REVIEWRega

Opbouwen en plaatsen

Jan de Jeu | 28 oktober 2013 | Fotografie Fabrikant | Rega

Het opbouwen van deze draaitafel is werkelijk een fluitje van een cent. Zowel de RB303 arm als de motor vormen bij aankoop al een geïntegreerd onderdeel van de draaitafel. Ook het element is bij mijn recensie-exemplaar al vooraf gemonteerd. Maar zelfs wanneer dat laatste niet het geval zou zijn, zou dat geen onoverkomelijke problemen op moeten leveren.

Rega-elementen worden niet met twee, maar met drie schroeven aan de headshell gemonteerd en daarmee staat het element, althans wanneer het, zoals hier het geval is, in een Rega arm wordt gemonteerd, meteen exact goed. Draaitafel, arm en element zijn volledig op elkaar afgestemd en zelfs VTA hoeft niet te worden ingesteld. Het enige wat je zelf moet doen is dus het instellen van de naaldkracht en, daarop afgestemd, de dwars druk compensatie. Maar wanneer dat je te veel werk is, of lijkt, dan kan de dealer dat vanzelfsprekend ook wel voor je doen. Waar je wel zelf naar moet kijken is de ondergrond waarop de draaitafel geplaatst wordt. Deze moet stabiel en volledig waterpas zijn. Beide aspecten zijn van cruciaal belang. Veronachtzaam deze aspecten en het zal ten koste gaan van de klankmatige kwaliteiten van de draaitafel.

Bij mij komt de draaitafel tijdens zijn tijdelijke verblijf op een dedicated, gemodificeerd audio rack van Creaktiv Systems te staan. Zowel de geïntegreerde versterker als de phono (voor beide draaitafels) zijn afkomstig van het Duitse ASR, te weten de Emitter I en de Basis Exclusive. De luidsprekers zijn de Si3 Avantgarde Arreté weergevers van de Deense fabrikant Audiovector. Als eigen draaitafel referentie dient de TW Acustic Raven Two met SME 309 arm en Lyra Delos MC element. Bij deze draaitafel wordt een Cardas Golden Reference interlink gebruikt naar de phono. Voor de RP40 wordt gebruik gemaakt van de aan de draaitafel gemonteerde interlink. De TTPSU staat in de aaneengesloten periode van een vijftal dagen waarin ik intensief de RP40 beluister, continu aan, waardoor het plateau ononderbroken draait en het lager op temperatuur blijft.

Ook het wisselen van platen gebeurt met draaiend plateau, iets wat de fabrikant overigens ook aanraadt. Wanneer die intensieve luisterperiode dan aanbreekt vraag ik me voorafgaand aan de eerste serieuze luistersessie af welke muziek ik als eerste zal draaien. Tenslotte vormt het uitbrengen van deze draaitafel het ultieme bewijs dat vinyl in deze tijd van streaming audio nog steeds zijn mannetje staat. Dat Rega het Britse merk is dat er al 40 jaar aan bijdraagt dat de analoge vlag nog steeds wappert en er mede verantwoordelijk voor is dat het vinyl de compact disc overleefd heeft. Terwijl ik me dat bedenk weet ik meteen welke LP ik als eerste uit de kast moet trekken. Een exemplaar van de Britse band die door Philips werd gebruikt om de veronderstelde suprematie van CD als medium uit te dragen. Dire Straits dus.

Luisteren
Zo lang ik Rega ken heeft het merk mij altijd kunnen overtuigen op het gebied van 'PRAT'. Oftewel pace, rhythm & timing. Dat was zo bij mijn eigen Rega Planar 3 en dat was gedurende de afgelopen jaren zo tijdens iedere show waar ik importeur Joenit tegenkwam. En ook nu, tijdens het beluisteren van 'So Far Away', afkomstig van het uit 1985 daterende album 'Brothers In Arms', is dat weer het eerste dat me opvalt. Maar er is meer. De combinatie is erg overtuigend wanneer het gaat om het op gearticuleerde wijze neerzetten van de menselijke stem. Zelfs wanneer het om de, aanvankelijk minder goed hoorbare, tweede stem (van Sting) in het tweede nummer 'Money For Nothing' gaat. Inderdaad, ik ben ongemerkt doorgegaan naar het tweede nummer. Een teken dat ik gepakt word door de muziek. Iets wat overigens ook blijkt uit mijn voet die meebeweegt op het ritme van de muziek.

Ook de kracht, de drive en de druk van de muziek – bijvoorbeeld naar voren komend in de klappen van de percussie – worden door de RP40 prachtig tot uitdrukking gebracht. Het geluid is enigszins 'forward', zonder evenwel echt 'in your face' te zijn. Dat de RP40 ook uitstekend ruimtelijkheid, sfeer, emotie en gevoel over kan brengen, wanneer deze aspecten in de opname verborgen zitten, bewijst de volgende LP. Net als de eerste een re-issue op 180 gram vinyl. Ik draai het openingsnummer van kant twee dat begint met een zucht. Dan volgt 'Hallelujah', geschreven door Leonard Cohen maar hier gebracht door Jeff Buckley, de op dertigjarige leeftijd verdronken zoon van zanger Tim Buckley. Afkomstig van zijn enige echte LP getiteld 'Grace'. Ooit prefereerde ik alleen de uitvoering van K.D. Lang boven het origineel van Leonard Cohen, tot ik deze versie herontdekte. Alles wat ik in deze opname zo waardeer wordt met deze jubileum draaitafel onverkort weergegeven.

Een bijkomend voordeel van de TTPSU is dat je door een druk op een knop eenvoudig om kunt schakelen van 33 naar 45 toeren. De meeste muziekliefhebbers zullen vooral LP's hebben die afgespeeld moeten worden op 33 toeren. Voor die enkele LP die om 45 toeren vraagt is het dan vaak te veel moeite om de snaar om te leggen. Maar wanneer het slechts een kwestie is van het indrukken van een knop op het front van de TTPSU dan is die belemmering verdwenen en ben je geneigd veel makkelijker en dus regelmatiger van toerental te wisselen.

Om de daad bij het woord te voegen leg ik nu zo'n 45 toeren-schijf op het rode vilt. Een gelimiteerde editie van Patricia Barber's album 'Companion', half speed mastered by Paul Stubblebine at Mobile Fidelity Sound Lab. 'The Beat Goes On' klinkt door de ruimte en zowel in Patricia's stem, als in haar Hammond B-3 orgelspel, als in de begeleidende percussie is de meerwaarde van 45 toeren te beluisteren. Eens temeer een bewijs van de klasse van deze draaitafelcombinatie. De knop wordt weer ingedrukt voor de laatste 33 toeren-LP waar ik iets over wil schrijven. Een klassiek werk ditmaal. Net als de vorige schijven op vinyl van 180 gram. Als er één label is dat ik qua opnamekwaliteit waardeer, dan is het wel Reference Recordings. En al helemaal nu dat label van Prof. Keith Johnson na lange tijd opnieuw gestart is met het uitbrengen van LP's. Welke wordt het; 'The Firebird Suite' van Stravinsky' of Rachmaninoff's 'Symphonic Dances'.

In beide gevallen wordt de uitvoering verzorgd door The Minnesota Orchestra onder leiding van de Japanse dirigent Eiji Oue. Rachmaninoff wint het uiteindelijk. Enerzijds omdat ik dit laatste werk van zijn hand ervaar als zijn indrukwekkendste en meeslependste symfonische werk. Anderzijds, in het kader van deze recensie, vooral vanwege de mooie instrumentklanken, de tomeloze energie en de gigantische dynamieksprongen die in deze uitvoering naar voren komen. Het karakteristieke MM geluid van het Elys40 element laat deze kenmerken uitstekend tot uitdrukking komen en na eerst kant 1,met de eerste twee delen, te hebben beluisterd kan ik dan ook niet anders dan de plaat omdraaien en deel drie en het daarop volgende 'Vocalise' te draaien.

MERK

EDITORS' CHOICE