Met de AC Wrap combo rond de lichtnetkabel van het CD-loopwerk werd een toename in soliditeit en `push` in het laag waargenomen terwijl gespeelde accoorden van akoestische gitaren op aangename wijze bleven hangen; niet alleen was het uitsterven van tonen langer hoorbaar, het klonk ook enigszins rijker. Ruimtelijk overzicht werd fractioneel beter. Met de Wraps rond de lichtnetkabels van zowel het loopwerk als de versterker (die zijn stroom uit een afgeschermde Belden kreeg) werd de algehele presentatie uitgewogener. Naast de genoemde verhoogde soliditeit in het laag en langer aangehouden presence in het midden werd muziek nog genuanceerder weergegeven terwijl impulsgeluiden zoals rimshots met meer krokante klakken werden gepresenteerd. De dieptestaffeling leek verder gelaagd, oftewel de verste en zachtste geluiden in de opname werden beter uitgelicht. Zowel statische als bewegende geluiden kregen een onverwacht duidelijke focus mee. Subjectief gezien kwam de enkele AC Wrap set eerder als een accentuering over dan als een algehele verbetering. Met de twee Entreq sets was het effect subtieler maar ook completer want met name qua energie kwam het geheel beter in balans.
Foto: Kilian Bakker
Met de Wraps aan de zijlijn werden beide Hi-Powercord III kabels doorgemeten, om zo per apparaat de correcte lichtnetfase te bepalen. De testvolgorde bleef gelijk: eerst was het CD loopwerk aan de beurt, daarna de versterker/DAC en ten slotte beide AC Wrap sets rond beide Kemp Powercords. Met een H-P.C. III aan de DT en de Belden weer aan de Obelisk werd een meer omarmend en royaal stereobeeld verkregen dan in de voorgaande systeemconfiguraties. Daarnaast nam het fundament toe in soliditeit ten opzichte van de standaard kabels plus Entreq Wraps. Stemmen hingen vrijer in de ruimte en het moet gezegd dat de Powercord III zijn naam eer aan doet want de ritmische drive was met verschillende muzieksoorten sterker aanwezig. Er leek af en toe zelfs meer urgentie in muziek te zitten waardoor met name Blues aan zeggingskracht won.