Musical Technology M270
U voelde het al op de klompen aankomen. De M270 is én een klasse A versterker én een heel snelle versterker. En in het licht van afmeting, geboden opties en uiterlijk, een dure versterker die in de prijslijst staat voor 2500 euro. Over de verhouding prijs versus weergave kwaliteit gaan we het straks uitvoerig hebben. Aan de voorzijde de aan/uit schakelaar, de bronkeuze, volume regeling en een tape monitor knop. Achterop ingangen voor cd, tuner, aux 1-2-3 en tape in/uit. Twee luidspreker aansluitingen en een euro connector voor een netsnoer. In de kast een grote trafo die 380 watt levert. Met gescheiden wikkelingen per kanaal. Daarachter de voeding die is afgevlakt met in totaal 4 x 20.000 micro farad. Aan de uitgang Mosfets (buz900P + buz905P), per kanaal twee paar van elk. De volumeregeling gaat met een Alps Blue. Voor de luidsprekers een Zobel netwerkje en op de koelplaten is een thermische beveiliging voorzien. De gehele versterker is discreet gebouwd op een keurige printplaat. Zonder een overvloed aan draad of draadbruggetjes. Een doordacht ontwerp. Het gewicht van de versterker is ongeveer 8 kg en de afmetingen zijn 435 x 85 x 355 mm. Het te leveren vermogen is 2 x 70 watt aan 8 Ohm tot 2 x 110 watt aan 4 Ohm. Frequentiebereik is 2 Hz tot 150 kHz binnen -3 dB. De ingangsgevoeligheid is 200 mV voor volle uitsturing bij een lage impedantie van 20 kOhm. Veel meer meetgegevens zijn niet beschikbaar, maar wie de tijd neemt de filosofie van de fabrikant te bestuderen komt uit op hoge dempingfactoren, snelle stijgtijden, overbemeten voedingen, in ruime mate in staat stroom te leveren en betrouwbare werking. Alles om recht te doen aan het nagestreefde principe, een optimaal resultaat halen uit klasse A versterkers, zonder te lijden onder de beperkingen van halfgeleiders. Bereikbaar door toepassing van eenvoudige circuits waar elk onderdeel is gewogen en geschikt bevonden voor de toepassing.
Aansluiten
De Musical Technology M270 neemt de plaats in de van de eerder geteste Anatek klasse A versterker en moet het opnemen tegen de huisset. Clearaudio Balance voorversterker met twee Monarchy Audio SE-100 Delux mono klasse A eindblokken. De luidsprekers zijn aangesloten met lange lengtes Siltech LS-110 Classic. Ter beschikking staande luidspreker modellen zijn mijn JMlab Electra 926 full range systemen en verder Mordaunt-Short 902 en 912 monitoren op Target Stands. Aan de bronzijde het gebruikelijke: een Garrard 301 met Pro-ject Carbon arm en Benz-Micro Glider L2 element op een Linn Linto phono versterker. Dan een Teac VRDS-1 gemodificeerd loopwerk met een Monarchy Audio anti-jitter box en een M-Audio Superdac 2496 d/a converter. Daarnaast een NAD S500i cd speler, een Marantz DV6200 dvd speler en een tuner. Interlinks veelal van Siltech uit zowel de nieuwe G3 Classic serie als de MXT lijn. De netspanning is voorzien via een Kemp Elektroniks netfilter en diverse Siltech SPX-30 Classic netsnoeren. Op een separate audiogroep. En sinds ik een galvanische scheiding heb weten te maken met de Casema kabel behoort restbrom tot het verleden. Zoals het een goede klasse A versterker betaamd laat ik hem steeds warm worden voor ik ga luisteren. In de zomerse temperaturen die soms heersen, wordt de versterker net niet te warm. De temperatuur loopt behoorlijk op, maar je handen brandt je er niet aan. Al met al is aan alle voorwaarden voldaan om de M270 de ruimte te geven zijn beste beentje voor te zetten. Geen subwoofer dit keer, de M270 ontbeert net als de Anatek een pre-out. Een minpuntje in mijn optiek.
Van start
Ik kan het niet laten, Patricia Barber bijt met ‘Early Autumn’ de spits af. Dat nummer moet swingen en spetteren anders is er iets mis. De M270 bewijst direct een sterk gevoel voor ritme te hebben. Kreten als vol uitdaging, swingend, ritmisch, snel, accuraat en boeiend zijn op zijn plaats met de M270. De bas gaat dieper dan met de Monarchy haalbaar is en blijft redelijk transparant. Iets hoger in het frequentie spectrum laat de piano van Barber exact horen waarom een snelle versterker voordelen biedt. De aanslagen zijn puntig, de klank natuurlijk en de tonen sterven langzaam uit. De dynamiek is groter dan met menige versterker haalbaar is. Dat maakt je betrokken bij de muziek. De stem weergave is opvallend mooi, zuiver en laat veel articulatie horen. De eerste indruk is dan ook dat hier een echte klasse A versterkers staat te spelen die waardig snuffelt aan de topklasse. Om nog eens extra van de snelheid te genieten verdwijnt Deborah Henson-Conant in de lade. Achtereenvolgens in de Teac en daarna de Nad. Zonder met de led op het front te knipperen laat de M270 horen waar de verschillen zitten in de beide spelers. De Teac up front en fel, de Nad plaatst meer naar achteren en is iets rustiger en bescheidener aanwezig. Snelheid hoor je en hoe beter de bron in staat is die aan te leveren, hoe meer de M270 tot zijn recht komt. De Frans sprekende bedpartner van Deborah is gemakkelijk verstaanbaar, al staat in mijn herinnering nog de Chord dac die dat beter deed dan mijn M-Audio. Het neerzetten van een drie dimensionaal beeld is geen probleem voor de Musical Technology. Dat kan hij als de beste. Mijn huidige voorliefde voor kleine geïntegreerde klasse A versterkers wordt extra gevoed met de M270. Ik zie de bui al hangen, straks weer een afscheid waarbij ik mij afvraag of het niet verstandiger is om te gaan investeren in een enkel apparaat dat subliem werkt. In plaats van een voor eind combinatie met kostbare snoeren en interlinks.
Nog altijd blijft analoge weergave mijn referentie als het gaat om sfeer, stereobeeld en snelheid. Tot ik een dac heb gevonden die ik kan betalen en het niveau haalt van de Garrard. Ik start met Juliette Greco en ik geniet. Wat een goed getroffen sfeer. Het Parijs van weleer ontrolt zich aan je voeten. Juliette staat ver voor de musici, die vele nuances uit hun instrument halen. Het gebeurt niet vaak dat deze plaat dit niveau speelt. Daar is een erg goede set, waarin componenten elkaar ondersteunen, beslist voor nodig. Ooit beluisterde in deze muziek nog een fractie beter, maar dat was in een andere ruimte en met kostbaarder middelen. De grens van het bereikbare is eerder de ruimte en de akoestiek thuis, dan een beperkende factor van de versterker. De opname is miraculeus goed wat in volle glorie ten toon gespreid is. Door met vinyl in de vorm van ‘Die Röhre’, een klassieke opname. De solisten gaan op de ontleedbank en worden uiteengerafeld als door een vergrootglas. We hebben te maken met een krachtige weergave die het orkest als een geheel laat horen, zonder het individu onder te sneeuwen. Het is voetjes van de vloer en de oren open. Ik kan de platenverzameling nog niet met rust laten en pak Toshima Yamamoto. Het verkrachte ‘Misty’ hamert door de kamer. Waar andere versterkers hard gaan klinken of zelfs clippen speelt de M270 feilloos door. Geen krimp hoever ik het volume ook opendraai. De opname is keihard en laat zich exact zo weergeven. De technicus heeft destijds de microfoon veel te dicht bij de piano gezet. Tonen sterven langzaam uit en hangen in de ruimte. Gelukkig maar dat de Garrard weinig last heeft van wow en flutter, anders was het niet om aan te horen geweest. De adrenaline stoten die de muziek opwekt doen mij terug denken aan de glorie tijd van de Kenwood, die immense transmission lines aanstuurde in een 12 meter lange kamer. De volgende track is jazzy. De bas ronkt en de bekkens suizen. Het staat allemaal vrij in de ruimte en je ziet de solisten voor je. Ik moet zeggen dat in vergelijk tot de Anatek de M270 wint aan de bovenzijde, wat sprekender en helderder, maar aan de onderzijde minder transparant is. Wie graag de bekkens of piccolo hoort zal met de MT beter uit zijn. Wie de bassist liever volgt zal een Anatek prefereren. Wie met monitors luistert, merkt het verschil in de bas minder gemakkelijk op. In het middengebied en als het gaat om stereobeeld zijn ze behoorlijk aan elkaar gewaagd. De M270 iets levendiger mede door het vermogen de hoge tonen verder door te laten lopen. Een van de weinige kritiek punten op de Anatek destijds.
Kent u die serie nog, “Wie betaalt de veerman”? Heel Nederland zat voor de buis. De plaat met de muziek staat hier in de kast. De muziek is deels traditioneel en deels modern. Diep is de aanzet van de trommels op de plaat. De druk wordt opgevoerd in de luisterruimte. De hele breedte van de kamer is benut en je voelt de spanning van weleer en beetje terug komen. Mooi hoor dat zulke versterkers bestaan. Er klink lef in de weergave door, overtuiging en gemak. De vereisten om lang te kunnen luisteren en geboeid te blijven. De Musical Technology is terechte klasse A versterker die in de A-klasse thuishoort. Kleine luidsprekers en stevige versterkers vormen soms een goed huwelijk. Om die reden trek ik twee sets Mordaunt Short uit de kast. Opvallend dat de Musical Technology zo duidelijk laat horen wat de eigenschappen van de twee types zijn. Alsof er niets in de weg staat. Het grotere systeem (de MS912) trekt het beeld wijd open. De MS902 is daarin beperkter, weet echter beter weg met stemmen. Het is niet de opzet van deze recensie de luidsprekers te gaan vergelijken, maar een instrument als de M270 zou daar een uitermate goed hulpmiddel bij zijn. De controle is groot en de units hebben maar te doen wat de versterker van ze verlangt. Precies zoals ik dat graag zie. Jammer dat ik geen top monitor hier heb staan. Ik zou er iets voor over hebben om de MT te koppelen aan een LS3/5A van vroeger. De combinatie laat zich raden.