Om het geheel compleet te maken is de Audiolab M-DAC voorzien van een asynchrone USB-aansluiting. Deze ondersteunt signalen tot 24-bit/96kHz vanaf een PC of Mac. De afstandsbediening werkt hierbij ook en John Westlake heeft voor Windows-gebruikers een LSB Restoration-functie ingebouwd. Zo wordt het signaal real-time gecontroleerd en de logische fouten in de via de Windows kernel mixer aangeleverde signalen bitperfect gecorrigeerd. Er zit in het menu van de M-DAC ook een Bitperfect Test ingebouwd, werkend voor alle ingangen tot een resolutie van 24/96. Audiolab is zeker van zijn zaak.
Maar het meest interessante aan de opties van de Audiolab M-DAC moet toch wel de filteroptie zijn. Het hart van de DAC is een ESS Sabre 32-bit chipset (type 9018), die wordt omringd door veel luxe folie-condensatoren en de signalen uiteindelijk naar de discreet opgebouwde J-FET Cross A-klasse outputs stuurt. De uiteindelijke samplingfrequentie van deze D/A Converter ligt op 84.672MHz. ESS laat het aan de eindfabrikant over welk filter er wordt geprogrammeerd (veel DAC’s gebruiken filters) om de uiteindelijke klankeigenschappen te kunnen beïnvloeden. Maar de M-DAC heeft deze keuze –grotendeels- aan de eindgebruiker over te laten in de vorm van zeven filterstanden.
Deze kunnen tijdens het afspelen worden gewijzigd en brengen kleine veranderingen in de muziekbeleving teweeg. Per muzieksoort kunnen fijne verschillen hoorbaar zijn. Zo bracht de stand ‘Minimum Phase’ wat meer gevoel aan het licht tijdens een live-album van Keith Jarrett, klonk ‘Optimal Spectrum’ wat meer analytisch (ideaal voor ‘audiofiele’ opnames) en was het vooral de stand de stand ‘Optimal Transient’ de meest muzikale en vooral toegankelijke filterstand.