen slaafs hetgeen wordt aangeboden. Gezien de prijsstelling is het niet verwonderlijk dat het laatste beetje resolutie er niet uitkomt, dat ze wat minder dynamisch zijn, geen hightech uitstraling kennen en slechts in een paar afwerkingen leverbaar zijn.
Wil je wat extra leven in de brouwerij, speel dan zonder fronten. Eigenlijk is de klank juist datgene wat ze onderscheidt van modernere Wharfedale series als de Evo of de Elysian. Vooruit, nog één klassieker in de stream, ‘When it comes to you’ van Dire Straits. Beetje extra gas met het volume en je kunt op je gemak genieten van het gehele album zonder dat je afgeleid raakt of nodig op zoek wil gaan naar andersoortige muziek.
Klasse klassiek
We gaan de klassieke kant op met Khatia Buniatishvili die een werk van Chopin uit haar vleugel tovert. Piano is al een paar maal positief beschreven, solopiano met een klassieke compositie is toch vaal lastiger om correct weer te geven. Wat de Super Linton als eerste goed weet te doen, is het herscheppen van een ambiance waarin de vleugel staat. Met veel ruimte om het instrument, netjes op de juiste afstand geplaatst ten opzichte van de luisteraar. Klein spelend als het klein behoort te zijn, krachtig als een vleugel kan zijn als Khatia losgaat in dynamiek. De omvang van de dynamiek is op dit album best groot te noemen, voor de zachtste passages moet ik de oren spitsen, terwijl ik zeker weet dat de harde uithalen ook door de buren zijn gehoord. Waarbij geen sprake lijkt van enige compressie door de weergevers en ik het gevoel had dat ik nog veel harder zou kunnen spelen zonder een Super Linton in de problemen te brengen. La Serenissima speelt vervolgens drie delen uit een concert van Vivaldi voor twee hobo’s, strijkers en orgel. Een lastig en kritisch werk en dat laat de Super Linton ook horen. Voor het eerst ervaar ik enige hardheid in het spel. Spel dat verder heel compleet is, de instrumenten behoorlijk uit elkaar weet te trekken en zich breed laat neerzetten in de ruimte voor mij.
Het rustiger Largo concentreert zich op de hobo’s en is lieflijker voor het oor. Helder, transparant, open, het zijn de audiofiele kreten die in gedachten schieten terwijl de muziek op de voorgrond hoort te staan. Telkens moeten mijn hersenen omschakelen van technisch luisteren naar van muziek genieten. Bij technisch luisteren probeer je de goede en slechte eigenschappen te onderscheiden, als ik niet recenseer luister ik juist veel meer naar de muziek. Dat laatste is de afgelopen weken uitstekend gelukt met een set Wharfedale Super Linton, zo melden ook mede luisteraars en mijn echtgenote. Wie niet de ultieme weergave nastreeft kan met de Super Linton een uitstekende combinatie vormen voor het streamen van muziek tot op een hoog niveau van bron en versterking.
Getuige de afsluiter met zang van Voces8, ‘Good night, dear heart’ van hun album ‘Nightfall’. Prachtige zang al raak ik van slag als ik het hele album achter elkaar moet luisteren. Stemmen van de mannen en de twee vrouwen komen heel fraai los van elkaar in de ruimte te staan. Opgesteld in twee lijnen zo te horen. Ondanks dat er geen instrument anders dan de stemmen te horen is, wordt de zang mooi gedragen, blijft op zijn plaats als het volume aanzwelt of juist afneemt. Weer een paar punten gescoord door Wharfedale wat mij betreft. Ik neem mij voor de Super Linton nog niet in te pakken en privé nog wat te gebruiken nu ze er toch staan. Kan ik bovendien moed verzamelen om in totaal bijna 70 kilo naar beneden te sjouwen en gereed te maken voor verzending.
Super van Wharfedale
Wharfedale heeft de Super Linton een stuk boven de gewone Linton geprijsd. Dat is aan het uiterlijk nauwelijks af te zien, maar van binnen is er heel wat aangepast. De vernieuwde drivers en het in twee delen gesplitste filter maken de Super Linton tot een supersysteem in zijn prijsklasse. De Super Linton is fraai afgestemd in de lage tonen, nooit te veel, wel fijn diep doorlopend en als de versterker mee wil werken worden lage tonen strak in de hand gehouden. Het hoog is helder en tegelijk zachter van aard dan in de gewone Linton. Waar ik destijds graag speelde met het doek op het front, laat ik dat er nu met liefde vanaf. Zachter in de zin van vriendelijker en niet qua luidheid. Het midden krijgt het voor de kiezen in definitie en detaillering, waar je gaat merken dat het gaat om een prijsvechter en niet om een systeem waar het prijskaartje niet telt. Ondanks dat kun je er niet over klagen, het middengebied is gewoon goed.
De gehele manier van spelen met een Super Linton straalt uit dat het een luidspreker is om mee van muziek te genieten en niet telkens op de proppen te komen met technische hoogstandjes. Iets wat ook bezoekers en mede luisteraars telkens opmerkten. Gemakkelijk en oorvriendelijk spelen is het motto.
Alles bij elkaar genomen, de afwerking in fineer, de doordachte bouw, de kwaliteit van drivers en filter en niet te vergeten de perfecte stands, staat er een systeem te spelen waar menig concurrent migraine van kan krijgen. Ja, het is een grote luidspreker met een klassieke uitstraling en geen design zuiltje of een ei, maar dat heeft zijn voordelen voor de weergave. Bovendien zijn ze door het ontbreken van opsmuk rustig qua uiterlijk en als je een mooie plek kunt vinden in huis, dan staan ze nog er mooi vintage bij ook.
Wharfedale Super Linton
1.999 euro p/set | 399 euro stands | www.wharfedale.eu
Beoordeling 5 / 5