De receiver en speler staan reeds op hun plaats, via de meerkanaals-uitgangen aangesloten. De twee subwoofers en de vijf identieke Dynaudio’s zijn aangesloten. Nu het belangrijkste draadje nog: de iLink of FireWire. Gek dat zometeen zo veel data door zo’n superklein draadje moet. Alles klaar, dus een multikanaals SACD-schijfje in de speler en de ingang van de receiver op iLink gezet. Ik druk op play: geen geluid. Dat is vreemd, denk ik en kijk nog eens goed naar de knoppen op de speler. Er staat een iLink-knop bij, die moet vast nog worden ingedrukt. Dat gaat echter niet zomaar. Het afspelen van het schijfje moet eerst worden gestopt bij overschakelen naar de digitale uitgang. Het is maar dat u het weet.
Wanneer op beide apparaten de blauwe LED’s oplichten, rollen de eerste tonen van Sting door de luidsprekers. In eerste instantie bekruipt mij een gevoel van "Ik ben gisteravond flink wezen stappen". Nou was dat ook wel waar, maar toch. Het geluid was snel, boordevol details, maar ook een beetje scherp en vermoeiend. De anders redelijk beschaafde Dynaudio’s worden ineens agressief. De daarop volgende dagen blijkt het geluid wel meer te wennen, maar toch treedt steeds luistermoeheid in.
De moeilijkheid bij sommige meerkanaals Super Audio CD’s is dat je door de producer extreem dicht op de artiest wordt gezet. ’s Wonderful van Diana Krall’s ‘The Look of Love’ is zo’n opname die je heel direct in de opnamestudio neerzet, met af en toe een percussie-klopgeest die schuin achter je opduikt. Meteen valt weer op hoe ontzettend detailrijk het beeld wordt neergezet, met wel een vleugje scherpte erin. Het beeld is nogal ‘in-your-face’, heel direct en dat maakt dat je af en toe de neiging hebt het volume wat te willen temperen. Omschakelen naar de analoge 5.1 ingang levert een warmer beeld op, vriendelijker. Haar stem klinkt duidelijk dichterbij, er lijkt meer ‘lucht’ uit haar mond te komen. Een flink deel van de micro-details (bijvoorbeeld kleine knispertjes) is echter nu verdwenen. Lastig, want kies je voor de warmere analoge ingang of de precieze detaillering van de digitale ingang? Ik kies zelf toch voor het laatste. Ik heb de indruk dat een deel van de details verloren gaan in de conversie van het analoge muzieksignaal naar het pulsbreedte digitale signaal.
De gebruikte schijf van Diana Krall bevat 3 sporen: SACD meerkanaals en een stereomix in zowel SACD als CD. Ik ben benieuwd naar het verschil in kwaliteit tussen de twee lagen in stereo. Ik ervaar dat de CD-laag vriendelijker klinkt. De stereo SACD-laag klinkt dunner, holler bijna, maar dan wel met meer details. Deze speler past bij een gewone CD een upsampling toe totdat hetzelfde aantal bits is bereikt als bij een SACD schijf en dat klinkt waarachtig toch heel goed. Het verschil tussen de analoge en de digitale verbinding is hier toch minder groot, ik verkies de iLink in stereo boven de analoge verbinding.
Minder haast
Ik luister de helft van de tijd nog stereo en de andere helft kijk/luister ik DVD. Op de Sony receiver wordt een Samsung HD 935 DVD-speler aangesloten met een digitale coax-kabel. De component-videokabels gaan direct naar de beamer. Het is tijd om film te kijken. Ik begin met een schietscene uit Charlies Angels 1, die ik nog maar enkele dagen eerder had gekeken. Het valt op dat het geluidsbeeld wederom ruimtelijk is, met veel details. De kogels van vorige week lijken echter wat minder haast te hebben, ik mis de snelheid die hoort bij een bioscoop-ervaring. Het valt mij op dat de afgebeelde ruimte niet groter is dan de kamer zelf, terwijl ik normaal een grotere ruimte gewend ben. Wat ook opvalt, is dat het geluid duidelijk voorloopt op het beeld, wat door de interne scaler van mijn projector komt. Gelukkig kan op de receiver een zogeheten ‘lip-sync’ worden ingesteld van 0-200ms in stappen van 10, een hele gewilde functie. Bij mij blijkt een vertraging van 80ms een goede waarde te zijn.
De openingsscene van The Fifth Element is een favoriet van mij, zeker met de Superbit-versie. De ambiance in de tombe is heel subtiel door Luc Besson neergezet.
De Sony heeft er duidelijk moeite mee. De stemmen klinken duidelijk na met een echo, maar het subtiele naklinken ontbreekt toch een beetje.
Het gevolg is dat de tombe stukken kleiner lijkt dan hij op het beeld is. Wanneer de beker water wordt weggegooid, komen er druppels op mijn linkerschoen terecht in plaats van tegen de muur die mij en de buren scheidt.
Ik mis de betrokkenheid. Door de kleiner afgebeelde ruimte heb je nauwelijks het gevoel dat het geluid omhoog of omlaag gaat. Het valt mij op dat de steering van effecten niet zo snel is en dat het geluid zich alleen horizontaal verplaatst. Voor een receiver van 4000 euro mag je op dat vlak toch wel wat meer verwachten?
De volgende film is er een met een heel andere sfeer, maar ook een imposante geluidstrack: U-571. In deze film komt veel ruimtelijkheid en snelheid voor, maar het is ook een prima test om te kijken wat er met het geluid gebeurt als het erg complex wordt. De luidsprekers zijn in deze test duidelijk te localiseren en zodra het geluid drukker wordt, lopen de details een klein beetje dicht. De derde scene is hoofdstuk 20 en 21 van Star Wars I – ‘The Phantom Menace’: de Podracers. Hier worden de geluiden beduidend sneller ‘gestuurd’ en voel ik niet meer de beperking in de ruimtelijkheid. Het laag klinkt stevig, maar het midden is wel een beetje dun. Ik hoor nogal wat sissende S-klanken.