NIEUWSThrax

The Thrax Audio Story - interview met Rumen Artarski

Gastauteur | 29 september 2020 | Fotografie Gastauteur | Thrax

We publiceren binnenkort een review van een mooie all-in-one oplossing van Thrax Audio. Om je alvast wat achtergrond te geven over het bijzondere merk uit Bulgarije, delen we vandaag een (vertaling van) een exclusief interview met Rumen Artarski, CEO van Thrax Audio, dat eerder bij Mono & Stereo verscheen, geschreven door Matej Isak. De vertaling werd verzorgd door de Benelux-distributeur (Very Fine Solutions), tekst en foto's met dank aan Mono & Stereo.

Hoe ben je in de high-end audio industrie terechtgekomen?
Dat begon allemaal lang geleden in het begin van de 80’s. Na enkele jaren in Mexico gewoond te hebben keerden we terug naar Bulgarije. Mijn iets oudere broer bracht zijn mooie platencollectie mee, terwijl ik mijn strips nog onder de arm had. In die periode was westerse muziek nog niet beschikbaar in Bulgarije, maar er bestond wel een levendige, goed georganiseerde “zwarte markt”. Terwijl mijn broer van het leven genoot aasden mijn vrienden op cassette opnames van sommige van zijn platen. Al snel was ik druk in de weer met het maken van opnames en deze te verkopen. Wat later realiseerde ik me dat ik een master op ¼” tape kon maken en het originele album in perfecte conditie kon houden. Na verloop van tijd kocht ik betere apparatuur en stapelde er zich een reeks casettedecks op in mijn kamer.

Begin jaren 90 verhuisde ik naar Denemarken om te gaan studeren aan de Deense Technische Universiteit. Toen bleek dat ik niet zo slim was als ik zelf wenste. In plaats van harder te studeren spendeerde ik meer en meer tijd in de activiteiten van de locale audiogemeenschap. Denemarken ontpopte zich in die periode tot een land met top innovatieve audiobedrijven. 

Heel veel mensen waren er bezig om nieuwe producten te ontwikkelen en bedrijven op te starten. Al snel was ik bezig met mijn tweede etappe in de audio business. Ik kocht tweedehands audiomateriaal in Kopenhagen en stuurde het naar Bulgarije. Met het geld dat ik daarmee verdiende begon ik buizen te kopen van TV reparateurs om in audio apparatuur te kunnen gebruiken.

Dat escaleerde tot een significante business zodat mijn broer een winkel opende in Sofia. Flink sparen maakte dat we konden starten met het inkopen van enkele Deense audiomerken. In die periode kende ik elk product dat beschikbaar was op de Deense markt. Met specificaties, prijzen en hun naam. Zelf kreeg ik meer en meer interesse in platen en hoe deze gemaakt worden. Mijn droom was om naar Londen te gaan en er recording engineer / producer te worden. Ik realiseerde me toen al dat ik geen duffe ingenieur ging worden die de hele dag achter een scherm zat te coderen en sloot de deur van de Technical University achter me.   

Paul Messenger schreef in die periode voor een Brits magazine, Studio Sound en daarin stond The School of Audio Engineering in Londen. Niet veel later mengde ik me onder de wannabe muzikanten en soortgenoten, maar al snel kreeg het een bittere bijsmaak. De mensen die ons moesten opleiden wisten niets van goed geluid of hoe ze dat moesten realsieren. Wat ze deden was hun eigen “unieke” sound creëren door het kopiëren van een processor setting die ze in een of andere studio hadden gezien en gehoord.

Iedereen wilde de ster zijn maar niemand wist hoe. Dat was voor mij niet hoe ik zou slagen in mijn missie en al snel maakte ik de volgende move, van SAE naar Alchmea, een pas opgestarte opleiding met geavanceerde productie opleidingen voor audio. 

Toen ik in de studio aankwam waar de opleiding gegeven werd, ontmoette ik er een fascinerende en uiterst diverse groep mensen. Het bedrijf was net opgestart door drie mensen met expertise in totaal verschillende richtingen en ook met totaal verschillende karakters. Al snel was ik aan het opnemen, in de studio, op locatie, editing, post productie enz. Veelal onder begeleiding van John Lundsten. Het hoofd van de opname, editing, akoustiek en weet ik wat nog allemaal.

Mijn recente achtergrond van de Technische Universiteit en wat ik daar geleerd had over akoestiek en elektronica maakte mij tot éénoog in het land der blinden. Al snel werd ik gevraagd om mee te werken aan het ontwerpen  en installeren van nieuwe opname studio’s en post productie locaties. Ik installeerde en bekabelde mengtafels en het akoestische design van de ruimtes, in combinatie met het monitoring systeem.

John was fervent gebruiker van de Tannoy systemen. Mijn ervaringen in Denemarken gaven me de kans om hier een goeie indruk te maken. Ik stelde het toen totaal onbekende Deense merk Dynaudio voor. In die periode verkochten ze vooral drivers en zelfbouw kits. Ik kocht er enkele en begon mijn eerste Dynaudio-gebaseerde studio monitoring systemen te bouwen.

Project na project werkte ik zo af. Totdat ik me realiseerde dat ik veel meer geld verdiende met het verkopen van het materiaal dan met de “Engineering service” die ik leverde. Toen een van de leveranciers me belde om voor hen te werken als “system specialist” was de keuze dan ook snel gemaakt.

In die periode startte ik ook mijn eerste bedrijf in de UK. Op het einde van de 90’s was er meer en meer business vanuit mijn thuisland Bulgarije. Ik startte daar ook een bedrijfje en pendelde zowat elke maand heen en weer tussen Londen en Sofia. Ondertussen liep de import business samen met mijn broer parallel verder terwijl de distributie van verschillende high-end merken groeide. In 1999 contacteerde de toenmalige News Corp. me om een complete TV studio te bouwen in Sofia. Daarop verhuisde ik opnieuw naar Bulgarije.

De volgende jaren financierde het bouwen van verschillende TV stations en studio’s de hifi retail business en werd het langzaam een echte high-end zaak met extreme producten. Mijn winkel had toen vier speciaal gebouwde akoestisch geoptimaliseerde ruimtes met ook een dedicated home cinema en 3chip DLP projector en room correctie. De sky was de limit...

In totaal importeerden we producten van meer dan 70(!) bedrijven. Hoorns, electrostaten, miniatuur, alle mogelijke luidsprekers en versterkers hadden we in ons programma. Elk product dat de moeite waard was op de toenmalige shows in Frankfurt en Londen voegden we toe aan ons assortiment.

Na jarenlang producten te hebben gerepareerd, beluisterd en geïnstalleerd met de queeste naar het ultieme geluid kwam ook het besef en de teleurstelling. De realiteit van het onbereikbare. Het gezegde 'copy the best, invent the rest' leidde tot een eerste project; het ombouwen van mijn Kondo voorversterker met zilveren trafo’s tot een afstandsbediende buizenvoorversterker om zo het maximum te halen uit de Wavac monoblokken die ik toen had.  Ik engageerde een ingenieur met 35 jaar ervaring in het ontwerpen van buizenversterkers en startte het project. Een ongelimiteerd budget maakte dat we de meest exotische onderdelen die je maar kan bedenken konden gebruiken… en daar nog een schepje bovenop.

Naïef als we waren demonstreerden we ons eerste prototype in de winkel op het duurste systeem dat we op dat moment ter beschikking hadden: Wilson Alexandria X-1 driven aangestuurd door de  Wavac HE-833Mk2 4 chassis monoblokken en driedelige voorversterker, de Continuum Caliburn met Koetsu Onyx en DCS digital front end. Door het demonstreren van ons prototype creëerde ik in feite een probleem: het leverde me wel de verkoop van 3 units op, maar die moest ik natuurlijk ook gaan leveren. En zo, in een notendop, ontstond THRAX…

Hoe ben je op de naam Thrax gekomen?
Tijdens een trip door de wijngebieden in Thracië (Zuid Bulgarije/ Noordoosten Griekenland / Europees Turkije) stopte ik om een aantal van de opgegraven graftombes te bekijken. Ik was verbaasd over hun schoonheid en de details in de opgegraven schattten. s’Avonds googelde ik de regio en de naam Thracians en merkte een heleboel interessante namen en personages op zoals onder andere Maximinus. Ik leerde dat Thrax de benaming was die de Romeinen gaven aan de mensen uit die regio. (Thrace = “Thracian”).

Voor mij was het zo klaar als een klontje, en ben ik mooie tijdloze producten gaan produceren onder de naam Thrax.

Wie was of is nog steeds jouw grootste inspiratie?
Om eerlijk te zijn, er zijn er verschillende. Sommige producten inspireren me omwille van hun industriële design, andere dan weer door hun ingenieuze ontwerp en ook de gesofisticeerde afwerking en het niveau van uitvoering.

Toen ik in Denemarken leefde werd ik natuurlijk eerst blootgesteld aan de Deense ontwerpen. Het eerste “design” dat mij imponeerde was de Primare 928 serie, nadien overtroffen door hun 200 serie, ontworpen door Bo Christensen. Dat is nooit geëvenaard in mijn ogen. Een ander voorbeeld van mijn favoriete Deense design is de Gryphon XT / Antileon combinatie.

Aan de Italiaanse zijde is bijvoorbeeld de Sonus faber Extrema een voorbeeld van grensoverschrijdende industriële designs. Ook de Wavac HE serie reken ik hierbij en sommige Nakamichi ontwerpen. Op een op andere wijze hebben de Deense ontwerpen me geïnfecteerd en ik vind het moeilijk om hun eenvoud en simpele lijnen te verlaten in de ontwerpen van de Thrax producten.

Qua electronisch design ben ik absolute fan van super simpele signaalwegen. Een van de meest inspirerende personen op dit vlak is Nelson Pass en zijn ontwerpen. Maar Thrax is gekend om zijn buizenontwerpen en daar is Western Electric mijn favoriet. Alles wat ze ontworpen hebben was ingenieus en je kan zien dat hun ontwerpen gedaan zijn door intelligente mensen die ook problemen oplosten die anderen zelfs nog niet konden identificeren.

Er werd heel veel nagedacht over synergie. Ook Sakuma in Japan had zeer interessante ideëen welke ik met veel plezier en de nodige hoofdbrekens onderzocht. Ook de Tamura transformators, welke behoren tot de beste klinkende ter wereld, hadden iets wat wij niet konden. Dus hebben we die ook onderzocht.

Heden ten dage is er voor ons geen stricte Solid State of  buizenversterker meer. De door ons opgedane ervaringen met beide mediums en het experimenteren met technologiën maakt tot wat we nu kunnen. Het onderzoeken met een open geest heeft ons inzichten gegeven in technologie, ook van buiten de audio industrie, die ons helpt om producten te ontwikkelen en verbeteren. Heel handig.

Ook van producten als Devialet ben ik onder de indruk. Het concept wat ze ontwikkeld hebben en de integratie van technologie is echt een voorbeeld. Net zoals de eerste TACT M1 versterker van 20 jaar geleden. Je ziet kennis aan het werk en dat is inspirerend.

Er zijn ook producten die ik bewonder omwille van de manier waarop ze geassembleerd zijn. Dit is in vele gevallen niet zichtbaar voor de klant, maar het zegt wel veel over de waarden van de mensen achter het product. Als je ontdekt dat het design team heeft nagedacht over elke stap en elk onderdeel dat gebruikt is, zodat het product zichzelf uitwijst, dan weet je ook dat dat een product is wat weinig problemen zal hebben. (OK, ze hebben hun uiterste best gedaan met wat ze konden binnen hun kennis en expertise). Een goed voorbeeld is de Studer 816 tape machine versus de Sony APR-5000.

Technologisch zijn ze quasi identiek. Open de Studer en je ziet dat alles zijn plek heeft. Alles overzichtelijk en clean. Doe je de Sony open dan is het een grote wirwar van draadjes, bijna zoals een vogelnest. OK, de Sony klinkt beter maar je hebt geen pride of ownership en de ontwerpteams hebben dit apparat snel moeten ontwikkelen.

Zie jij jezelf als een Audiophile?
Ik luister elke dag naar muziek, zowel voor m’n plezier als voor m’n werk. Het is heerlijk om nieuwe artiesten en muziek te ontdekken. Waarschijnlijk ben ik ook wel verpest, want ik luister veel naar tonale balans, timbres en dynamiek en hoor hoe een opname gemaakt is. Er is veel goeie muziek slecht opgenomen en een heleboel prachtige opnames van echt slechte uitvoeringen. Maar ik ben geen muziekrescencent en dus geniet ik elke dag opnieuw van muziek die ik vind via Qobuz en Tidal.

Dus ja, ik ben een “audiofiel”: als het niet goed genoeg klinkt opdat ik ervan kan genieten dan spendeer ik er geen tijd aan. Ik zing ook niet onder de douche maar ik heb wel een akoestisch plafond geïnstalleerd in de badkamer om van die vervelende galm af te zijn. Trek jij maar de conclusie.

Is er een verschil tussen een muziekliefhebber en een audiofiel?
Muziekliefhebbers houden van muziek en zij luisteren naar teksten, de melodie en ritmes. Audiofielen kunnen niet zonder de rest van de boodschap.

Ik zie het als volgt: als je naar een toneelstuk van Shakespeare gaat kijken dan ga je omwille van de boodschap en de artiest zijn performance. Naar de cinema ga je om de laatste film van Lukas of Cameroon te bekijken en je te laten omverblazen. Het zijn twee verschillende werelden.

Kun je het Thrax productaanbod toelichten?
Dat is geen eenvoudige vraag. Thrax heeft een breed gamma aan producten, van bronnen tot luidsprekers. Niet zo heel veel fabrikanten bieden zo’n uitgebreide alomvattende productportfolio aan. Ik zal ze historisch chronologisch benoemen.

Elk Thrax product werd ontwikkeld op de manier welke ik als de best mogelijke zie, gebaseerd op wat ik als het perfecte antwoord zie op wat ik nodig heb.

Het eerste product was de Dyonisos voorversterker. Een voorversterker met alle features die ik zelf zou wensen, de best mogelijke versterking en een enkelvoudige buizen uitgangstrap. Kort daarop werd de Orpheus Phono voorversterker geboren. Met een LCR equalisatie, een ingebouwde step-up trafo en verschillende inputs met geheugeninstellingen. Op dat moment was er geen enkele Phono voortrap die deze mogelijkheden had. (Nu ben ik er niet zeker van, maar veel zullen er niet zijn). Als sluitstuk werden de Spartacus mono eindversterkers boven de doopvont gehouden. Gebaseerd op een Western Electric ontwerp concept, tot in het extreme uitgepuurd.  

De Spartacus eindversterkers waren de kers op de taart, maar het feit dat de buizen niet afgeschermd waren, evenals de top caps op de 300b’s noopte ons om na te denken over een ontwerp zonder buizen. Zo kwam de Heros in het pakket. Maar een versterker ontwikkelen die klinkt als de Spartacus buizenversterker zonder buizen te gebruiken is best een uitdaging…en dat lukte niet. De Heros gebruikt dus nog steeds een buisje in de transformator gekoppelde ingang. De mosfet combinatie werkt als een buizenversterker. Een prachtige klasse A versterker die de Thrax ervaring brengt voor muziekliefhebbers met een fobie voor buizen?

Klanten met Magico en Dynaudio speakers vroegen naar een versterker met meer power… Zo werd de TERES geboren. Nog steeds met een buisje in de ingang maar geen output transfo’s meer en meer power.  Dit maakte dat de versterkerlijn compleet was. Een super buizenversterker, een fantastische klasse A versterker en een versie met meer power.  De volgende logische stap was om een digital front end te bouwen. De basis hiervoor was de fantastische MSB Diamond DAC. Met de ontwikkelingen in onze eigen R&D konden we zo de Maximinus MK2 ontwikkelen.  

Met de Lyra luidsprekers wilden we de kwaliteiten van onze eigen electronica laten horen. Een echte referentie luidspreker. Deze op zich kleine luidspreker geeft je een tonale en dynamische ervaring die voor de normale sterveling enkel door grote hoornluidsprekers gerealiseerd kan worden. Je wordt er even stil van. Om het respect van de onsterfelijken te winnen werd een Motional Feedback systeem ontwikkeld. De Bassus. In combinatie met de Lyra is dit een uniek en ongeloofelijk full range systeem.  

Na enkele jaren samengewerkt te hebben met de wereldtoppers in draaitafel design (Dohmann – Schröder) brachten we de Yatrus Direct Drive op de markt om onze product lijn finaal af te werken.

Binnen Thrax refereren we naar de bovenstaande producten als de Reference Serie.

Onze ingenieurs vroegen zich af hoe ze de know how en ervaring bij de ontwikkelingen van de Reference Serie konden distilleren tot een all-in one product. Geen eenvoudige challenge… hieruit ontstonden twee producten: een buizen en een Solid State versie met dezelfde functionaliteiten en een optionele DAC en Phono input optie.

Enyo en Ares zijn op en top Thrax producten die een performance leveren die andere producten ver boven hun prijsniveau een blosje doet krijgen. Kijk maar eens in de Enyo en je begrijpt wel wat ik daarmee bedoel.

In 2009 zagen de eerste Spartacus versterkers de HiFI Racks. 10 jaar later werd het tijd om opnieuw aan de Spartacus te werken. In 2019 werd de Spartacus 300 boven de doopvont gehouden. Met nieuwe technologische ontwikkelingen en geen buizen meer die open en bloot zijn, maar qua topologie wel gelijklopend. Veiliger en beter. En bij deze nieuwe eindversterkers ontwikkelden we de Libra, een bijpassende 300B referentie buizen voorversterker. De Libra is net als de Dionysos een uniek product. Zowel de opbouw, mogelijkheden en sound.  

De Spartacus 300 en Libra zijn onze statement producten. We zijn als fabrikant fier om hiermee te kunnen laten zien wat we kunnen.

Binnen onze R&D afdeling werken we met vier personen. Je mag er dus vanuit gaan dat we nog met vernieuwende en interessante producten gaan komen. Ik mag zeggen dat we het, na tien jaar als privébedrijf, goed doen. Het aantal producten in onze portfolio biedt kansen voor nieuwe ontwikkelingen en zoals je kan zien is elk product een uniek design zonder toegevingen op kwaliteit en zonden besparingen op productiekost. Elk product is gemaakt om zijn functie te vervullen op de best mogelijke manier. Ik ken geen andere bedrijven die een gelijkaardige aanpak hebben.  

Thrax Audio is binnen tien jaar gegroeid tot een belangrijke naam in de high-end audio industrie. Hoe?
Designed by audiophiles for audiophiles met een correcte prijs / kwaliteit verhouding. Onze producten hebben kenmerken en een “sound” die door muziekliefhebbers wereldwijd wordt gewaardeerd.  De meeste van onze eerste klanten waren Audiophielen. Van hen kregen we ook feed-back. Dit hielp bij de verdere ontwikkeling van onze producten om de maturiteit te bereiken die ze nu hebben. Het is een feit dat er weinig Thrax producten op de tweedehands markt staan. Thrax is voor vele van onze klanten het eindstadium. Het is voor die klanten ook een geruststelling dat we ook makkelijk service kunnen doen van onze eerste producten… als het al nodig is.

Vertel ons wat meer over je productiefaciliteiten…
Wel… dit is ontstaan uit pure noodzaak. Het industriële design concept van de Dionysos was een ontwerp van de architect die ook mijn huis ontworpen heeft. Mr. Atanas Panov.  Een prachtig ontwerp. De glooiende lijnen van het frontpaneel bleken een behoorlijke uitdaging te zijn voor de processors van de CNC machines van de sub contractors die we toen gebruikten. Onze assemblage tollerantie was 2/100e van een mm om een naadloos gevoel te geven.

Het problem was echter niet één unit maken…. Maar tien die exact identiek waren… Zo stond ik dus op een dag voor de deur van een groot Duits bedrijf die CNC machines maken voor de productie van aluminium laptops. Zij slaagden erin om een prefecte sample te maken in no time. Dus bestelde ik een CNC machine en de bijbehorende software… probleem opgelost …dacht ik toen. Het volgende probleem kwam al snel om de hoek kijken. Anodiseren… en om een lang verhaal kort te maken. Alle stappen om een Thrax apparaat te maken hebben we nu onder ons eigen dak. 

Het enige problem waar we nu nog tegenaan lopen is de inconsistente kwaliteit van het aluminium dat we aankopen… maar ik heb geen plannen om een aluminium mijn te kopen - haha!

In de loop der jaren heb ik geïnvesteerd in machines die de huidige productiecapaciteit van Thrax ver overschrijden. Zo kunnen we ook ongehinderd groeien. Met onze twee 5-assige CNC machines, twee vacuümklem freesmachines en twee vaste freesmachines en een dubbele laser graveerder, 5-assige hydraulische water snijmachine, een slijp-, staal- en anodisatielijn en mogelijk een 3D- en UV-printer in de nabije toekomst. Daar kunnen we het wel mee doen.  

Ik wou nooit een mechanische fabrikant worden, maar in Bulgarije kon ik geen bedrijven vinden die me de gewenste kwaliteit konden leveren. Door wereldwijd te exporteren en steeds meer mensen te kennen binnen de industrie heb ik geleerd dat het een wereldwijd probleem is. Mochten er mensen die nu denken ”Zelf produceren, dat is boeiend en interessant…” DOE HET NIET!

Hoezo? Je hebt de luxe om in eigen huis te produceren is dat dan geen voordeel?
Je eigen productielijnen hebben is als een tweezijdig zwaard. Het is enorm aantrekkelijk qua ontwikkelingstijd en de mogelijkheid om kleinere hoeveelheden te maken en specifieke onderdelen te produceren als je ze nodig hebt. Het geeft je de vrijheid om gedurfde ontwerpen uit te proberen. Als ik kijk naar de “machinetijd” die hierdoor gebruikt wordt, want de machines die deze complexe onderdelen maken, worden ook gebruikt voor eenvoudige taken, dan zijn ze voor die laatste complete overkill. Sommige onderdelen kunnen gemaakt worden op machines die drie tot vier keer minder kosten per uur. Onze kostprijs voor die eenvoudigere zaken wordt dus drie tot vier keer hoger dan iemand die dit kan uitbesteden. Geen gratis etentje!

De originele Spartacus buizenversterker was een van de hoekstenen van de Thrax portfolio. Veel van de hardcore Kondo Audio Note Japan en Wavac bezitters hebben de Spartacus uiteindelijk gekozen boven deze iconische producten. Kan je ons vertellen waarom?
Als gelukkige bezitter van verschillende Triode buizenversterkers merkte ik, na een tijdje op, dat de “sound” meer of minder beperkt wordt door de kwaliteit van de ingang en niet zozeer door de uitgangsbuis. Dus als mensen beweren… “Oh ik hou zo van het geluid van een 211 buis“ hebben ze die eigenlijk nooit echt gehoord. Binnen ons R&D team begon de zoektocht naar het waarom en hoe we dit konden oplossen. Hier bleek de ervaring en het werk van Mr Sakuma zaliger van grote waarde. Na het bouwen van een van zijn ontwerpen veranderde de klank van ons ontwerp volledig. Als je de versterker niet zag kon je niet zeggen dat het een buizen versterker was… maar de openheid en helderheid die we hoorden kon niet van een transistor komen. Dit ging veel verder.

Na verschillende exerimenten en het zorgvuldig selecteren van de juiste transformators konden we zeggen: Dat is het. De Spartacus. Zo ver ik weet is het de enige twee-staps “direct heated triode” in commerciële productie. Bovenop heeft de Spartacus een volledig gereguleerde voeding, servo auto bias op alle buizen, microprocessor gecontroleerde stroomtoevoer naar de filamenten van de 300B buizen enz. Bij zijn lancering tien jaar geleden was de industrie met stomheid geslagen. Als je naar de behuizing keek dan was dit een onmogelijke opdracht.

De nieuwe Spartacus 300B, kan je ons daar wat meer over vertellen, hoe heb je die ontwikkeld?
Met het ontwerp van de originele Spartacus versterkers hadden we onze grenzen verlegd. Een  juweel van een product. Helaas moest ik ook concluderen dat veel mensen niet zoveel van buizenversterkers kenden. Ze hadden geen idee van de buizen die we gebruikten, en waar en waarom. Wat er speciaal aan ons ontwerp was enz. Voor de gemiddelde gebruiker was de Spartacus versterker een interessante rariteit. Bij het ontwerpen van de nieuwe versterkers was het duidelijk dat deze iets moest hebben wat elke audiofiel kende. Wat kan er voor een buizenversterker meer herkenbaar zijn dan 300B. We namen ons origineel ontwerp onder handen en kort nadien hadden we een werkend prototype. Maar ik was voorzichtig. Ik wilde niet opnieuw dezelfde fouten maken.

De structuur en het concept zijn behouden maar de uitvoering en sommige materialen zijn behoorlijk verschillend. Alle electronica is nu gemonteerd op één print en de buizen zitten in een veilige behuizing. Grote vooruitgang hebben we geboekt bij de transformatoren die we gebruiken en de spanningsregelaars voor de buizen.

Een grote verbetering konden we realiseren door het gebruik van een nieuw materiaal van Hitachi Japan. De transformatoren en spanningsregulatoren zijn gemaakt met Nanocrystalline. Het is een zeer geavanceerd magnetisch metaal maar niet zo eenvouding te gebruiken. Het vergde drie jaar onderzoek in onze R&D, samen met Hitachi, om de TAMURA transformatoren in het originele ontwerp te verbeteren.  Net als in het originele Spartacus ontwerp staken we al onze know how hierin. Om tot de constatatie te komen dat onze geweldige Dionysus voorversterker niet goed genoeg meer was om op dit niveau mee te spelen.

Is dat waarom je de Libra 300B hebt ontwikkeld? Dit lijkt wel de ultieme Solid State en buizen voorversterker te zijn?
Dat was ook weer een uitdaging. Maar ja daar hou ik wel van. Ik wou alle mogelijke functionaliteiten van de beste voorversterkers maar met “direct heated tubes” omwille van hun ongeevenaarde klankkwaliteiten. Een meertraps ontwerp was uit den boze. We wilden absolute zuiverheid. De nieuwe eindversterkers zijn enkel gelimiteerd door wat ervoor staat. Die beperking wilden we weg. Na verschillende ontwerpprincipes te testen en meerdere prototypes  te bouwen kwam het erop neer… Meer van hetzelfde.

We gebruikten opnieuw de ongeevenaarde 300B and versterkingselement. Nu is het voor het eerst mogelijk om een volledige keten van 300 B direct heated Triodes in de signaalweg te beluisteren. Een uniek ontwerp en een ongeloofelijke ervaring.  De eerste publieke performance was in Parijs in November vorig jaar. Er werd over geschreven door publiek en pers.

Western Electric 300B. Zijn ze het waard  qua kwaliteit en is hun prijs gerechtvaardigd?
Ik vermoed dat de prijs een beetje het gevolg is van de vraag en aanbod situatie. Klankmatig ben ik ervan overtuigd dat nieuwere buizen meer te bieden hebben.  

Het design van de modern buizen is verbeterd, en de gebruikte materialen zijn ook beter. Er zijn geweldige 300B buizen beschikbaar van Emission Labs, KR Audio, Elrog, Psvane en Takatsuki. Elk van deze heeft iets andere mechanische en electrische kwaliteiten maar leveren een verbazingwekkend resultaat. Ik kan m’n vinger niet op de beste 300B leggen, sommige hebben iets meer microphonische eigenschappen, andere zijn dan weer iets zachter of hebben juist meer dynamiek en contrast.

Dan zijn er ook nog standard Chinese en Russische 300B buizen te vinden. Goedkoop maar die kan je beter direct in de vuilbak smijten. Bij het testen hiervan ging het ruisniveau 12 tot 14 db omhoog in de Libra. Tja dan is het mooie van ons ontwerp ook weg.

Als je kijkt naar de technologie in jullie top modellen, hoeveel technologie is er daarvan doorgesijpeld naar de goedkopere producten?
Bij een nieuw project starten we met een zo gedetailleerd mogelijk doel te omschrijven. Daaraan voegen we de absoluut noodzakelijke elementen toe. Vevolgens zoeken we de best mogelijke oplossing voor elk deeltje en het algemene besturingssysteem ervoor. In de loop der jaren hebben we als het ware lego blokjes ontwikkeld die we kunnen gebruiken. Stroom bronnen, voltage referenties, cascade schakelingen enz. Deze bouwstenen gebruiken we doorheen het productgamma. Als we een van de bouwstenen kunnen verbeteren dan doen we dit bij alle producten die gebouwd worden. Het gebeurt dat na een aantal jaren de optelsom van die verbeteringen leid tot een doorbraak. Dan starten we met het maken van MKII producten.

Binnen onze R&D doen we onderzoek op verschillende domeinen. Materiaalonderzoek, mechanische invloeden, acoustiek, nieuwe componenten en op electronisch vlak. In het begin probeerden we ook alles te patenteren om onze intellectuele eigendom en investeringen te beschermen. Nu kan het ons niet meer boeien. Wat we maken is geen massa productie en als iemand onze ontwerpen analyseert en de diepere know-how begrijpt om er zijn eigen ontwerp mee te maken, dan wil dat zeggen dat hij slim genoeg is om ons respect te verdienen en mag hij het gebruiken.  

Wij respecteren de enkelingen die op dit niveau werken en we moeten elkaar ondersteunen. Zo kan audio verbeteren.

Vertel ons wat meer over je luidsprekers.
OK dat is een heel ander verhaal. Plamen Vlachev ontwikkelde voor ons de Lyra. Een man met ontiegelijk veel ervaring als akoestikus en luidsprekerbouwer. Honderden luidsprekers heeft hij ontwikkeld, niet enkel voor hifi maar ook voor militaire toepassingen. Een aantal jaren geleden was ik betrokken bij de bouw van een opnamestudio net buiten Sofia. Met mijn ervaring met de bestaande systemen en in opnamestudio’s wilde ik een nieuwe standaard in de control room van de studio. Binnen de Pro audio markt kon ik geen oplossingen vinden voor de klankmatige eisen die ik had op vlak van tonaliteit en resolutie en de meeste consumenten luidsprekers kunnen niet omgaan met het de geluidsdruk die je bereikt als je werkt met ongecomprimeerde microfoon signalen.

Meestal was de tweeter het zwakke broertje in de keten. Er zijn als het ware twee stromingen in luidsprekerbouw. Diegenen die de tweeter te laag afsnijden in de cross over, en diegenen die dat te hoog doen. In beide gevallen resulteert het in vervorming in het middengebied.

Dus gingen we op zoek naar een oplossing. Voor de grotere systemen werden op maat gemaakte hoorns gebruikt. We besloten om dit ook te doen voor de kleinere systemen. Voor de Lyra ontwikkelde BMS, op basis van een van hun drivers, een op maat gemaakte unit. Hierdoor konden we het frequentiebereik van de tweeter laag genoeg laten doorlopen opdat de magnesium diafragma’s van de Seas drivers als “piston” blijven functioneren. De typische intermodulatie vervorming van een tweeter met een lange slag wordt gecompenseerd door de hoorn.  In de studio werkte dit zo goed dat ik besloot om een paar te gebruiken voor bij mij thuis. Toen de High End beurs in München eraan kwam dacht ik…. Ok, ik neem de Lyra mee. De rest is geschiedenis.

Waarom gebruik je aluminium als materiaal?
Ok, dit is een beetje het geheim van de Lyra. De oppervlakte van de totale frontplaat is groter dan de oppervlakte van de luidsprekerunits. Als er energie wordt overgedragen naar de luidsprekerbehuizing dan moet die afgevoerd worden door absorptie of terug af te stralen. Door de frontplaat van de Lyra zo stijf als mogelijk te maken en speciale bitumen demping te gebruiken gaan we de resonantiefrequentie enorm verhogen en verlagen we de Q factor. Zo schakelen we de kastresonantie als het ware uit en kan de kast het geluid niet meer kleuren. De signaal / ruisverhouding verbeterd ook enorm. De frontplaat is gefreesd uit een 50mm aluminium plaat. De hoorn is gelijkmatig van vorm en solide zonder diffractie van de geluidsgolven. Natuurlijk hebben we ook andere materialen geprobeerd. De eerste prototypes waren van multiplex en MDF. We ontdekten dat MDF als het ware als kaas reageert in het middengebied en voor onze speaker dus onbruikbaar.

Multiplex was iets beter maar niet veel. Met een high speed camera die wordt gebruikt om speciale effecten op te nemen in de filmindustrie filmden we de kast terwijl we muziek speelden. Zo ontdekten we dat de kastconstructie nog steeds bewoog en kastresonanties werden zichtbaar. Terug naar af dus.

Bij luistertesten tussen de gedempte aluminium constructie en de houten behuizing is een dag en nacht verschil.  De houten behuizing kleurt zoveel dat hetzelfde liedje met de aluminium behuizing totaal anders is. Microdynamiek, toonzuiverheid en helderheid zijn van een total ander niveau.

Klopt het dat je kan stellen dat de THRAX DNA doorheen het hele producgamma is terug te vinden?Absoluut! Een product dat niet voldoet aan de waarden die ik heb gesteld voor de reproductive van muziek zal nooit de naam THRAX dragen. Zoals je wel merkt streef ik naar een compleet system. Een set die aan alle muzikale eisen die ik stel voldoet. Elke component draagt hiertoe bij.  Binnen THRAX is iedereen actief betrokken bij de evaluatie van de producten. Pas als iedereen unaniem gelukkig is met een product stopt de zoektocht.

Zou je je electronica producten aanbeleven voor de Thrax luidsprekers of  laat je die keuze aan de klant?
Bij de ontwikkeling van onze electronica gebruiken we ook andere luidsprekers. Ze werken dus ook goed op andere merken. Sommige combinaties zijn buitengewoon goed en vice versa ook. Onze speakers zijn gemaakt om te presteren met elke goeie versterker in de markt. Als ze elkaars kwaliteiten versterken is dat een bonus. We zijn best flexible met onze producten.

Hoe kijk je naar de concurrenten?
Concurrenten? Zo zie ik het niet. Als een consument andere producten kiest dan heeft hij de intrinsieke waarden die THRAX kan bieden nog niet ontdekt. Het is een product voor “connaisseurs”. Je moet er klaar voor zijn.

Misschien kan ik het best verklaren met een analogie naar sport toe. Mijn vader was een sportman, toen sport nog sport was. Voor de eer en glorie, niet voor het geld. Hij werd nationaal kampioen van Bulgarije, verschillende malen kampioen van de Balkan, Vice Europees Kampioen enz. Hij vertelde me altijd: “Als ik vandaag de discus 15 cm verder gooi dan mijn tegenstander, dan win ik en dan is de eer en glorie mijn deel. Maar morgen kan hij een betere dag hebben en verslaat hij mij."

Tegenstanders respecteren elkaar. De sterren onder de sporters zijn echter de tienkampers. Zij zijn toppers in verschillende disciplines, maar velen kennen hun naam niet. Diegenen die hen kennen, hebben diep respect voor wat ze doen. De wereld draait vandaag om de het grootste en beste maar dat is vluchtig. Mijn vijand is middelmatigheid en “het is goed genoeg” of overdreven marketing  termen.

Hoe sterk is je competitie als ze namen gebruiken van producten waarmee ze gebouwd zijn of al hun grootste sterkte is “Swiss made” omdat ze niets anders te vertellen hebben over hun product? Deze producten zitten niet in hetzelfde marktsegment en de mensen die deze producten kopen verdienen ze ook.

Hoe zou jij de termen hi-fi, high-end, en ultieme high-end audio omschijven?
Alles is hi-fi, te duur geprijsde hi-fi is high end, en de ultieme high-end is als juwelen in de oprechte echte zin van het woord of op technologisch en muzikaal vlak.

Waar bevindt zich volgens jou het kantelpunt tussen transparantie en een goede muzikalen tonale balans.
Dat is een hele goeie vraag. Soms is heel goed niet goed. Te veel is te veel. Bij de meeste commerciele systemen klinkt muziek wat verstopt, met een wat artificiële textuur. Elke stap die je zet in het verbeteren van je systeem levert je wat meer helderheid en tonale rijkheid op. Zo bereik je op een bepaald moment een punt wat jou voldoening geeft. Dat zou warm donker of gelaagd of of zacht tot briljant helder kunnen zijn.

Maar je hoort genoeg informatie om de boodschap die muziek heeft te verstaan en je vind dit goed. Dit is het niveau waar de meeste muziekliefhebbers – audiofielen zich comfortable voelen. Als je verder gaat lijkt het alsof de muziek zich niet meer in de opname bevind. Soms lijkt het alsof de muziek vertraagt en al die losse geluiden in de soundstage worden plots onderdeel van instrumenten die afgelijnd worden op het podium. De ruimte eromheen wordt ingevuld en muzikanten verschijnen in je woonkamer terwijl ze moeizaam hun muziek spelen. Alles komt tot leven.

Het nadeel hiervan is dat het belang van goede opnames pijnlijk tot uiting komt. Je begint het knip en plakwerk van de mixing ingenieurs te horen. Bijgeluiden van de muzikanten, ademhaling, een stoel die schuift, het klikken van gitaarpedalen…allerlei dingen die je soms liever niet wil horen omdat ze je afleiden van de muziek.

Moderne pop opnames die opgenomen zijn met de digitale apparatuur in studio’s, en een SSL mengtafel gaan je alle muziek geven die je wil horen. Sommige zaken hoor je liever niet. Als je verder wil gaan dan is het belangrijk om ook opnames te hebben die dit eer aandoen en een muzikale smaak die verder gaat dan het gemiddelde. Speel dus liever op veilig. De meeste chauffeurs kunnen het potentieel van een Audi RS niet aan. Een Koenigsegg koop je dan ook pas als je het aankan.

Tonale balans, klankkleur, en helderheid. Hou je ook deze gouden driekhoek aan als je een systeem opstelt?
Meestal zoek ik naar helderheid met een beetje warmte. Dynamisch moet het stress vrij zijn met voldoende resolutie en contrast. Dat zijn de basiskwaliteiten waar ik naar streef. Het is belangrijk dat een system ook de modulatie en verschillen in toon en textuur kan laten horen. Een snaar die wordt aangezet door een boog gaat een iets andere toon en microdynamiek hebben produceren telkens er opnieuw aangezet wordt.  Het zijn deze kleine veranderingen in de muziek die de emotie van muziek laten horen en je laten wegdromen.

Hoe belangrijk is voor jou het beluisteren van producten bij hun ontwikkeling?
Van het allergrootste belang. Alles wat we ontwikkelen om onze producten te verbeteren is theorie tot het in de praktijk bewezen is. In heel veel gevallen zijn we als ontwerpers bevooroordeeld. Om dit uit te schakelen nodig ik de mensen uit van de lokale audio club. Zij hebben geen idee waar ze naar luisteren en we demonstreren verschillende versies van een product. Hun feed-back helpt dan om de finale touch te geven.  

Kan je stellen dat iemands passie en liefde voor muziek afstralen op zijn producten?
Zeer zeker. Ik maak enkel producten waarvan ik ervaar dat ze niet bestaan op de markt. Geloof me vrij. Het is nog steeds goedkoper om het beste product te kopen dan het zelf te ontwikkelen. Als je dan nog beter wil dan is dat de uitdaging die ik aanga om het zelf te maken.

Hoe realiseer je de verfijning en subtiliteit in je producten?
Uitgebreide luistersessies met verschillende apparatuur helpen ons om eventuele tekortkomingen te identificeren. Dan gaan we op zoek naar de oorzaak en proberen verschillende alternatieven uit. Pas als er niets is wat ons nog stoort en we blij worden van de muziek dan is het goed. Dit wil niet zeggen dat we alle foutjes hebben opgelost. Maar wat we realiseren is zo goed dat de kleine imperfecties ons niet meer storen.  

Hoe belangrijk is de akoestiek van je luisterruimte op topprestaties neer te zetten?
Dit is de beste investering die je kan doen… euh oeps heb ik dat gezegd!! (lacht)

Als je ruimte teveel eerste reflecties heeft en de nagalmtijd te hoog is heeft het geen zin om geld te investeren in betere apparatuur. Met betere apparatuur ga je dynamische verschillen nog meer accentueren en de echo ervan.

Met een goede luisterruimte die akoestisch geoptimaliseerd is kan gewone audio apparatuur ook fantastisch klinken. Als je je systeem beter maakt ga je ook tekortkomingen horen van je combinatie. Dan is het de kunst om de oorzaak van die tekortkomingen te definiëren en stap voor stap je system te optimaliseren naar het nieuwe niveau.

Als je dit zorgvuldig doet wordt het leuk. Anders hebben we in Bulgarije de uitdrukking: 'ongeacht hoeveel je om jezelf draait…je derrière zal altijd achter je blijven.'

Hoe ziet ”state of the art high-end audio reproductiee” eruit volgens Rumen Artarski?
Heel veel werk! Een aangepaste ruimte, zorgvuldig samengestelde en ontworpen apparaten en een mooie muziekcollectie.

Met exotische electronica?
Heel waarschijnlijk wel, maar niet altijd. Sommige apparaten uit de massaproductie kunnen heel goed zijn door hun hoge productieaantallen en de gedeelde ontwikkelingskost. Andersom is ook het geval. Zo zijn bijvoorbeeld transformatoren voor audio apparatuur mechanisch geassembleerde onderdelen die een uiterst hoge prescisie moeten hebben. Het is een van de weinige onderdelen die je nooit mag toevertrouwen aan een machinale productie.

Kan je bij Thrax Audio zeggen: Form follows function?
De vorm wordt gezet door de grote kanonnen in de audio industrie. De audiofiele gemeenschap accepteert moeilijk afwijkende ideeën. We proberen hier een goeie balans te vinden

Kan je stellen dat een State of the ART luidspreker system complete is zonder subwooofers?
Dit is een heel interessante vraag en een onderwerp dat zelden besproken wordt! Eerst enkele feiten rond dit onderwerp. Ons gehoor is minder gevoelig voor lage frequenties en dit kan tot 20db per octaaf verschillen.

Dit wil zeggen dat om lage tonen te horen, deze boven een bepaald geluidsniveau moeten zijn. Dit is “feit nummer 1”. De geluidsdruk die een conventionele luidspreker unit kan produceren is bepaald door zijn efficientie om het electrische signaal om te zetten in geluidsdruk.

Door fysische wetmatigheden wordt de maximale efficientie van een luidsprekerunit bepaald door het volume (het interne volume van de luidspreker-sommige luidsprekerdesigns hebben andere limieten cq electrostaten) en de relatie is een drieërlei: het volume, de extentie en de efficientie. Dit kunnen we “feit 2" noemen.

De geproduceerde geluidsdruk  veroorzaakt een faseverdraaïng van het geluidsbeeld bij lagere frequenties die resulteren in een verstoring van het geluidsbeeld. “Fact 3”.  

Als we met deze wetenschap kijken naar een moderne super high-end luidspreker met een intern volume van 60l en de specs zeggen: 92db/1w @ 28hz -3db. Dan ga je luisteren en het geluid is dun, de muziekinstrumenten lijken vaag en zonder ritme.

Dan zou je kunnen stellen dat de person die die specificaties schreef, er niets van kent of een hoop nonsens heeft geschreven. Als de maximale uitslag van de luidspreker correct is, dan zou de maximale efficientie 83dB kunnen zijn. Maar meestal kan een luidspreker 40Hz @ -3dB amper realiseren en is de efficientie nooit hoger dan 87 dB/W. Daarbij komt dat de bass unit heel waarschijnlijk uit fase is met de rest van de luidspreker.

Bij het ontwerpen van een kleine luidspreker die lage tonen moet kunnen productren wordt een ontwerper geconfronteerd met een vertraging van 12 tot 15ms van de laagste tonen. Dit is duidelijkk hoorbaar en door audiofielen vertaald al seen “wollig laag”. Deze meestal kleinere units produceren dan ook nog eens 3 – 10% vervorming bij die lage frequenties. Daar ons gehoor 20dB gevoeliger is voor die harmonische boventonen gaan we die ook eerder horen dan de lage tonen.

Er is een vrij te gebruiken online rekenmachine waarmee iedereen kan spelen om de maximale geluidsdruk die een piston van een bepaalde grootte kan produceren bij een bepaalde uitslag. Een luidspreker met 2 6,5” woofers kan amper 100dB geluidsdruk realiseren bij 40Hz terwijl de harmonische vervorming al hoorbaar wordt vanaf 80dB De basisfrequentie is dus minder hoorbaar dan de boventonen die eigenlijk vervorming zijn. Gelukkig is er niet zo heel veel muziek die tot 40Hz doorloopt en ons gehoor compenseert het ontbreken van die lage tonen. 

Om in het lag enige geluidsdruk te produceren heb je dus units nodig met heel weinig vervorming en voldoende oppervlakte in combinatie met een zo groot mogelijk volume om de efficiëntie omhoog te krijgen.

Kort samengevat: je kan geen muziek maken zonder een grote tijdgecorrigeerde gesloten subwoofer. Zeker voor de lage frequenties. Grote luidsprekers produceren nu eenmaal een meer realistisch geluid, en dat komt door deze wetenschap. Als de basweergave goed is verandert de algemene perceptie van de muziek die weergegeven wordt door correcte modulatie van het geheel. Maar dat is voor een andere keer.

Digitaal of analoog?
Digitaal is erg geode geworden deze dagen en analoog wordt steeds beter. Beide dus.

Transistor of buizen?
Indien correct toegepast spreekt het resultaat voor zichzelf. Er zijn echter minder en minder echt goede ontwerpers van buizenversterkers. Ik denk dat in de loop der jaren buizenversterkers steeds exotischer en zeldzamer gaan worden. Maar door hun specifieke eigenschappen zijn ze onvervangbaar.  

Wat maakt Thrax anders dan de concurrentie?
Dit zou ik kunnen samenvatten als: De manier waarop ze ontwikkeld worden, hun design principes en de constructiekwaliteit.

Zijn audio magazines die geprint worden een ding uit het verleden?
Het is alweer enkele jaren geleden dat ik er nog een in mijn brievenbus vond.

Hoe zou jij een Thrax klant omschrijven?
Een gelukkig mens. Ze hebben een weg afgelegd om tot het niveau te komen dat wij realiseren en ze kunnen het zich veroorloven. Ze hoeven zich geen zorgen meer te maken en kunnen genieten van het leven en muziek.

Kan je stellen dat de Top High End Audio systemin best worden beoordeeld met referentieopnames van klassieke?
Emotie in opnames is het moeilijkste over te brengen. Klassieke toporkesten en hun dirigenten zijn hier meesters in. Bij de moderne jazz en wereldmuziek zijn ook pareltjes te vinden. Minder goeie systemen slagen er niet zo in die emotie over te brengen.

Hoe herken je de “Dit is het” impact van een top high-end audiosysteem?
Voor velen is het de glimlach op hun gelaat. Een grote smile en dan lichaamsdelen die mee beginnen te bewegen op de muziek en een traan die rolt.  

Hoe kijk jij tegen de “pure luxe” van High End Audio aan?
Intrinsiek is onze apparatuur al een voorbeeld van Luxe. Op dit prijsniveau is het dan ook belangrijk dat het plaatje klopt.

We bevinden ons best wel in een niche industrie. Hoe kunnen we meer jongeren aantrekken?
Met nieuwe ideeën die aansluiten aan hun behoeften. Hou ons maar in het oog, we zijn enkele nieuwe producten aan het ontwerpen die daarbij aansluiten.

Zijn de hoge prijzen in de High End Audio een MUST om het topniveau te bereiken?
Het is geen noodzaak. Maar als je kijkt naar de segmentatie en kleine oplagen, dan moet de R&D kostprijs ergens terugverdiend worden. Geen makkelijke zaak dus.

Met wat je gerealiseerd hebt. Waar ben je het meest fier op?
Ik hou van wat ik doe, en ik doe waar ik van hou. Dat is toch fantastisch. Wat kan ik meer verlangen. Daarnaast… die kleine brunette veroveren in 1989… ik ben nog steeds verliefd op haar.

Hoe gezond is de High End industrie dezer dagen?
Het is zeker geen makkelijke situatie. Er gebeurd heel veel en kosten zijn hoog. Toch is er vraag naar topkwaliteit. Ik denk wel dat we dus OK zijn.

Wat is de grootste uitdaging  voor een fabrikant van High End materiaal heden ten dage?  
Erkenning verdienen in de middelmatigheid van het moeras. Er zijn zoveel producten die roepen om aandacht met veelbelovende marketing slogans en beloften over het Audio Walhalla. Daarbovenuit stijgen en je plekje verdienen bij de consument door emotie en muziek te brengen. Niet enkel luid roepen. .

Heb jij een “cost no object” droom project?
Nee, onze producten spreken voor zichzelf.

Is er nog iets wat we mogen verwachten van Thrax Audio in de toekomst?
Innovatieve producten en toepassingen. Misschien wel in domeinen waar we ons, tot nu toe, nog niet aan gewaagd hebben. We denken buiten de vakjes…dus vernieuwend en bijzonder zal het alvast zijn.

Is er nog iets wat je zou willen meegeven aan onze lezers…
Oei… Ik denk als ze dit hele artikel gelezen hebben en ze zijn hier aanbeland…Dan denk ik dat ze de dichtstbijzijnde Thrax dealer moeten bellen...!

Met veel dank aan Mono & Stereo en importeur Very Fine Solutions.

MERK

EDITORS' CHOICE