Terwijl de buizenkits en aanverwante onderdelen via postorder goed verkocht werden, werd het ook steeds drukker in de winkel van Rik Stoet. Naast de Heart en de StoetKit buizenversterkers werden inmiddels ook een groot aantal andere buizenversterkers geïmporteerd van over de hele wereld, om de naam: “Buizenspecialist” hoog te houden!. Zeker toen men dit specialisme liet varen en ook andere zaken is gaan importeren, zoals platenspelers, hifi en netspanningstuning producten dreigde de winkel van Rik uit zijn voegen te barsten. Uiteindelijk werd besloten deze geïmporteerde zaken niet meer alleen voor de eigen winkel te importeren maar ook te starten met de distributie daarvan naar de andere hifi winkels in de Benelux. Die afsplitsing van Rik Stoet High End Audio (inmiddels B.V.), leidde tot Music Matters N.V. Toen men besloot de subwoofers van het Engelse merk MJ in het assortiment op te nemen bleek al snel dat de vraag hiernaar erg groot was en het aantal dealers groeide snel. Sindsdien heeft men een sterke groei mogen doormaken. Terwijl Music Matters in 1998 slechts twee-kanaals in het productengamma had kan men bij Music Matters tegenwoordig terecht voor Home Cinema, HiFi, Net-Tuning en DAB.
Als ik om me heen kijk kan ik niet anders constateren dat er sinds het ontstaan in 1998 veel is veranderd en dat dit veranderingsproces nog in volle gang is. Sander: “Ja, we hebben sinds 1998 niet bepaald stil gezeten. De grote stap in dat jaar leidde niet bepaald tot rust en consolidatie. Integendeel, we namen als bedrijf de kans om ons te profileren als een actieve speler in de AV-branche. Misschien soms op een eigenzinnige wijze maar zeker op een wijze die er toe leidde dat we als bedrijf zichtbaar en transparant zijn. En om zichtbaar te zijn hoeven we ons niet alleen maar op de geëigende paden op de welbekende beurzen zoals de VAD te begeven. Inspiratie voor ons vak en behoeften vanuit de markt ervaren we vaak door op andere, soms branchevreemde shows aanwezig te zijn of deel te nemen aan conferenties en workshops op AV-gebied. Zo waren we op 1 november j.l. aanwezig op de het Wereld Audio Festival (WAF) dat plaatsvond in het nieuwe gebouw van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum. Op dit festival werd ingegaan op onderwerpen die nieuwsradiomakers bezighouden of zouden moeten bezighouden. Het WAF programma wordt jaarlijks ontwikkeld in nauwe samenwerking met de beroepsgroep zelf. De speciale festivalredactie is breed samengesteld en bevat zowel makers van publieke als commerciële, regionale en landelijke zenders in Nederland en Vlaanderen. Toen Music Matters gevraagd werd acte de presence te geven op het festival was de keuze dan ook niet moeilijk: met de belangstelling voor en bemoeienis met het onderwerp radio was dit voor ons dan ook een belangrijke reden op dit festival aanwezig te zijn.”
Terwijl Sander vol enthousiasme praat over het onderwerp radio realiseer ik me plots dat in al die jaren die ik met audio in de weer ben me nauwelijks heb beziggehouden, laat staan echt geïnteresseerd heb, voor weergave van signalen uit de ether. Onbegrijpelijk bedenk ik me als ik besef dat ik meestal naar “de radio” luister als ik thuis ben en naar muziek luister. Wie herkent zich hier niet in? In ieder geval is me plots duidelijk geworden dat Music Matters het belang van radioweergave heel duidelijk onderkent. Als ik Sander goed beluister volgt men de belangrijkste ontwikkelingen op dat gebied nauwgezet. Ik besluit hem hier op aan te spreken.
“Het belang van radio wordt in de AV wereld helaas nog sterk onderschat. Dit terwijl er alleen al in Nederland en België miljoenen mensen zijn die dagelijks thuis, op het werk of in de auto naar hun favoriete radiozender luisteren. In Nederland en België samen wonen in totaal bijna 17 miljoen mensen die gemiddeld meer dan twee radiotoestellen in huis hebben! En dan vaak genoegen moeten nemen met slechte ontvangst of krakende zenders. Onbegrijpelijk gewoon. Met digitale radio ontvangst – bijvoorbeeld via DAB – is er dan ook een oplossing gekomen die zorgt dat de luisteraar kan genieten van een ongestoorde kwalitatief hoogwaardige weergave van het radiosignaal. Naast dat het heel fijn is om in de auto een constante zuivere ontvangst te ervaren heeft de veeleisende muziekliefhebber in de vorm van een DAB-radio er een hoogwaardige bron bij. Een bron die zich qua kwaliteit kan meten met de andere AV-componenten in een hoogwaardige set en een schat aan nieuwe muzikale inspiratie kan leveren.
Zover is het echter nog niet, DAB is nog niet wijd verbreid in ons land (in België daarentegen is digitale radio al wel een beginnend succesnummer, er is daar geen hifi winkel te vinden die geen assortiment DAB toestellen heeft staan) . Maar dit alles rechtvaardigt de gedachte niet dat het dan ook erg stil is omtrent dit onderwerp. Integendeel! Op politiek niveau zijn er de laatste jaren nogal wat afspraken gemaakt omtrent digitale radioweergave. Zomaar even een greep: dit voorjaar is op Europees niveau bepaald welke zendfrequenties uitgegeven gaan worden voor ondermeer digitale radio. Nederland heeft gelukkig een groot aantal zendfrequenties weten te bemachtigen. Dat dit is gelukt heeft ondermeer sterk te maken met onze bemoeienis op dat vlak. We kennen een succesvolle samenwerking met (regionale) overheden in Nederland en België. Daarbij nemen we deel aan het regulier overleg onder leiding van het Agentschap Telecom bij het ministerie van Economische Zaken. De perikelen omtrent de val van het kabinet en de daaropvolgende verkiezingen hebben het beleid en de uitvoering daarvan weer ernstig vertraagd, tot ongenoegen van alle betrokkenen...
In ieder geval heeft een en ander er wel toe geleid dat er afgesproken is dat in Nederland in 2020 de landelijke zenders niet meer te ontvangen zijn via de “normale ether”. Het analoog radiosignaal van de regionale zenders zal dan echter wel nog te ontvangen zijn.”
Sander ziet me denken. Wat moeten we nu met al die miljoenen analoge radio’s die nu nog bij ons thuis of in de auto te vinden zijn? Deze zijn in één klap waardeloos als wordt overgegaan op digitale radiouitzendigen.
Sander: “Let wel, de audiomarkt zal tegen die tijd goed inspelen op de nieuwe situatie. Het duurt nog 13 jaar voordat het 2020 is. Zet daar tegenn over dat een gemiddeld bruin-goed apparaat, zoals een radio een gemiddelde economische levensduur van ongeveer zes jaar heeft. In de aanloop tot 2020 zullen de fabrikanten van radio-ontvangers er zich er steeds meer bewust van worden dat zij hun toestellen moeten voorzien van een digitale ontvangstmogelijkheid. Nu al zijn er diverse hybride radio-ontvangers op de markt. Het zullen er steeds meer gaan worden. Tegen die tijd zullen ook veel misverstanden de wereld uit worden geholpen. Denk aan de grote misvatting dat er speciaal betaald moet worden voor digitale ontvangst vanuit de ether, net zoals er nu betaald moet worden voor sommige digitale televisieprogramma’s. “Free to Air” is een duidelijke eis die de overheden stellen aan digitale ontvangst vanuit de ether: Altijd, overal en gratis!
Als specialist en kenner van de ontwikkelingen doet een hifi dealer er dan ook al goed aan om digitale radio’s in het assortiment op te nemen. Hoewel de consument al een beetje gewend was aan wat meer betalen voor een betere, mooi ontworpen radio, dankzij de mensen van Audiac die de Tivoli succesvol in ons land hebben neergezet, is er nog wel schroom, daar deze toestellen over het algemeen iets duurder zijn. Toch is de kleine extra investering in een radio die zowel analoog als digitaal kan ontvangen op de langere tijd lonend. Het apparaat hoeft na een aantal jaar immers niet omgewisseld te worden voor een apparaat dat ook digitaal ontvangt, een dubbele uitgave wordt daarmee bespaard.”