In HiFi.nl`s vorige grote test van hoofdtelefoons voor portables, 23 stuks toentertijd, kwam de Shure SE530 als kampioen uit de strijd. Deze drieweg oordopjes (500 euro), heetten toen de `crème de la crème onder de in-ears`. Een iets simpeler uitgevoerde variant van de 530 is Shure`s SE420 (350 euro). Deze moet het doen met `slechts` twee drivertjes per kant. In ruil daarvoor leveren de Amerikanen de 420 wel voor een veel aangenamere prijs dan de 530. Is de kwaliteit in evenredigheid naar beneden gegaan, of is ook de 420 een supertalent?
Licht in gewicht, klein van formaat en onopvallend te dragen. De voordelen van in-ears, in de volksmond ook wel oordopjes genoemd, behoeven geen uitleg. Al sinds de vroege begintijd van de Sony Walkman geniet deze categorie koptelefoons een grote populariteit. En zeker de hoogwaardiger (lees: los bijgekochte) varianten klinken al sinds jaar en dag heel behoorlijk, vooral als het gaat om de weergave van hoge en middentonen.
Wel is de laagweergave altijd een lastig oplosbaar probleem gebleven bij deze categorie hoofdtelefoons. Met luidsprekertjes met een diameter van een 10 centstuk of kleiner is het nu eenmaal lastig om een krachtige bas op te bouwen. En als het de ontwikkelaar lukt om wel een stevig laagfundament aan een in-ear te ontlokken, dan dreigt vervorming in kritische andere gebieden.
Techniek
De oplossing die Shure bij de SE420 kiest, kennen we van luidsprekers in de huiskamer: het is een tweewegsysteem. Dat betekent concreet dat de Shures per oogdopje twee elementen bevatten. Een doet het laag, de andere het hoog.
Shure toont zich erg ruimhartig als het gaat om de leveromvang. Bij de SE420 wordt bijna al het denkbare wel meegeleverd: een etuitje, een minijack-naar-jack koppelstuk, een vliegtuigadapter en een kastje voor volumeregeling. Verder zit er een verlengkabel (90cm) bij, en die is wel nodig ook. De standaard kabel aan de Shure meet maar 45cm, een lengte die voor niets bruikbaar is.
Bouw
De Shure doet enorm solide aan. Als gebruiker krijg je echt het idee dat de 420`s gebouwd zijn om de rest van je leven mee te gaan. De afwerking is perfect. Wel zijn ze relatief groot en zwaar en dat is te merken. Je voelt simpelweg meer dan bij andere Shures dat er iets in je oor drukt. En ze steken relatief ver uit het oor.
Opvallend is de dikke kabel die Shure aan de oortelefoon monteert. Ongetwijfeld doen de Amerikanen dit met het oog op de geluidskwaliteit, maar het comfort leidt er een beetje onder. Want de kabels zijn niet alleen dik, maar ook wat stug. Ze zijn niet flexibel genoeg. Als bij bewegingen de kabels tegen het lichaam aan tikken, zoals onvermijdelijk continu gebeurt, dan worden de contactgeluiden doorgegeven tot aan de oordoppen. Omdat ze niet flexibel zijn, kunnen de kabels die energie nergens kwijt, en trillen uiteindelijk de oordoppen mee. En omdat die oordoppen diep in het oor zitten, worden de contactgeluiden hoorbaar. Storend en onnodig.
Shure levert drie paar (small, medium en large) zachte, flexibele oorhulsjes, drie paar schuimrubberen hulsjes, en een paar geribbelde hulzen. De gebruiker kan naar hartenlust wisselen tot hij of zij de meest comfortabele gevonden heeft.
Het draagcomfort is in orde. Bij mij zaten ze veruit het prettigst met de kleinste oprolbare kussentjes. Verder zijn de shuredopjes relatief groot en zwaar, en dat is te merken. Je voelt simpelweg meer dan bij andere Shures dat er iets in je oor drukt. En ze steken uit.
