De klap valt
De prijs die u neertelt voor de A50 is 1650 euro. Dat plaatst hem in een moeilijk marktsegment. Gedomineerd door de grote merken en heden ten dage uitgehold door home cinema sets. Heeft het nog wel zin om te investeren in twee kanaal audio apparatuur? En een tweede vraag die in mij opkwam, heeft het wel zin een versterker te reviewen die niet of nauwelijks verkrijgbaar is op dit moment? Hmmm luister eens naar de A50 en u bent overtuigd. Net als ik en mijn uitgenodigde collega’s. De A50 heeft zulke bijzondere kwaliteiten dat hij daarom niet mag wegzakken in anonimiteit. Laten we echter niet op de zaken vooruit lopen en de eerste cd in de speler schuiven. Patricia Barber met haar ‘Café Blue’. De genadeloos dwingende power van de Anatek verrast me volkomen. De JMlab’s krijgen nul komma nul de ruimte zelf iets te willen. De Anatek dwingt ze tot een strakke weergave van een zeer diep gaande bas. De S-klanken van de kille stem van Barber staan strak en zijn op maat. Het neergezette stereobeeld is uniek in deze klasse. Voor-achter, onder-boven en links-rechts zijn mijn deel. Volkomen los van de speakers en met een strakke plaatsing. De drive is fantastisch en geen moment hoeft de Anatek hijgend iets bij te houden. Reserves in overvloed. En het is schoon en rustig, rustig in de zin dat er geen achtergrond ruis is die moduleert op het muzieksignaal. Verbazend is ook dat de bas op deze Barber opname dieper lijkt te gaan dan op de twee hoofdspeakers in de Clearaudi/Monarchy combinatie met een aangesloten subwoofer. Onder de indruk van deze prestatie pak ik Deborah Henson-Conant om de definitie en de snelheid van de versterker te beproeven. Maar waarom eigenlijk, de verwachting was al erg hoog en wordt alleen maar bewaarheid. Timing doet vermoeden dat de versterker zeer snel is en geen last geeft van time smear. De dynamiek lijkt ook groter dan eerder het geval was. Mijn verklaring daarvoor is dat een versterker de tijd nodig heeft om te accelereren. Sommige versterkers zijn te traag en remmen al af voor ze de eindstreep halen. De Anatek gaat als een racepaard op de finish af en verslaat de mededingers naar de beker.
Snelheid is wellicht nog belangrijker bij de weergave van platen. Als de phonoversterker de signalen van een goed element weet te bewaren, dan kan een plaat meer spetteren dan een cd. Dave Grusin heeft een dergelijke opname en die pak ik dan ook. Weer is punch en impact mijn deel. Ik beleef een sensatie die ik eerder wist te krijgen met een combinatie van Lavardin en JMlab Utopia. Dat is zoveel te meer verwonderlijk om dat nu en de speakers en de versterker aanzienlijk goedkoper zijn. Niets ten nadele van de fraaie Lavardin, maar deze Anatek doet het meer majestueus en met meer overtuiging. Elk instrument krijgt zijn eigen ruimte al blijft de harmonie met de band. De doodse stilte tussen de noten komt iets te snel. Wat langzamer uitsterven blijft een wens, al zou dat ook een prettige vervorming kunnen zijn waar ons oor aan is gewend. Eindelijk even het idee dat mijn eigen versterker zo gek nog niet is als ik de Carpenters draai op de lp ‘Now en then’. De kinderstemmetjes die de doorslag gaven tot aanschaf van een Linto phono trap zijn iets minder fraai dan normaal. Had ik ze nooit anders gehoord dan had ik het op hoog niveau ingeschat, nu weet ik dat er nog een streepje meer aan de balk kan. De weergave is wel erg eerlijk en laat duidelijk horen hoe de opname tot stand kwam, compleet met missers en hoogtepunten. Minder romantisch is het woord, harder en directer. De volgende tracks laten een magnifieke stem en fluit horen. Binnen een heel breed beeld dat tot ver buiten de speakers loopt. Ik draai harder dan normaal zonder het te merken. De kracht van de Anatek aan de JMlab laat dat gemakkelijk toe. De laatste lp is dit keer Dire Straits. Grijsgedraaid maar altijd mooi. Er is een bepaalde afstand tussen band en luisteraar. Het geluid ramt je niet in je gezicht maar staat een paar meter weg. Kleine details zijn aanwezig, er is rust en dynamiek. Power en zachte oorstrelingen. Wat me op begint te vallen zijn de absolute kwaliteiten van de Anatek. Ware het niet dat de weergave van het hoog aan de terughoudende kant is. De ultieme sprankel mist. Spa Rood die te lang zonder dop heeft gestaan. Soms valt dat op, soms merk je het niet omdat de overige kwaliteit zo hoog is.
In hoog tempo begin ik neurotisch naar cd’s te zoeken om een bevestiging te vinden van wat ik hoor. Terrasson& Wilson, Holly Cole met de ‘Trainsong’, wederom Cole met haar kerst cd, Barber met ‘Split’, Rachelle Ferrell met haar ‘Live in Montreux’, The Weavers op lp en niet te vergeten Lauri Anderson. Hoe moet ik ze allemaal beschrijven? Het gaat allemaal zo gemakkelijk en natuurlijk. De muzikaliteit spettert eraf. Ik lees dingen terug in mijn aantekeningen als een krachtige piano, goed in de hand gehouden bas, stemmen die in de kamer levensecht worden en zaalgeluiden die los van de band staan in een stereo beeld. Al met al is het een puur genieten van muziek en uitvoerenden. Samen met Phil van Deijk sla ik aan het experimenteren met netsnoeren en interconnects. De Anatek is erg volgzaam en laat eenvoudig horen wat de resultaten zijn. Met Phil kom ik uit op de meest lekkere combinatie met een TAF interconnect en een Siltech netsnoer. Zonder Rothwell pluggen op de XLR uitgang van de Superdac. Phil mist wat punch en power in de hogere regionen en beoordeelt de versterker als aan de warme kant. Wel heel mooi en natuurlijk. Samen beluisteren we Janis Ian en komen tot de slotsom dat de gitaar wat zwaar is op bepaalde nummers en de stem van Ian meesterlijk. Het beeld is ontluisterend goed voor de prijs van de versterker. Te goed voor deze prijscategorie. Na zijn vertrek draai ik met mijn vrouw Méav, een Ierse zangeres in de stijl van Clannad. De stemming die de dame oproept van het donkere Ierland met zijn laaghangende bewolking is haast voelbaar en je rilt van de kou. Subtiel, zuiver en natuurlijk. Een dag later staat Jan de Jeu voor de deur die het allemaal zelf wil meemaken. Hij blijft alleen in de kamer achter met Rachelle Ferrell. Ik laat hem de tijd de versterker op zich in te laten werken. Als ik terugkom zijn zijn enige woorden tot nu toe “mooie versterker René, heel mooi”. Ook nu prutsen we wat met snoeren en schakelen we heen en weer tussen de Anatek en Clearaudio/ Monarchy. Als we belanden bij Lauri Anderson, met Siltech interconnect naar de dac met verloopjes zodat de 2 volt uitgang van de dac is benut, en een Siltech netsnoer aan de Anatek, gaan we weer heen en weer van het ene merk naar het andere kijken we elkaar slechts aan. Jan zegt wat ik denk. “Kopen die versterker en houden”. Sub weg, Monarchy Audio weg en de Clearaudio eruit. Genoegen nemen met de lichte afval in het hoog en niet meer nadenken. Mijn geest blokkeert de impuls zodat ik nu nog luister naar mijn eigen versterkers. Met weemoed dat wel. Misschien moet de Anatek er maar gewoon bij als referentie. Zou ik een tweede set in huis permanent kwijt kunnen, dan was de aankoop en feit. Nu gaat de A50 warm terug in de doos. Op weg naar een voor mij onbekende dealer. Zou die hem gaan voeren? Ik hoop het van harte. Want muziekminnend Nederland gun ik dit koopje van harte.