Het is november 2002 als ik met pijn in het hart een digitaal analoog converter van het merk Apogee Electronics retour importeur zie vertrekken. In schreef toen onder andere naar aanleiding van de hoge aanschafprijs van het apparaat dat zowel A/D als D/A conversie verzorgt: “Stel nu eens dat Apogee een converter uit zou brengen die geen A/D conversie in zich heeft. Dan zou de prijs een flink stuk kunnen zakken en meer in de buurt komen van het voor mij maximaal haalbare.” Mijn wens lijkt verhoord te worden als de Mini-Dac op de site van Apogee is aangekondigd en ongeduldig blijf ik alert of bij TM Audio tot de eerste doosjes arriveren. Nauwelijks een dag terug van vakantie blaas ik richting Utrecht en dezelfde middag klinken de eerste noten uit dit 1285 euro ontwerp van Nederlander Lucas van der Mee.
Lucas van der Mee is senior ontwerper bij Apogee Electronics. De Nederlander heeft een aardige historie. Zo is hij begonnen als technicus en geluidsman bij de groep De Dijk. Daarna werkte hij eerst als manusje van alles en later als belangrijkste technicus jarenlang bij Wisseloord Studio`s en deed en passant de HTS. Gezien zijn opmerkelijke prestaties bij Wisseloord werd hij gevraagd te komen werken voor de Ocean View Way Studio`s in LA. Met als resultaat dat hij de technische manager werd over vijf studio`s. Een van zijn zelfopgelegde taken was het modificeren van o.a. Apogee converters, omdat in zijn ogen de analoge ingang en uitgang veel beter kon. Toen de studio`s deels werden verkocht stapte hij over naar Apogee en werd daar de ontwerper van alle SE versies (veel, veel betere analoge uitgangen wat ook door een concurrentie is bevestigd). Hij is nu de belangrijkste man binnen Apogee voor de hardware ontwerpen. Hoewel Apogee marktleider is in de USA op zijn gebied, is het bedrijf maar twintig man groot. Ontwerp van alles doen ze zelf, het etsen van printen en de assemblage daarvan is uitbesteed
Mini-Dac
De eerste verantwoordelijkheid van Van der Mee is inspelen op de markt voor professionele toepassingen van A/D en D/A converters. Dat hij daarnaast zelf audiofiel is en veel van zijn vrienden daartoe gerekend kunnen worden is leuk, maar van veel minder belang voor het bedrijf zelf. Het is dan ook vanuit de professionele hoek dat de wens naar voren komt om een portable D/A converter te ontwikkelen waarmee het mogelijk is om op locatie direct controle te hebben over een opname. Apogee heeft dan in het leveringspakket al een microfoonversterker-A/D converter, welke naadloos via een USB bus aansluit op een laptop geschikt voor opnames. De ontwikkelde Mini-Dac gaat in een zelfde soort behuizing en vormt zo een interface tussen microfoon, de luidsprekers en de harddisk, middels de USB bus die signalen naar beide kanten doorlaat. Zowel voor een Mac OS als voor Windows gebaseerde opslagsystemen.
Tot zover heb ik er niets aan, een opnametechnicus wel. Een seminar bij TM Audio geeft me de kans met Lucas van gedachten te wisselen over de Mini-Dac en hij maakt mij erg blij als ik in zijn uitspraken meer en meer de audiofiel herken. Ik vertel hem mijn enthousiasme over de PSX100SE. De Mini-Dac zou wel eens “my cup of tea” kunnen worden denkt hij. Met alle functionaliteit voor thuis, naast de studio opties.
De Mini-Dac biedt zoals gezegd via een bronkeuze schakelaar opties voor studio’s die thuis niet nodig zijn. Daaronder schaar ik het werken via de USB poort. Een optie die ik niet eens kon proberen omdat de USB kaart additioneel is en niet is meegeleverd met het recensie exemplaar. Ook heb ik niets aan aansluitingen voor ADAT, S/MUX en Double AES/EBU. U wel? Wel maak ik gebruik van normaal AES/EBU, S/PDIF via een cinch en een optische interface en de mogelijkheid om 44.1, 88.2, 48 en 96 kHz signalen om te zetten van digitaal naar analoog formaat. Een bron voor 192 kHz signalen staat hier helaas (nog) niet thuis. De Mini-Dac kan op zich wel signalen van 176.4 en 192 kHz aan. Probleemloos bleek tijdens het seminar.
De voorzijde is voorzien van LED’s die de monster frequentie aangeven en zelfs twee LED’s die als VU-meter werken. Resteren drie dingen, de aan/uit schakelaar, een hoofdtelefoon uitgang (6,3 mm) en een volumeregelaar. De volumeregelaar is via jumpers te omzeilen voor puristen onder ons. Op de achterzijde van de Mini-Dac van links naar rechts: de voeding aansluiting, de cinch en optische S/PDIF ingang, de AES/EBU input (daarover straks meer), een USB bus, een mini-jack line-out en links en rechts analoog uit via XLR stekers. Meegeleverd wordt een externe schakelende voeding met Nederlandse netstekker. Op de mini-jack line-out kunt u een hoofdtelefoon aansluiten maar ook een versterker of actieve luidsprekers. Met de volume regelaar aan de voorzijde stelt u het volume in. Hetzelfde geldt voor de XLR aansluitingen. Wie geen gebalanceerde ingang heeft op zijn of haar versterker kan met verloopjes het signaal op de XLR bus naar cinch omzetten of met behulp van een verloopje van mini-jack naar cinch. De AES/EBU digitale ingang, waarop ik terug zou komen, is wegens ruimtegebrek uitgevoerd met een 9-polige Sub-D connector zoals u die aantreft op uw PC. Een verloopje van Sub-D naar 2 x XLR zit in de doos. Via het verloopje kunt u twee digitale bronnen aansluiten of gebruik maken van Double AES voor studio formaat.
Apogee geeft in de handleiding geen informatie wat er in het doosje te vinden is. Behalve hoe je jumpers omzet, het uitgangssignaal kalibreert of de USB kaart inbouwt. Via mail en uit gesprekken met Lucas kan ik u het volgende citeren. “De basis van een dac is een multilayer print plaat waar per layer de voeding, de aarde en het signaal gescheiden is. Als voorbeeld, layer 1. voedingsignaal, 2. ground, 3. signaalvoeding, 4. groundvoeding, 5. voedingground, 6. groundsignaal. Op de printplaat voorzie je elke opamp van een de kortste weg naar de stroombron. Bovendien buffer je elke opamp met een set elco’s om de eerste vraag naar stroom op te vangen. Analoge uitgangen moet je goed maken, lage impedantie en sterk genoeg om een hoofdtelefoon rechtstreeks aan te sturen. Alles wat je tegen jitter kunt doen, doen!” Dan ben je er nog niet want er moet nog een converter in. De converter gebruikt in de Mini-Dac is een Analog Devices AD1955. Vergelijkingstesten zijn gedaan met de nieuwe chips van de concurrentie, maar volgens Apogee is deze inmiddels een jaar oude chip in gehoortesten nog steeds glansrijk de winnaar. De verschillen zouden niet subtiel zijn.
De voeding van de Mini-Dac is een super high speed switcher. De externe voeding doet feitelijk niets anders dan een DC (gelijkspanning) aanbieden. In de Mini-Dac wordt de DC omgezet in ultrahoog frequente wisselspanning (AC in de orde van ongeveer 750kHz), een meervoud van de sample rate. Vervolgens wordt de AC gereguleerd tot de normale DC spanningen. Het voordeel van dit principe is dat de externe voeding bijna alles kan zijn, de gegenereerde noise is onder controle en ver boven de audiorange. De snelheid waarmee dit circuit kan reageren op een veranderende vraag is ook ver boven elke hoorbare transient. Apogee claimt heel wat overcapaciteit in zowel de voeding als in lokale condensatoren. De dynamische range van de Mini-Dac is meetbaar 3 dB groter dan die van de PSX100SE. Op THD en ruis is volgens de ontwerper de Mini-Dac zo`n 10 tot 15 dB beter. Het verschil voornamelijk te vinden in de derde harmonische. De AES/EBU digitale ingang is gelijk aan de S/PDIF ingang, ware het niet dat de XLR gebalanceerd is en trafogescheiden. Dat verlaagt de aanwezige noise aanzienlijk en daardoor zal de jitter nog geringer zijn. Uniek ten opzichte van veel andere dac’s is ook het klokken van het signaal. Als fabrikant sta je voor de keuze: klok ik het ingangssignaal binnen te nauwe toleranties dan moet de bron optimaal zijn of klok ik het ingangssignaal zo dat elke bron wel lockt, al moet ik dan leven met jitter? Apogee lost dat op door met twee klokken intern te werken waartussen een data buffer zit. De klok aan de ingang is tolerant voor de bron, de tweede klok aan de conversie zijde zorgt dat de data exact getimed uit de buffer komt. Kostbaar maar de ultieme oplossing.