Met behulp van zowel een goede adviseur als een eigen mening kan elke hifileek zijn of haar droomsysteem samenstellen. Uiteindelijk hoeven we immers enkel ons muzikaal gehoor te gebruiken. Een nuchtere instelling is prima want sommige dingen in de audiowereld zijn eerder verwant aan het welbekende `bling-bling` effect dan puur noodzakelijk. Vergulde pluggen en aansluitingen zijn steeds meer populair geworden omdat ze mooi ogen, terwijl het goud eigenlijk als anti-corrosielaag moet dienen.
Dat goud heeft dus wel degelijk een praktische functie maar groter-dan-groot luidsprekerklemmen klinken niet beter dan een paar goede maar onopvallend ogende `banaan-bussen` en goud is bij luidsprekerverbindingen minder noodzakelijk dan bij `interconnects`. De ultradikke fronten waarmee sommige apparatuur is versierd zegt op zich ook weinig over de verdere constructie en vrijwel niets over de weergavekwaliteit. Een dergelijk front zou dus geen hoofdrol moeten spelen in de koopbeslissing (maar het oogt natuurlijk wel mooi).
Waar de zwaardere bouwkwaliteit van betere hifi echt helpt is in de algehele constructie van het chassis en vooral (SA-)cd-spelers hebben daar veel baat bij. Het chassis zou niet resonant moeten zijn (kan gemakkelijk worden gecontroleerd door er op te kloppen). Een doordachte constructie is daarom belangrijker dan een fors gewicht. Aardig wat nieuwe kwaliteitshifi wordt tegenwoordig voorzien van zogeheten `schakelende voedingen` en dergelijke apparatuur is nou eenmaal vrij licht op de hand, zodat zelfs de audiofielen anders tegen het gewichtonderwerp gaan aankijken.
Zware sacd speler
Gelukkig gaat de tophifibranche zich steeds meer consument georiënteerd opstellen, wat vooral is te zien aan het aantal afstandbediende apparaten (zelfs ultra puristische buizenversterkers zijn tegenwoordig voorzien van een `remote`). Ook bieden verschillende topmerken uitgebreide `multi-room` systemen waarmee er in het hele huis van hoogwaardige muziek- en beeldweergave kan worden genoten. Naast een goede constructie gaan de fabrikanten steeds meer letten op de combinatie van een mooi design en doordachte ergonomie.
Op sommige punten willen de ontwerpers zichzelf nog wel eens wat teveel te buiten gaan (net als in de auto-industrie overigens) maar nergens anders in de elektronicabranche zal men met zoveel liefde voor het vak en oog voor detail worden geconfronteerd als bij de betere hifimerken.
Platenspelers en LP`s (Langspeelplaten) zijn in de consumentenmarkt lange tijd afwezig geweest maar dankzij de toenemende interesse in `het zwarte goud` (ook wel simpelweg `vinyl` genoemd) hebben zelfs enkele grote hififabrikanten (zoals Denon) een nieuwe platenspeler gelanceerd. In de "High End" hifibranche zijn platenspelers altijd verkrijgbaar gebleven en veel ontwerpers hebben de digitale revolutie van de cd-speler gezien als de ultieme uitdaging zodat juist eind jaren 80 en begin jaren 90 sommige van de meest innovatieve en hoogwaardige platenspelers, toonarmen en pickup-elementen werden geïntroduceerd.
Er worden tegenwoordig steeds meer betaalbare en meestal fraai gebouwde platenspelers ontworpen en ook elementen en losse vervangingsnaalden zijn ruimschoots verkrijgbaar. Voor eigenaren van versterkers zonder een `Phono` ingang zijn er losse Phono-(voor-)versterkertjes verkrijgbaar en ook die zijn vaak verassend betaalbaar (al vanaf zo`n 70 euro). De prestaties van de huidige generatie betaalbare platenspelers en `Phono-Preamps` mogen niet worden onderschat. Vooral bij de Phono-Preamps is de concurrentieslag dusdanig, dat elke fabrikant probeert om de best mogelijke prestaties uit hun elektronica te halen en daar is de consument natuurlijk bij gebaat.