REVIEWLua

Praktijkoefiningen

René van Es | 26 september 2003 | Lua

Lua Sonata & CantilenaGlimmend chroom is mooi, geen brom en ruis een verademing, maar wat gebeurt er nu eigenlijk als we een cd of plaat starten? Dat willen we graag weten. Ik begin dit maal met de platenspeler en draai van Dire Straits het aloude “Brothers in arms”. Direct hoor je hoe lekker snel de versterker is. Zonder opdringerig te zijn betrekt de muziek de luisteraar. Het geluid blijft op enige afstand, zo tussen de speakers en staat niet recht in je gezicht. Het geluid met de Benz is mooi transparant al hoor ik soms een randje scherpte. Daar krijg je dan wel een heel open middengebied voor terug dat echt opvalt in kwaliteit. De klappen die op de lp staan hebben wat minder impact dan via een Linn Linto, maar die vergelijking gaat mank als je de prijzen vergelijkt. In het verlengde van Dire Straits, maar met een betere opnametechniek gerealiseerd, is Mark Knopfler’s laatste lp ‘The Ragpicker’s Dream’. Opvallend weer die openheid in het geluidsbeeld. Het randje scherpte is hier niet aanwezig en hoog en midden staan er perfect op. Het laag is wat minder strak dan van een complete transistor combinatie en loopt heel af en toe dicht. Mede debet aan mijn akoestische omstandigheden waar het laag veel vaker problemen kent. Ellende mede veroorzaakt door een woonsituatie te combineren met een luisterruimte. Het laag kent wel een behoorlijk fundament en de sub woofer die werkeloos in de hoek staat mis ik niet echt. Jammer dat die niet aangesloten kan worden om een optimaal vergelijk mogelijk te maken.

Tenslotte sluit ik de vinyl sessie door Kari Bremnes op de Garrard te leggen. Kari bewijst dat de phono ingang van de Sonata erg goed is. Dit streeft een cd speler voorbij in drama en tastbaarheid. Als of een elektronische vorm van “ringing” is verdwenen. Lastig te omschrijven wat er nu precies gebeurt. Dat de cd achterblijft pleit voor de phonotrap en laat ook zien dat de Sonata ruim in staat is de verschillen die nu onder een loep liggen op natuurlijke wijze weer te geven. Verwacht geen dramatische verschillen op dit niveau van apparatuur. Tussen plaat en cd zittten vaak verschillen in “beleving” en “natuurlijkheid” waarbij de plaat dat typische fraaie analoge heeft dat vrijwel elke cd speler moet ontberen. Wat dan weer wordt ontkend door mensen die opgegroeid zijn met cd en niet anders kennen. Al met al een opmerkelijk goede klank waarbij de Sonata laat zien dat een goede buizenversterker de grip heeft op een luidspreker als ware het een transistor versterker. En een Sonata die weet dat een totaalbeeld belangrijker is dan een ultra perfect midden/hoog waarbij slechts een hoorn aangedreven kan worden. Al snel springt de klank van Audio Research buizen in gedachten en dat is een compliment op zich. Kracht, soepelheid en muziekplezier.

Lua Sonata & CantilenaMijn eigen persoonlijke ontdekking dit jaar is Carla Bruni die een heerlijke cd heeft afgeleverd met “Quelqu’un m’a dit”. De eenvoudige akoestische begeleiding van gitaar, piano, viool etc. past bij haar sexy hese stem en doet recht aan de eerlijke wijze van weergeven die niet alleen de Lua versterker kenmerkt maar ook de Lua cd speler. De stem wordt iets te groot afgebeeld door de Cantilena, maar dat is goedgemaakt door de voordelen van buizen in een cd speler. Het open klankbeeld, gelukkig geen valse buizenwarmte maar transparantie en rust. De sfeer wordt heel goed neergezet en een direct vergelijk tussen Lua en Teac/Apogee doet de Lua niet verbleken. Het beste is het verschil, aan te geven zoals tussen een buizen en een transistor versterker. De torren wat strakker in het laag, de buizen wat opener. De torren wat meer precies, de buizen wat ruimer. 2300 euro met het gemak van een enkele behuizing (Lua) versus ongeveer 3500 euro in vier kasten (Teac/Monarchy/Assemblage/ Apogee).

Ik heb een voorkeur, maar met hetzelfde gemak liggen uw accenten net anders en keert uw voorkeur zich richting Lua. Ik ga proberen mij tot de dood te laten amuseren door Roger Waters. Track 8 kent u vast allemaal wel, daar waar die arrenslee voorbij komt in de huiskamer. In mijn Apogee test schreef ik over “het gat in het midden” en dat heeft de Cantilena ook een beetje. Wie heel goed luistert, hoort een klein sprongetje als de slee in het midden tussen de speakers komt. Je moet het weten en er speciaal op letten. Het ligt niet aan de versterker want met een andere versterker hoor ik exact hetzelfde, met de Apogee dac hoor ik het niet. Het Q-Sound effect laat zich met de Lua goed weergeven. Erg levensecht is bijvoorbeeld een telefoon die ergens in de ruimte rinkelt, mijn Pavlov geïnfecteerde geest doet me acuut opspringen. Om lachend weer te gaan zitten als ik besef dat Waters mij een kunstje flikt. Gelukkig leef ik nog, zelfs na deze cd en draai Patricia Kaas. Haar interpretatie van een ouderwetse piano bar laat een fraaie sfeertekening zien. De stemming van de bar, de schrale rooklucht, de geur van Richard, het komt voor je ogen tot leven. Jammer dat de producent van Kaas zoveel laag in de cd laat persen. Toch weet de Lua set hier een goed stuk muziek neer te zetten dat overtuigt. De zacht tingelende percussie staat mooi los en is helder zonder te overdrijven. De andere instrumenten omringen de stem van Kaas op een gevoelige manier. Haar stem, die voluit in dat open middengebied zit van de Lua’s komt geheel tot haar recht.

Lua Sonata & CantilenaVrouwen zijn mooi, maar de heren kunnen er ook iets van. Keith Jarret blijft ongeslagen met zijn Köln Concert. De weergave is lekker puntig en laat goed de akoestiek van de zaal horen. Het podium is wat kleiner dan met andere sets mogelijk is, waarbij de lat en het prijskaartje hoger liggen. Het gestamp van Jarret op de vloer wordt een soort percussie is plaats van dreunen. Dat mijn sub uitstaat speelt mee. Ook de vleugel zou nog majestueuzer aanwezig mogen zijn en klinkt vrij ver weg. Pak de plaat en de emotionele snaar wordt geraakt, de Cantilena die nog steeds zijn best doet, moet de meerdere bekennen. Maar Jarret is nou net een voorbeeld waar de cd altijd al sterk achterbleef bij de vinyl versie van het concert. Pak Kari Bremnes er maar eens bij, de verschillen zijn dan aanmerkelijk kliener. Hoe een set zich gedraagt op lage volume niveau’s test ik graag uit met Stacey Kent. Haar “Dreamsville” mag heel zacht spelen en moet dan toch pakkend blijven. Dat lukt maar weinig versterkers en ook de Lua is niet geheel overtuigend. In alle eerlijkheid, slechts een McIntosh MA6900 deed dat perfect, mijn eigen versterker haakt hier net zo goed af. Het geluid staat op dat moment onrealistisch zacht om huisgenoten niet uit de slaap te houden.

Uiteraard draai ik ook klassiek, mijn barok collectie komt uit de kast. Sta ik te swingen op Rachelle Ferrell, dans ik op muziek van de Nits, laat Barber haar piano beroeren en laat mij meevoeren door Clannad. Op geen enkele manier stelt de Sonata mij teleur. Net zo min als de Cantilena al maakt die wat minder indruk. De Cantilena is wat “gewoner” dan de Sonata in de zin dat ik de Sonata echt vind uitsteken boven de massa. Het is de eerste buizenversterker thuis die mij laat vergeten dat ik naar buizen luister en mij gewoon meevoert in de muziek. De pure kracht, gecombineerd met de subtiliteit en transparantie, hij vermaakt mij zoals ik graag vermaakt wil worden. Opwindend, meeslepend en met grip op mijn ziel. De Cantilena steunt daarin de Sonata en sluit aan bij het klankbeeld. Misschien is het de Crystal chip waar ik wel meer over val. Die heeft m.i. een klanksignatuur die het laag te soft te kan maken en het geheel wat rond. Daardoor verlies je in puntigheid al win je in romantiek. Een soort versluiering als een soft focus effect in de fotografie. Hou de Cantilena tegen het licht van de concurrent in dezelfde prijsklasse dan staat hij ruim zijn mannetje. In de opstelling met de Sonata zou ik zeggen zelfs 1,5 maal het mannetje.






EDITORS' CHOICE