Met de hier geteste ALTAIR bewijst het Chinese merk AURALiC niet alleen dat ze erg goede (digitale) hifi-apparatuur kunnen bouwen, maar ook dat ze de markt goed begrijpen.
Niet elke hifi-consument die bereid is om meer geld aan betere weergave uit te geven is een audiofiel, waarmee ik bedoel dat niet iedereen bereid is om zelf uitgebreid aan de slag te gaan met allerlei losse apparaten en bijbehorende kabels en kastjes. De ‘hoogwaardige alles-in-1 oplossing’, die er meestal ook nog eens loeistrak uitziet, is aan een gestage opmars bezig. Praktisch én prachtig. Enter de AURALiC ALTAIR, een draadloze streamer annex d/a-converter annex (hoofdtelefoon)voorversterker van grote klasse.
De AURALiC ALTAIR: de laatste keer in deze review dat we het consequente hoofdlettergebruik van de fabrikant overnemen...
Auralic Altair: de onvermijdelijke techniek
Het liefst zou ik meteen beginnen aan het luisterdeel, omdat ik denk dat de Altair bij uitstek een product is voor consumenten die meer prijs stellen op vlekkeloos functioneren dan op een diepgravende technische uitleg, maar de Auralic is te bijzonder om dit simpelweg met een link naar de website van de fabrikant af te doen.
Wat is de Altair eigenlijk? Om dat vast te stellen, moeten we eerst bepalen wat het niét is. Het is verleidelijk om te denken dat het een samenstelling is van de losse Auralic Aries streaming hub en de Vega d/a-converter, maar dát is hij dus niet. Volgens het merk zelf bieden de losse apparaten - naast bijvoorbeeld de mogelijkheid tot tweaken met verbindingskabels - ieder op zich wel degelijk een nog betere performance. Maar dan ook tegen een aanzienlijk hogere gezamenlijke prijs. Bovendien biedt de Altair in tegenstelling tot zowel de Aries als de Vega een buitengewoon goede hoofdtelefoonversterker. Waarmee weer een andere, snel groeiende groep hifi-liefhebbers wordt bediend. Wat is het dus wél: een d/a-converter die als middelpunt van een moderne (digitale) hifi-installatie kan dienen, met een uitgebreide streaming-functionaliteit én de mogelijkheid om hem als (hoofdtelefoon)voorversterker te gebruiken.
Achtergrond: de Auralic Aries G2 en Vega G2 werden in het voorjaar gepresenteerd in München
Auralic Altair in detail
De behuizing van de Altair is 33 centimeter breed, een maatvoering die je vrijwel nergens anders tegenkomt. Auralic zet hiermee volgens mij in op losse plaatsing. De volledig uit metaal gemaakte behuizing is redelijk zwaar en gebouwd als een tank. De afwerkingsgraad is zeer hoog. Het front is naar keuze aluminiumkleuring of zwart en bevat naast een zeer duidelijk afleesbaar goudgeel FLD-display uitsluitend een ontvanger voor de afstandsbediening, een grote draaiknop voor het volume en een 6.3mm hoofdtelefoon-aansluiting.
Aan de achterkant vind je de Euro-netentree voor de interne ultralineaire voeding, meteen daarnaast de van buitenaf bereikbare zekeringhouder en de aan-uitschakelaar, en verder nog twee montagepunten voor de meegeleverde Wi-Fi antennes, een RJ45 netwerkaansluiting (je kunt hem dus ook bedraad gebruiken als je wil, wat ik aanraad), een USB-A ingang voor een harde schijf, een USB-A uitgang voor een externe d/a-converter, vier digitale ingangen (optisch, USB-B 2.0, coaxiaal en AES/EBU) en een zowel single ended als gebalanceerd uitgevoerde analoge uitgang.
De gebruikte connectoren zijn van een uitstekende kwaliteit die past bij de prijsklasse van het apparaat. Als je de kap van het apparaat zou verwijderen (niet doen trouwens, dat kost je je garantie!) kun je een blik werpen op een forse ringkerntrafo in de voeding, een aparte metalen 'doos' waarin een optionele harde schijf kan worden geplaatst voor interne opslag van muziek, een zeer opgeruimde analoge uitgangsprint die middels een metalen schot is gescheiden van de centrale digitale processor. De Auralic Altair bevat namelijk een echte, op deze taak toegesneden computer die de digitale taken uitvoert. Dit in eigen huis ontwikkelde ‘Tesla’ platform maakt gebruik van een quad-core ARM Cortex-A9 processor met een snelheid van 1GHz, 1GB DDR3 intern werkgeheugen en 4GB RAM systeemgeheugen.
Altair: overige functionaliteit
De Altair biedt desgewenst onderdak aan abonnementen op de online streamingdiensten Qobuz en Tidal, maar je kunt hem aansturen via Bluetooth, Songcast én AirPlay. Roon-gebruikers kunnen de Altair als supported endpoint aanwijzen. Hij heeft internetradio aan boord, en je kunt via de ingebouwde UPnP/DLNA server muziek streamen van je NAS, een rechtstreeks aangesloten externe harde schijf of een apart aan te schaffen (en niet zelf in te bouwen) interne harde schijf. Maar zoals we inmiddels wel weten zit er maar ‘verdraaid weinig joepie in UPnP’. Het gestandaardiseerde protocol is traag en weinig intuïtief, en biedt frustrerend weinig mogelijkheden om met metadata te werken. Daarom heeft Auralic het eigen Lightning DS platform ontwikkeld, dat in combinatie met de gelijknamige (gratis) iOS app een oneindig veel betere, mooiere en gebruiksvriendelijkere interface biedt, én een aantal extra’s die je bij UPnP moet missen. Zoals draadloze quad-rate DSD- en PCM streaming (tot respectievelijk 11.2MHz en 384kHz), playlists die veilig op het apparaat zelf worden bewaard, gapless weergave van doorgemixte- en live opgenomen albums én bitperfecte multiroom-oplossingen.
Auralic en MQA
Eén van de toverwoorden in de huidige streamingmarkt is MQA. Hoewel het door audiofielen onterecht als een nieuw, superieur bestandsformaat wordt gezie,n biedt het wel degelijk bepaalde voordelen. Als je de vooral voor mobiel gebruik interessante mogelijkheid om een 24bit/192kHz Hi-res PCM bestand verliesvrij ‘op te vouwen’ tot de grootte van een normale 16bit/48kHz flac-file in het licht van deze review even buiten beschouwing laat, is MQA vooral boeiend omdat je er hele interessante instellingen van de digitale filters in je d/a-converter mee kunt uitvoeren. MQA manipuleert de filters zodanig dat alle pre- en postringing effecten (een ongewenste bijwerking van digitale filtering) worden gladgestreken, wat een veel schonere en dus betere weergave oplevert.
Auralic is lang bezig geweest om MQA toe te kunnen passen, maar toen dat anders liep dan iedereen had gehoopt werden de eigen software-ontwikkelaars aan het werk gezet. En die kwamen, briljant als ze zijn, als snel op de proppen met een eigen versie van MQA rendering (het ‘uitvouwen’ van de bestanden en de instelling van de filters), die naar verluidt ongeveer hetzelfde doet, maar uiteraard geen MQA meer mag heten. Daarom zal ik die naam verder niet meer noemen. Neem echter gerust van me aan dat het werkt, en dat het héél góéd werkt. Deze functie is beschikbaar vanaf firmwareversie 5.1.
Altair in gebruik
Als je je nieuwe Auralic Altair voor het eerst aanzet, heb je als het goed is eerst de gratis app gedownload. Die leidt je duidelijk en eenvoudig door de setup. Houd er rekening mee dat je tijdens die setup moet kiezen voor de Lightning DS Server, als je tenminste gebruik wil maken van dat veruit superieure protocol. Als je met een app als Fing het IP-adres van de Altair binnen je netwerk achterhaalt, kun je door dit eenvoudig in de zoekbalk van je browser in te typen de Altair ook via een nieuwe browser-interface benaderen, waar allerlei extra functies schuilgaan. Zo kun je, als je nog regelmatig muziek aan de collectie op je NAS of aangesloten harde schijf toevoegt, een geplande automatische her-indexering van je bibliotheek instellen.
Daarnaast biedt de browser-interface toegang tot een groot aantal DSP-functies zoals upsampling, parametrische EQ en zelfs room correction. Je hóéft ze niet te gebruiken, maar het is leuk dat het kan en in sommige gevallen kun je er ook écht problemen mee oplossen (denk aan een laag-probleem in je luisterruimte). Vergeet niet om een account aan te maken om je Altair te ‘registreren’. Dat biedt onder andere voordelen als je hulp op afstand nodig hebt, en je ontvangt updates over bijvoorbeeld nieuwe firmware.
En dan eindelijk luisteren
Tijdens de luistersessies heb ik bewust alleen maar gebruik gemaakt van de Auralic Lightning DS app. Het was verleidelijk om Roon te gebruiken, omdat ik daar dagelijks mee werk, maar ik wilde juist bewust meemaken hoe snel ik de Lightning DS app onder de knie zou krijgen. Daar kan ik zeer kort over zijn: deze app heeft, als je al een beetje gewend bent aan streaming en de bijbehorende interfaces op tablets en smartphones, amper een leercurve. Dus ook beginnende streaming-luisteraars zullen hem in no-time helemaal doorhebben. De indeling is geweldig intuïtief, en zijn geen basisfuncties die ergens op een onlogische plaats verborgen zitten, en wat je verwacht als je op een onbekende knop klikt gebeurt meestal ook.
De zoekfunctie is érg fijn, en perfect geïntegreerd met Tidal, dat gewoon naadloos in de zoekresultaten wordt meegenomen. Je kunt je muziek op allerlei manieren organiseren en benaderen. Wat bijvoorbeeld te denken van een zoekfunctie op bestandsformaat? Wil je alle DSD albums in je collectie? Binnen een paar knopdrukken heb je ze voor je neus. Geweldig! Hier is duidelijk heel veel aandacht aan besteed, Lightning DS behoort zonder twijfel tot de beste eigen streaming remote-apps die ik ken. En ik heb er echt al heel wat onder handen gehad…
De Auralic Altair mocht plaatsnemen in mijn grote set, die bestaat uit de Naim Supernait2 met losse voeding en mijn Kharma Ceramique prototypes. Alle bekabeling was van AudioQuest, inclusief de netwerkkabel. Draadloos streamen via Wi-Fi ging uitstekend, zelfs grotere bestandsformaten speelden zonder een enkele hapering. Het klonk prima, maar via de kabel ging het, hoewel ik het verschil echt wel eens uitgesprokener heb meegemaakt, gewoon nét een streepje beter. Als referentie diende een als dedicated streamer ingerichte Mac mini die via diverse USB-accessoires van iFi Audio was verbonden met mijn NAD M51 d/a-converter.
Uiteraard passeerde een uitgebreid scala aan muziek de revue, maar twee albums heb ik uiteindelijk gebruikt om het definitieve vergelijk met mijn eigen referentie te maken. Wie niet bang is van muzikaal experiment moet maar eens luisteren naar het album Sound Body van David Toop. Deze pionier van de elektro-akoestische ambient schept spannende klanklandschappen die schijnbaar uit samengeraapte, vooral percussieve geluiden bestaan. Hij bestrijkt er echter een extreem breed frequentiegebied mee, weet er een naar hedendaagse maatstaven enórme dynamiek in vast te leggen en het album heeft een ruimtelijkheid om in te verdwalen.
Ten opzichte van de Mac mini/NAD-combinatie was de Altair duidelijk ruimtelijker. De geluiden die normaal gesproken al vrij ver buiten de luidsprekers hoorbaar zijn stonden nu bijna náást me. Qua dynamiek ontliepen ze elkaar niet veel, maar in tonaal opzicht was de Altair enerzijds wat neutraler en droger in het laag, maar had hij in het middengebied nét een streepje meer klankkleur. Onder de streep zit de Altair - net als de NAD overigens - een héél klein beetje aan de warme kant van het klankmatige spectrum, wat ik persoonlijk érg prettig vind.
Om te beproeven hoe het Altair scoorde op het gebied van ritme en drive koos ik het gelijknamige album van St. Germain uit 2015. Het is het ‘comeback album’ van Ludovic Navarre, die in 2000 de wereld verraste met zijn fantastische loungy jazz-house op het album Tourist. De dansbare ondertoon van dat succes is zeker nog aanwezig, maar op het voorbeeldig geproduceerde St. Germain maakt hij zeer veelvuldig gebruik van Malinese artiesten, instrumenten én ritmes, waardoor er een flinke scheut afro-blues en polyritmiek aan de muziek worden toegevoegd.
De Altair kwijt zich vanaf de eerste track ‘Real Blues’ (met een geweldige vocal-sample van Lightnin’ Hopkins) met verve van de taak om de complexe ritmes in goede banen te leiden. Ook in volgende tracks, waarin een wat trager dansritme de boventoon voert is de cohesie tussen ritme en andere instrumenten voorbeeldig. De Mac/NAD combinatie doet dit trouwens ook heel goed, waarbij de Altair echter net wat lichtvoetiger te werk gaat.
Hoofdtelefoonuitgang
De hoofdtelefoonuitgang van de Altair heb ik minder lang beluisterd, maar mijn AudioQuest NightHawk Classic klonk er voortreffelijk mee. Kracht, souplesse en een uitgewrongen frequentiebereik, inclusief de stevige dynamiek en ruimtelijkheid die ik ook hoorde bij weergave via de luidsprekers. Prettig is dat de Altair waarneemt dat je een hoofdtelefoon inplugt, waarna de in het instellingenmenu vastgezette volumeregeling wordt losgegooid en je niet op volle kracht, maar op een fatsoenlijk volume muziek krijgt aangeboden. De AudioQuest NightHawk is geen erg lastige hoofdtelefoon om aan te sturen, maar hij profiteert wel degelijk van een goede versterker. En er was voldoende regelbereik over om aan te nemen dat ook een hongeriger type hoofdtelefoon goed aangestuurd zal worden. Na het uittrekken van de hoofdtelefoonplug keerde de Altair keurig terug naar de vaste (in mijn geval -10dB onder de maximale) volumestand. Heel netjes en praktisch.
Alles bij elkaar opgeteld…
De Auralic Altair heeft me verrast. In zoverre, dat ik bij mezelf de onbedwingbare neiging bespeurde om ook naast de luistersessies voor deze review voor de fraaie streamer te kiezen als ik naar gedigitaliseerde muziek te luisteren. De bediening was betrekkelijk eenvoudig, net als de setup-procedure waar de app je behulpzaam bij is. Klankmatig is de Altair een prettig apparaat om mee samen te leven. Een plezierig tikje aan de warme kant van neutraal, gul met dynamiek en ruimtelijkheid, kortom: muziek! De concurrentie in deze prijsklasse is niet gering, maar de zeer goede eigen app, het pijlsnelle en stabiele Lightning DS platform en de mogelijkheid om elk normaal of audiofiel bestandsformaat weer te geven maken de Auralic Altair tot een streamer/DAC van formaat. Niet slecht voor een merk waar zeven jaar geleden nog niemand van had gehoord. Sterker nog, ik neem er mijn petje voor af…Â
Auralic Altair
Adviesprijs: 1.999 euro
Distributie: Dynaudio Benelux en Network Digital Systems