Het bedrijf dat we vandaag kennen als 'Apple Inc' heette tot 2007 'Apple Computer Inc'. Maar omdat Apple tegen die tijd al heel wat meer deed dan alleen maar computers verkopen, was de oude benaming achterhaald...

Zoals we in het eerste deel van dit verhaal al aanhaalden, lanceert Apple op 23 oktober 2001 de beroemd geworden iPod. Zes jaar later, op 9 januari 2007, stelt Steve Jobs de iPhone voor: het allereerste Apple product dat gebruik maakt van het zogenaamde 'iOS', oftwel het 'iOperating System'. Later dat jaar krijgt de iPhone het gezelschap van een tweede iOS-apparaat: de iPhonetouch. In 2010 volgt het derde, en tot nu toe grootste iOS-toestel: de iPad. Een meer compacte versie van de iPad – de iPad mini – ziet in 2012 het levenslicht.

Het recentste iOS-apparaat – de 'iPad mini' – is compacter en goedkoper dan de iPad

Uiteraard zijn er sindsdien diverse opvolgers van al die iOS-apparaten op de markt verschenen. Zo zijn we tegenwoordig toe aan de vijfde generatie van de iPod touch en werd in 2013 de zevende generatie van de iPhone op de wereld losgelaten. Sinds de zevende generatie bestaat de iPhone overigens in twee varianten: een high-end model – dat is de iPhone 5S – en een goedkoper instapmodel, de iPhone 5S. De iPad is inmiddels aan de vijfde generatie toe en is geleidelijk aan zodanig licht en geworden dat Apple hem tegenwoordig omschrijft als de 'iPad Air'. De iPad mini tot slot, is een tweede generatie apparaat.

Maar wat ons vooral interesseert is in hoeverre al deze iOS-apparaten je kunnen helpen om je hifi- en AV-beleving te optimaliseren. Alvorens we daar aan toekomen, kijken we eerst even naar de specifieke eigenschappen van de verschillende iOS-toestellen...

iPod touch
Het is een iPod, en dus is de mogelijkheid om onderweg te kunnen luisteren naar muziek een topprioriteit voor dit apparaat. Aan de andere kant kan je met een iPod touchook bijna alles wat je met een iPhone of een iPad kan. In vergelijking met die eerste valt natuurlijk de telefoonfunctie weg. En uiteraard is de schermoppervlakte een stuk minder dan die van een iPad. Eigenlijk lijkt de iPod touch nog het meeste op de iPadmini. Die is nauwelijks duurder (de eerste generatie iPad mini gaat tegenwoordig voor € 289 over de toonbank), maar heeft wel een significant groter scherm (7.9" ipv 4"). Maar net daarom is de iPad mini natuurlijk ook minder broekzakvriendelijk dan de iPod touch.

Het goedkoopste toegangsticket tot de iOS wereld: de iPod Touch (vanaf € 249)

iPhone
De iPhone is het perfecte iOS-apparaat. Op twee zaken na, dan toch. Ten eerste is het toestel schreeuwend duur. De goedkoopste iPhone, dat is de iPhone 5C in 16 Gb uitvoering, kost meteen al € 599. De iPhone 5S start vanaf € 699 voor de 16 Gb versie. En voor de iPhone 5S met 64 Gb moet je zomaar eventjes € 899 ophoesten. Die prijzen zijn vooral pijnlijk als je het apparaat los koopt, zonder gebruik te maken van een abonnementsformule.Een tweede aandachtspunt is dat het schermoppervlak beperkt is. Dat kan een nadeel zijn als je je iOS apparaat bijvoorbeeld gebruikt om thuis tussen de albumcovers van je digitale muziekbibliotheek te 'bladeren'.

iPad Air
Gezien zijn afmetingen is dit het minst draagbare apparaat van het viertal, maar de royale hoeveelheid beschikbare 'real estate' op het scherm maakt natuurlijk veel goed. Goedkoop kan je de iPad Air – met een vanaf prijskaartje van € 479 – niet echt noemen. De tweede generatie iPad mini heeft namelijk krek dezelfde processing power en telt evenveel pixels als de iPad Air, maar kost zo'n 20 procent minder.

Wie de instapkost van de iPad Air te hoog vindt, kan eventueel opteren voor een iPad van de twee generatie, voor € 379. En ja, het is inderdaad best wel merkwaardig te noemen dat de tweede generatie nog verkrijgbaar is, terwijl de derde en de vierde generatie dat niet zijn. De iPad Air is immers een vijfde generatie apparaat.