Wat bij geïntegreerde stereoversterkers totaal ontbreekt maar bij AV-apparatuur volop aanwezig is, zijn de video ingangen. Een AV-receiver kan als een soort van ‘hub’ fungeren voor meerdere beeldbronnen. Een batterij aan video ingangen zijn vaak voorhanden en dan ook nog veelal in verschillende types. Composiet, S-video, component en in zeldzame gevallen zelfs een scart aansluiting bieden de mogelijkheid om uw videorecorder, DVD-speler en zelfs de digitale decoder van de schotel aan te sluiten voor het geval uw weergever beperkt is in het aantal video ingangen. De meest primitieve manier om uw beeldbron aan te sluiten is middels de composietverbinding. Bij dit type verbinding worden luminance (helderheid) en chrominance (kleuren) via een geleider getransporteerd. Ietwat beter maar nog lang niet optimaal is de S-video verbinding welke helaas vaak foutief wordt aangeduid met S-VHS of Super-VHS verbinding. Bij dit type aansluiting worden de luminance en chrominance beide via een aparte geleider getransporteerd waardoor interferentie tussen beide signalen minder snel zal voorkomen.
Wanneer we praten over kleuren of chrominance bij video dan hebben we het niet over het gehele gala aan kleuren zoals deze voorkomen. Er zijn een aantal spectrumkleuren, namelijk rood, oranje, geel, blauw, groen en violet, welke ‘hue’ genoemd worden. Binnen dit aanbod aan spectrumkleuren bestaan een drietal kleuren die ons in staat stellen om elke gewenste kleur te verkrijgen door simpelweg te mengen. Deze primaire hue’s, oftewel de primaries, zijn rood, groen en blauw. En juist deze drie primaries zijn de kleuren waarnaar chrominance verwijst. Het luminancesignaal Y bestaat uit een bepaalde samenstelling van deze primaries, namelijk 30% rood, 59% groen en 11% blauw. Deze samenstelling zorgt voor een perfecte grayscale informatie mits de percentages juist zijn.
Waar bij het Europese RGB-signaal de drie primaries afzonderlijk worden getransporteerd bestaat het componentsignaal uit de luminance Y en twee kleurdifferentiatiesignalen Yb en Yr. Het verschil in roodwaarde en blauwwaarde wordt dus los van het luminancesignaal verzonden waardoor feitelijk de primaries rood en blauw afzonderlijk van elkaar en van het luminancesignaal worden getransporteerd. De groenwaarde wordt herberekend aan de hand van de Yb en Yr waardes. Een componentaansluiting geniet de voorkeur boven de composiet en S-video verbinding maar is, in theorie, van mindere kwaliteit dan het Europese RGB-signaal.
De S-video verbinding komt altijd tot stand middels de bekende Hoseiden oftewel mini-DIN-plug. Een vier polige, ronde stekker. Composietsignalen kunnen via een cinch-kabel of scart worden getransporteerd net zoals het RGB signaal, dat dan logischerwijs uit meerdere cinch-kabels bestaat. Het is dus een misvatting dat scart altijd een RGB-signaal betreft. Het is slechts een type connector welke in Europa wordt gebruikt. Het componentsignaal wordt altijd getransporteerd middels cinch-kabels al dan niet voorzien van BNC-connectoren.
Uiteraard is het ook steeds vaker mogelijk om uw bronmateriaal digitaal aan te sluiten op de AV-versterker. HDMI ‘High Definition Multimedia Interface’en DVI ‘Digital Visual Interface’video ingangen bieden hiertoe de mogelijkheid. Net zoals bij audio geldt ook voor beeldweergave dat oa het aantal conversies, van digitaal naar analoog, en de implementatie van de DAC bepalend zal zijn voor de uiteindelijke kwaliteit. Steeds meer komen er spelers op de markt die naast het kunnen weergeven van het interlaced bronmateriaal, het beeld ook progressief kunnen maken en zelfs ‘upscalen’ naar bepaalde resoluties, veelal een keuze tussen veelgebruikte native resoluties van beeldweergevers. Geheel tegenstrijdig met de audio-industrie is de beeldindustrie als de doods voor het analoog weergeven van hogere resoluties. De scaling-mogelijkheden zijn dan ook haast altijd enkel van toepassing op de digitale uitgangen!