Zo worden er veel meer ideeën van vroeger opgepikt, bijvoorbeeld die van de aloude transistorradio, zoals die in de koopjeskelder van Correct in retro-uitvoering te vinden zijn. Vintage is eigenlijk nooit weg geweest, weet de museumconservator. "Het is een steeds terugkerend fenomeen. Door de tijd heen hebben er altijd hippe gadgets en design bestaan, mensen willen altijd dingen van vroeger. We hebben hier al radio’s staan met een jaren vijftig-uiterlijk, maar met de techniek van de jaren negentig. Mensen verlangen naar het design van vroeger, maar ook naar de romantische verhalen die er achter zitten. Ook aan hifi-apparatuur kleeft in elke periode een verhaal. Hoe leefde men bijvoorbeeld met de radio? Na de oorlog was de radio van enorm sociaal belang, men luisterde gezamenlijk naar hoorspelen, nieuws, muziek. Die verhalen kleven aan het uiterlijk.”
Oma-radio
Ook zo’n mooi verhaal, de ‘oma-radio’, zoals de Rotterdammer ze noemt.In het Radio Museum staan er tientallen.
"Apparaten met maar een paar knoppen en voorkeuzes, kon oma makkelijk de zenders vinden. Ik vind het jammer en eigenlijk onbegrijpelijk dat er tegenwoordig nog maar weinig gemaakt worden, want er is zeker behoefte aan. Men verzuipt tegenwoordig in de knoppen.”
B&O: trend in design
Dé trend in design is gezet door B&O, zegt Harry de Jong even later in het hifi-museum aan de overkant, op de eerste verdieping van het Correct-gebouw. "Zij kwamen voor het eerst met een echt moderne uitstraling.” Hij wijst op de Beomaster 8000, een futuristisch vormgegeven stereomeubel van B&O uit 1975 met een prijskaartje van 3995 gulden. "Kijk, dat is pas lifestyle!” Dankzij B&O kregen merken als Sony, Panasonic, Philips, Loewe het kunstje volgens hem ook door. "Telefunken heeft de stijl een tijdje proberen te kopiëren, en Braun, die had een tijdje ook strak spul.” De Jong wijst op een stijlvolle witte ‘phonocombi’ uit 1957. "Helaas konden ze het niet bolwerken, ze zitten nu in de tandenborstels enzo.”
Pronkstukken
Opvallende stukken in de ‘Pronkjuwelenzaal’ van het hifi-museum zijn het ‘vrouwvriendelijke’, maar curieuze Design Stereo Center van Rosita uit 1972 en een enorm cluster aan bandrecorders van Akai. "Die stonden in cafés, kregen we een keer per jaar terug om de koppen schoon te maken en de nicotine er af te wassen.” In een andere hoek van de zaal glimt een zilveren audiorack van Sony. "De notenhoutenmeubels gingen er in de jaren zeventig massaal uit, dit 44cm-rack kwam er voor in de plaats. Zijn er honderdduizenden van verkocht, maar echt mooi zijn ze niet natuurlijk.”