HI-VISIT

Showverslag High End München 2025: over en uit

Jamie Biesemans | 20 mei 2025

De High End-beurs die jaarlijks in München plaatsvindt, is zonder twijfel de belangrijkste van alle hifi-events. Ook dit jaar draaide het qua introducties van nieuwe producten op volle toeren. Met een wranger kantje, want dit is de laatste München-editie van de show...

HEM 2025

Niet over twijfelen: de High End-beurs blijft het hoogtepunt van het hifi-jaar. Ondanks de enorme populariteit van de bruisende Audio Video Show in Warschau en het toenemende profiel van de Amerikaanse Axpona-beurs is een belangrijk moment in het audiojaar, zowel voor productie-introducties en – wat meer uit het zicht – zakelijk overleg en briefings voor de handel. Het is ook een typische plaats waar nieuwe (maar ook oudere) merken komen om distributeurs te zoeken voor andere landen. Zo boeiend is dat wellicht niet voor de meeste lezers, maar het verklaart wel waarom de beurs twee professionele dagen inneemt in de werkweek en twee aparte publieksdagen in het weekend. En ook waarom er op die gesloten dagen best veel energie in de lucht hangt.

Ook dit jaar, hoewel het subjectief rustiger aanvoelde in de wandelgangen. Het is wachten op de officiële cijfers van de organiserende High End Society, maar de luisterruimtes leken wel iets minder dichtbevolkt. Tegelijkertijd waren er wel veel insiders aanwezig net omdat dit de laatste editie van de High End-show is in München. Volgend jaar verhuist de beurs naar Wenen, naar verluidt omdat het MOC-beursgebouw in de Beierse hoofdstad werd verkocht aan BMW en het automerk er andere plannen mee heeft. Na 21 jaar residentie is het echt afscheid nemen… Alvast Fink Team bracht hommage uit met een beperkte groen met licht houten MOC Farewell Edition van z’n Kim-speaker. Los van de connectie met de hifi-beurs, best een mooi design.

Ook benieuwd of er in de Weense-evenementhal plaats zal zijn voor het absurd grote toetersysteem van het Chinese merk ESD Acoustic. In 2023 had het bedrijf een gigantisch hoornsysteem opgesteld dat je zelfs met de beste wil van de wereld niet mooi kon noemen. Vorig jaar was de Super Dragon-opstelling al heel wat aangenamer om te zien en beluisteren. Deze keer had ESD de Super Phoenix mee, dat bestond uit twintig componenten (vooral versterkers en voedingen) en twee grote witte torens. Met daarop twee grote rode hoorns met in het midden een donkergroene, met naast elk een kleinere witte toren met dynamische drivers.

Knettergek, maar het klonk zo dynamisch als een symfonisch orkest. Met meer dan 1 miljoen euro kost het ook wellicht evenveel als een volledig orkest. Overigens niet het duurste systeem op deze HEM-editie. Er waren deze keer twee opstellingen die ESD met factor drie overtroefden…

Vroem, vroem 

Maar het verhuis is iets voor volgend jaar, dit jaar viel er nog genoeg te zien in het iconische MOC-gebouw. Was ook plaatsgebrek daar een probleem? Het sprong toch in het oog dat in Motorwelt – een driving club en een exclusief automuseum – er tegenover je dit jaar een heel aantal merken terugvond. Zo begon ons bezoek aan HEM dit jaar daar, niet op de eigenlijke beursvloer. De Denen beten het spits af met een hele reeks introducties, waaronder wat ‘light’ nieuws (een nieuwe hoogglanswitkleur voor de Epikore-lijn en een nieuw kleurtje voor de fijne IO-12-koptelefoon) maar ook een aankondiging die bijzonder zwaar woog.

De V-16 F is een beest van een subwoofer, een 53-kg wegend aardschokopwekker waarmee DALI wil aantonen dat het even goede subs kan bouwen als de daarin gespecialiseerde merken. | Lees meer over de DALI V-16F

Zoals SVS bijvoorbeeld, dat op de beurs maar al te graag zijn gigantische 17 Ultra Revolution-basmonster demonstreerde (foto boven). Subwoofers waren sowieso wel een dingetje – of een groot ding, als je het anders bekijkt – in München, met onder meer ook een ‘relaunch’ van Velodyne. Wie bij de DALI V-16F overigens goed oplet, ziet een gekarteld ring lopen rond de grote woofer. Audiokenners denken dan meteen ‘Purifi’, want die bijzonder gevormde surround is een uitvinding van het bedrijf van Lars Risbo en Bruno Putzeys.

Maar DALI neemt enkel op die surroundtechnologie een licentie en voegt het toe aan een eigen driver. Het Deense bedrijf geeft ook vol gas op CI-vlak, onder meer met de presentatie van een knappe Gardian-tuinspeaker (rechts). 10 op 10 voor de woordspeling, en het zag er ook een interessante inzending in het buitensegment uit.

Veel aandacht voor DALI dus, maar het is dan ook een van de grootste luidsprekermerken op HEM. De andere marktleiders, zoals Bowers & Wilkins, KEF en Focal, tekenden zoals wel vaker afwezig.

Een beetje verder in deze machtige tempel voor de autogoden kwamen we dan weer een andere primeur tegen. Cyrus Audio, vooral bekend van z’n kleine, woonkamervriendelijke hifi-apparaten gaat (weer) iets op volledige grootte doen.

De nieuwe 80 Series ziet er beloftevol uit en gaat van start met een geïntegreerde 2 x 150 Watt versterker met MM/MC-input, HDMI-eARC, groot scherm en BluOS ingebouwd.

Naast die 80 Amp, komt er ook gauw een 80 Pre-voorversterker en een bijhorende eindtrap. Fijn om die knappe afgewerkte aluminium behuizing van de 40 Amp weer te zien terugkomen – maar nu in een groot formaat. Voor de klein maar fijn-liefhebbers: in München presenteerde het eveneens een phono-voorsterker in de 40 Series, waarvan hier een tijdje geleden een review van de 40 Streamer verscheen.  

Strijd in streamingland      

Auralic is zonder twijfel een van de meest gerespecteerde namen op vlak van streaming. Nu zijn er meer dan genoeg ‘nieuwe’ uitdagers die heel betaalbare streaming producten uitbrengen. Eversolo (foto rechts) en WiiM zijn op dit vlak heel sterk bezig, met nog een aantal andere namen die ook willen uitpakken met streamers voor een heel breed publiek.

Voor Auralic, een merk dat hard gewerkt heeft om een ijzersterke reputatie bij kritische muziekliefhebbers op te bouwen, zou het gek zijn om in dat ondersegment te willen wedijveren. Met de AQUILA X3 Streaming Media Processor gaat het een andere kant uit. Bestaande uit twee apparaten (de processor met Fusion DAC en de bijhorende tweakbare voeding), biedt het merk hier iets heel luxueus en personaliseerbaar.

Zoals oprichter Xuanqian Wang even demonstreerde, kun je de AQUILA X3 makkelijk je eigen maken, onder meer een bovenzijde te kiezen met bijvoorbeeld een knappe (echte!) steenafwerking of een verfijnde houten paneel. Ook de interface op het scherm zag er goed uit.

Auralic heeft hierbij iets pienters bedacht: als je dichtbij komt krijg je de menu’s en tekst volledig te zien, wandel je terug naar de bank dan wordt de metadata van muziek automatisch vergroot zodat het leesbaar blijft. Slim! 

Ook bij HiFi Rose viel veel nieuws te zien. De Koreanen hadden een van de knapste stands op de show, en pakten uit met verschillende kleinere introducties (waaronder een ethernet-naar-fiberconverter, een ministreamer voor bij de analoge versterkers van het merk en een coole remote met draaiknop) en een paar belangrijke toestellen. De RS151 streamer (onderweg voor een review op HIFI.NL, red.) kon als opvolger van de gewaardeerde RS150 op veel aandacht rekenen, en blijft voorzien van een gigantisch aanraakscherm.

Iets subtieler maar even interessant is de RS451, een nieuwe streamer-DAC incluis HDMI-eARC en met een betere hoofdtelefoonversterker aan boord. De uitdagers in streamingland zijn zonder twijfel Eversolo en WiiM. Die eerste had een kamer die tot de nok gevuld was met nieuwe producten. Een aandachtstrekker was de Play-versterker, een compact ding dat prijstechnisch scherp in de markt wordt gezet en voorzien is van een groot touchdisplay en Eversolo’s app-gebaseerde interface. Doe er HDMI-ARC, kamercorrectie en ondersteuning voor diensten als Apple Music bij, en het wordt wel heel indrukwekkend. Er komt zelfs een 100 euro duurdere versie met geïntegreerde cd-drive – aan de zijkant!

Nog op de Eversolo-stand waren verschillende nieuwe producten te signaleren, waaronder de T8 streaming transport (foto rechtsboven) en de Z10 DAC. Bij die laatste gebruikt Eversolo niet de AKM- of ESS-chips waar het gewoon voor kiest, maar een R2R-architectuur. Hier zie je op het scherm niet de gebruikelijke app-interface, maar een soort flowchart die het conversieproces in beeld brengt.

Een heel andere DAC bij Hegel, zowel technisch als stilistisch. Het bedrijf uit Oslo had natuurlijk z’n H600, H400 en P30A/H30A-versterkers mee, maar vooral de D50 – alias The Raven, een knipoog naar de Noorse mythologie waar de raaf een belangrijke rol speelt, zoals Huginn en Muninn die Odin bijstaan – stond in het middelpunt.

Niet de eerste DAC van het bedrijf, maar heel vaak is er niet een standalone DA-converter van Hegel verschenen. En dat terwijl een eigen DAC-implementatie, naast de SoundEngine-techniek, echt in het DNA van het merk opgericht door Bent Holter zit. En hoewel KEF officieel niet present was in München, waren op deze stand wel de nodige Blades en co te vinden.

De opmars van WiiM 

Vorig jaar stond WiiM op HEM met een tafel, een witte achtergrond en een kom snoepjes. Dit jaar had het merk een aangeklede, grote stand, waar weer een nieuwe versterker werd voorgesteld. “Weer”? Jawel, want na de WiiM Amp, WiiM Amp Pro en WiiM Vibelink verschijnt er nu de Amp Ultra. Verpakt in een gelijkaardige chassis als de WiiM Ultra-streamer, bevat het toestel twee Texas Instruments klasse D-chips om 2 x 100 Watt vermogen te leveren. Een ES9039Q2M DAC-chip vult WiiM’s veelzijdig streamingplatform aan, te bedienen via de WiiM-app of via het 3,5-inch touchscreen.

De prijs is nog niet bekend, en dat is ook het geval voor de WiiM Sound en WiiM Sub. Inderdaad, het budgetmerk komt ook met een draadloze speaker die meer dan een klein beetje aan een Apple HomePod doet denken. Maar wel met een klein schermpje waarop je coverart ziet verschijnen. De prijs is dus nog onbekend, maar het merk kennende zal dat vrij scherp zijn. WiiM staat niet op de radar van iedere hifi-liefhebber, maar in de bredere markt is het merk erin geslaagd om in relatieve stilte wel een volledig ecosysteem op te bouwen. Geen goed nieuwe voor pakweg Sonos, al heeft het qua naamsbekendheid nog een lange weg te gaan.

Van oud naar nieuw 

De Lyngdorf TDAI-2210 van 4.000 euro vult het gat tussen de TDAI-1120 en de TDAI-3400 op. Een logische aanvulling voor wie de stap wil maken van de compacte 1120, maar de sprong naar de TDAI-3400 te groot vindt. Eigenaars van beide toestellen zullen misschien wel jaloers zijn op wie een TDAI-2210 aanschaft, want dit is de eerste streamingversterker van Lyngdorf met een kleuren-touchscreen.

De onderliggende digitale versterker en softwareplatform blijft hetzelfde, dus rekenen op veel flexibiliteit, streamingopties en natuurlijk RoomPerfect-kamercorrectie. 

Bij de Harman-merken stond uiteraard de grote aankondiging – letterlijk te nemen – van de opvolgers van de epische K2- en Everest-speakers op het programma. Er komen drie nieuwe modellen in de Summit-reeks, de Makalu, Pumori en Ama. Opnieuw genaamd naar zeer hoge bergen in de Himalaya (en ja, dat hebben we moeten opzoeken) en in staat om zo dynamisch als een volledig orkest uit de hoek te komen. Denderende dingen, maar even interessant was het uitje van de Arcam A35 en A45, twee geïntegreerde versterkers met een groot scherm en alles er op en eraan. Incluis klasse G-versterking, want dit zijn de twee hoogste modellen uit de Radia-familie.

Het was ook heel fijn om te zien dat Mark Levinson eindelijk weer veel aandacht kreeg. En hoe, want de nieuwe 600 Serie ziet er heel boeiend uit. Vooralsnog zijn er drie toestellen voorgesteld in deze lijn, helemaal ontworpen en gebouwd in de US of A, merkt het bedrijf trots op. De N°626 Dual-Monaural voorversterker, de N°632 Dual-Monaural-versterker en de N°631 Monaural-versterker beloven veel op audiovlak, iets dat de massieve toestellen met rode lichtaccenten onder vulkanisch glas ook echt uitstralen.

Een heel ander formaat dan typische hifi-toestellen? Neen, we hebben het niet weer over Cyrus, wel over TEAC. Al jaren is hun Reference 500-lijn een vaste waarde, dit jaar krijgt de reeks een grote technische opsmukbeurt (te herkennen aan de ‘7’ aan het einde van het modelnummer).

De toestellen zelf zien er heel vertrouwd uit, incluis de handvaten aan de zijkant en een meer technisch uiterlijk. De HA-507-hoofdtelefoonversterker en UD-507-DAC zien er weer heel boeiende producten van het Japanse bedrijf uit.

Kijkend naar de vele beursbezoekers die even kwamen luisteren, heeft T+A met de Symphonia een echte hit in wording. Het strakke industriële design van de hifi-legende uit Herford in combinatie met Purifi EigenTakt-versterking en het in-huis ontwikkelde DAC/streamingplatform levert een alles-in-één-versterker op die wel heel veel beloofd. En ja, de kenmerkende VU-meters zijn ook weer van de partij. In de achtergrond ook een belangrijke zakelijke wissel, want oprichter Siggy Amft geeft de teugels door aan zijn zoon Conradin. De gerespecteerde ingenieur blijft wel actief in het bedrijf, wellicht ook bij de verdere ontwikkeling van z’n geliefde luidsprekers.

T+A Symphonia, op korte termijn een stuk uitgebreider op HIFI.NL in de spotlight

Wachten wordt beloond 

Bij Canor was het feest. De Slovaakse buizenspecialist is dertig jaar oud en vierde dat onder meer met een heel blinkende driehoekige buizenversterker die de codenaam ‘Interstellar’ draagt. Een ander verjaardagscadeau is dan weer de TP101 A30, een buizenversterker met een old-school houten behuizing. Zoals de allereerste Canor-versterker, maar wel met techniek die helemaal up to date is.

Tussen al dat hommagegeweld viel ons oog op de Verto D4S DAC en de Virtus I4S geïntegreerde versterker, uitgerust met een volumeknop dat dubbelt als touchscreen. Beide zijn solid-state-producten die deel uitmaken van de nieuwe Entry-Level-line van Canor. Nog goed nieuws: de Virtus A3 geïntegreerde versterker die ontworpen werd door John Westlake en die we voor het eerst bijna twee jaar geleden zagen tijdens een Canor-fabrieksbezoek is er – binnenkort kun je hier een review verwachten. Canor deelde zijn kamer onder meer met EPOS en Fink Team, wat een fijne luisterhoek opleverde.

Nog een productlijn waar al lang over gefluisterd wordt is de Nova-familie van Advanced Paris. Op designvlak vaart het een heel andere koers dan voorheen. Gedaan met de glanzende zwarte front en blauwe VU-meters, deze apparaten zitten verpakt in een hoogwaardige behuizingen uit geborsteld aluminium.

VU-meters zijn er nog, maar nu in het wit – met de optie om weer naar blauw te schakelen “want er zijn klanten die dat echt willen”. Wat niet verandert is dat Advance Paris inzet op veel features (zoals HDMI-ARC én een HDMI-ingang voor audio) en niet overdrijft als het gaat om het prijskaartje.

Luister, nostalgie verkoopt. Geen verrassende uitspraak en vijf minuten rondlopen op de High End-beursvloer zal enkel meer bevestiging opleveren. Maar het hoeft niet gewoon een gevalletje van snel iets oud oprakelen te zijn.

Bij Onkyo kregen we zo nu eindelijk de Icon-modellen te zien die zwaar lonken naar de legendarische Onkyo’s met grote VU-meters, zoals de M-5000R. Het is nog even wachten op de concrete lancering van de M-80 (en andere modellen), maar die bewegende VU-meters wekken in elk geval voor veel anticipatie op.

De terugkeer van de zilveren schijf 

Het Britse merk Onix is wellicht de meeste lezers niet zo bekend. Het was in de jaren tachtig dan vooral groot in eigen land. Het bestaat nog altijd, maar op een bepaald punt nam Shanling een licentie op de naam. Op de beurs kwamen we zo een volledig setje Onix, met bovenaan een top-loading SACD-speler die via USB een DSD-stroom naar een DAC kan sturen. Dat lijkt een behoorlijk uniek gegeven, dat ook een prijs draagt van meer dan 2.000 euro. Met z’n opvallende gouden knoppen zijn de zwarte Onix-toestellen (er is nog een DAC en een streamer) nogal opvallend. Maar niet zo in het oog springend als de Shanling CD-T35. Het heeft iets weg van een metalen UFO op drie poten, mede dankzij het blauwe licht dat langs die poten schijnt.

Gebouwd rond een Philips CD-Pro 2-mechanisme en een DAC op basis van twee AK4499EQ chips, aangevuld met een buizen-uitgangstrap met vier 12AU7’s, spreken we hier over iets heel uitzonderlijks. Met een vanaf-prijs van 17.000 dollar ga je het ook niet vaak tegengekomen, denken we.

Die kans is groter met de Shanling EC Zero T, een apparaat uit de golf van draagbare cd-spelers die plots opduikt. Ook hier komt er buizenversterking aan te pas, aangevuld met Bluetooth-zender zodat je de lossless audio van die zilveren schijfjes lekker lossy richting een audiotoestel kunt sturen.

Als je dan toch cd’s wil draaien én af en toe vinyl wil beluisteren, dan was het spierwitte systeem bij Technics (zie boven) misschien iets voor je. Noch de SA-C600 cd-receiver of de SL-1500 waren echt nieuw, maar de combinatie van beide in die witte uitvoering oogde mooi. Mooier dan de Lamborghini-uitvoeringen van de Technics-draaitafels, zouden kwatongen misschien wel zeggen.

Het Japanse merk heeft wel iets intrigerend in huis met de SC-CX700 draadloze speakersysteem met waanzinnig veel streamingopties. Het zijn actieve speakers met een elegante suèdebekleding, beschikbaar in grijs, zwart of iets dat roestoranje lijkt te zijn. Een Technics-draaitafel aansluiten? Dat kan.

The king is er weer 

Als het over bronnen gaat, dan blijft vinyl toch met voorsprong de koning van HEM. Als je in de beursgebouwen rondloopt, is het niet te geloven hoeveel platenspelers je tegenkomt. Toegegeven, een draaitafel is nu eenmaal een groot en opvallend ding, terwijl streamer meestal wat subtieler uit de hoek komen.

Het contrast tussen een alles-er-op-en-eraan platenspeler van Transrotor versus de kleine streamermodule die in zo’n nieuwe Advance Paris-versterker past, het is wel wat. Het zal niet verbazen dat op een beurs die de naam ‘High End’ draagt, dat heel goedkope budgetproducten afwezig tekenen. Maar vinyl blijft populair (hoewel nieuwe releases soms pittig duur zijn…), wat betekent dat er ook heel wat platenspelers en accessoires zijn die je gerust bereikbaar mag noemen. Met stip op één qua de breedte en aantal introducties staat natuurlijk Pro-Ject, de sterk in Europa ingebedde fabrikant. Wie niet helemaal door de donder geslagen was door de bliksemvormige AC/DC-speler die de Oostenrijkers enkele weken geleden introduceerden, die laat zich misschien verleiden door de grote rode led-letters die de nieuwe Elvis-draaitafel sieren. Wat, geen Elvis-imitator in volle Vegas-outfit die “Thank you very much” prevelt op de stand? Een gemiste kans! 

Leuk, dat wel, maar wie mikt op een platenspeler in de betere klasse vond op de stand meer dan z’n gading. Zo toonde Pro-Ject de X9 B, X10 B en X12 B – opvolgers van respectievelijk de Xtension 9, 10 en 12 Evolution – en de RPM 1 Pro en RPM 3 Pro – met een nieuwe, betere interpretatie van het bekende plinth-loze RPM-concept. Ook bij Pro-Ject: een nieuwe lijn vloerstaanders die passen bij het Colourful Audio System-concept, beschikbaar in een reeks hippe kleuren (foto boven). Voetstukken niet inbegrepen.

Aan de overkant van de gang vond je Thorens, die de fonkelnieuwe direct drive TD 404 DD meebracht. We kregen tekst en uitleg van CEO Gunter Kürten, die demonstreerde hoe je met twee speciale gereedschappen de massieve en de onderaan sterk gedempte draaischijf (de)monteert. De nieuwe speler is gebaseerd op de TD 124 DD, een van de vele iconische modellen uit Thorens roemrijke verleden. Van die TD 124 DD toonde Kürten nog een Exclusive-editie, die voor 12.000 euro over de toog gaat. Tel daar nog 5.000 euro bij voor de speciale bijhorende cartridge van EMT. Veel geld, maar qua techniek en ook wel looks iets heel mooi. En omdat het signaal van al dat moois op gepaste wijze bij de versterker moet worden aangeleverd, gaat Thorens de MC 1600-phonovoorversterker uitbrengen. Volledig gebalanceerd, wat aansluit – pardon the pun – bij de gebalanceerde uitgangen die de Duitse bouwer al geruime tijd op z’n betere modellen voorziet.

Uit Nederland was dan weer Rik Stoet aanwezig met z’n Takumi-platenspelers. Op een mooi aangeklede stand stond de TT level 1.1 te pronken, met een bordje ‘coming soon’. Kostprijs volgens hetzelfde bordje: 1.195 euro. Dat lijkt wel een billijke prijs voor heel veel eigen techniek van eigen bodem. | Lees ook de review van de 2.1

Als voormalig budgetmerk van HiFi Klubben heeft Argon Audio een sterke reputatie opgebouwd voor betaalbare hifi die veel biedt, ook kwaliteit. Maar het Deense merk (deel van Nordic HiFi van Peter Lyngdorf) mikt voorzichtig hoger. Het is nu klaar met de Signature TT-draaitafel, waar vorig jaar een prototype van te bewonderen viel.

Argon Signature TT

Argon heeft bij een jonger publiek naar eigen zeggen veel succes behaald met strakke platenspelers, met de Signature TT presenteert het een luxueuzer model van 1.699 euro met een zwevend subchassis, een eigen toonarm en een Ortofon 2M Black. Benieuwd of het daarmee meer kritische vinylista’s kan overtuigen, met de looks zit het in elk geval al helemaal goed. | De Signature hebben we nog niet getest, de Argon TT4 wel

Automatisch schakelen 

Automatische platenspelers kennen een lichte revival, al blijven veel audiofielen er wat wars van. Uiteraard is het een trend waar Dual – een merk dat altijd wel in volautomaten bleef geloven – graag op inspeelde op HEM. Het merk toonde graag dat bij hen het mechanische gedeelte van hoge kwaliteit moet zijn. Op de Dual-stand trok vooral het prototype van de CS 718 de aandacht, een nieuw topmodel dat voor 2.500 euro in de winkel zal liggen. Het pakt uit met een massieve bouw, dynamische tracking force en een automatische uitschakelmodus waarbij de toonarm omhoogtilt bij het bereiken van het einde van de plaat. Het tonen op HEM is echt wel vinylista’s plagen, want de draaitafel zal pas ergens volgend jaar beschikbaar zijn. 

De naam ‘MoFi’ is enigzins verstrengeld met vinyl. Maar ook in toenemende mate met hifi-apparatuur. De MoFi Electronics-afdeling heeft in elk geval grootse plannen voor de komende maanden, incluis een Master Edition van de SourcePoint 10 (plus een upgradekit voor bestaande SourcePoint 10-speakers, nieuwe lage stands voor die speaker, de op Axpona onthulde SourcePoint V10-vloerstaander, een betaalbare StudioDAC en een UltraPhono Professional phono-voorversterker. Meer nieuws, waaronder de SourcePoint 888, lees je hier.

En ook: een nieuwe platenspeler die samen met Fender gemaakt werd, onder de naam American Vintage. Deze keer niet met de uitgesproken 3-kleuren sunburst-afwerking van de vorige collaboratie. Maar nu met een fijnere en nog altijd heel knappe overgang. Zag er prachtig uit!

Let op: luidsprekers 

Luidsprekers zijn per definitie de toestellen die roepen om aandacht. Vooral als ze manshoog zijn en even kosten als een gezinswagen. Die meer exclusieve zaken komen in deel 2 aan bod (net als de headfi), hier gaan we vooral de bereikbaardere producten in de kijker zetten. Zo presenteerde Perlisten in München (onverwacht) een meer betaalbare luidsprekerfamilie. Je had al een S- en een T-lijn, hieronder komt de A-serie. Zonder DRC Array met drie tweeters, maar wel met een slimme waveguide die geluid zowel verticaal als horizontaal breed in de kamer zet. Wel gek: die waveguide komt deels over de achterliggende woofer(s), maar dat is probleem, hoorde we ter plekke van CTO Erik Wiederholtz. De nieuwe A-lijn (dat ook een Atmos-speaker omvat) krijgt ook het gezelschap van een nieuwe mini-subwoofer met 8-inch driver.

Het grote nieuws bij PMC was de presentatie van de prophecy-lijn, dat bestaat uit een monitor (3.699 euro/paar), drie vloerstaanders (5.899, 8.499 en 11.999 euro/paar) en een centerspeaker die aardig wat techniek overnemen van PMC’s professionele modellen. | Lees hier meer over de PMC prophecy-serie

Voorzien van een Advanced Transmission Line die eindigt in een LaminairX-poort onderaan, maakten de opgestelde prophecy-vloerstaanders een sterke eerste indruk tijdens het luisteren. De Mediterranean Oak-versies die opgesteld stonden oogden bovendien heel knap, PMC heeft hier een mooie sprong gemaakt qua afwerking.

Het Deense Raidho staat bekend om z’n exclusievere high-end speakers. Maar er is ook zustermerk Scansonic, dat dit jaar de M-lijn vernieuwde en dus muziekfans met een kleiner budget verwent. Een monitor, twee vloerstaanders, een muurmodel en een centerspeaker – bij die twee laatste vallen de opvallende grilles met een gatenpatroon nogal op. Zoals je zou verwachten van de Deense fabrikant, is er een hoofdrol weggelegd voor een ribbontweeter (en de luchtige beeldvorming in de typisch rumoerige demoruimte viel op). Ze zagen er mooi afgewerkt uit in een satijnfinish en nog leuker is dat de prijskaartjes heel hard meevallen.

De IAG-groep omvat veel merken, waaronder Quad en Wharfedale. Daarvoor volstond een enkele kamer niet op HEM – en zelfs dan stond er altijd veel opgesteld. De heruitgave van de 33 en 303 van Quad valt heel erg in de smaak en dat is het merk niet ontgaan.

Je kon in de Beierse hoofdstad ook luisteren naar de ESL X, een remake van Quads iconische elektrostatische speakers. Het merk plaagde ook met een prototype van een geïntegreerde versterker die duidelijk geïnspireerd is op de 33 en 303 – incluis oranje display.

Bij Wharfedale waren alle ogen gericht op de speakers uit de nieuwe Evo 5-reeks. Het is een grotere update dan misschien eerst lijkt, want nagenoeg alle elementen (cross-over, driver en kast) zijn aangepakt, hoorden we van ontwerper Peter Comeau. Je kunt nu ook kiezen voor een grijze finish die visueel opgaat in de omgeving. Daarnaast zijn er drie andere kleuren die wat klassieker zijn, maar ook met hun matte afwerking fraai oogden.

Wharfedale Evo 5

Audio Physic pakte op HEM met een topmodel, heel toepasselijk aangezien het merk uit Noordrijn-Westfalen dit jaar z’n veertigste verjaardag viert. Het deed dat samen met de versterking van B.audio, die met veel power en verfijning de Cardeas-vloerstaanders aanstuurde.

Zoals wel op meer stands van luidsprekerbouwers, was er een dwarsdoorsnede van de speaker voorzien. Tijdens een kort gesprek met de ontwerper trok vooral de aparte honinggraatstructuur van de tussenschotten in de speaker de aandacht. Meestal wordt voor bracing net iets heel solide gezocht, hier wordt de stevigheid vooral uit een slimme structuur gehaald. Er zit veel techniek in de speakers van dit merk, wat niet zo opvalt als je hun gestroomlijnd design ziet.

Jonge en oude uitdagers 

Het internet volschrijven over de luidsprekermerken die op HEM staan, dat zou echt wel kunnen. Naast de vele namen die je al kent van je lokale hifi-winkel, zijn er in München altijd een reeks debutanten op zoek naar distributie en aandacht. Een drempel om een luidsprekermerk te starten lijkt wel heel laag soms, het volhouden en goede producten bouwen is al een stukje moeilijker.

Dat laatste lijkt geen probleem bij Radiant Acoustics, een jong project van Peter Lyngdorf en het jonge team achter Nordic HiFi. Vorig jaar maakte het een sterke impressie met de Clarity 6.2, voorzien van drie Purifi-woofers (twee passief, een actief). De 6.2 is een relatief grote boekenplankspeaker, op HEM werd de veel compactere Clarity 4.2 getoond. Nog altijd voorzien van een loodzware stille kast, drie Purifi-woofers (wel kleinere) en een AMT-tweeter die door DALI wordt gebouwd. Klein maar wel pittig en grandioos, zo kwamen deze mini’s echt binnen tijdens een demo. Aan 2.600 euro per paar zijn ze ook een stukje goedkoper dan de Clarity 6.2’s. Die tikken af op net geen 4.000 euro/paar. 

Naast de hoopvolle debutanten (waar je soms ook een heel slim idee ziet opduiken), zijn er ook de gerespecteerde merken die helemaal hun waarde hebben bewezen maar door toeval bij ons minder bekend zijn. Een mooi voorbeeld zijn Franse hifi-merken, die meestal in Nederland – en wat meer in België – minder gauw van de tong rollen. De bekendste van de hoop is misschien wel Elipson, dat als deel van de Franse concern AV Industry te vinden was op een grote stand met veel andere namen uit dat land.

De bolvormige Planet L Performance – de planeetnaam heeft ‘em niet gestolen – was de grote aandachtstrekker, aangestuurd door versterking en elektronica van hetzelfde merk. Nog uit Frankrijk is Davis Acoustics, die in twee kamers uitpakte met z’n opvallende Heritage-modellen. De nieuwigheid hier was The Stage, een compactere maar nog altijd grote vlakke weergever die zich als een meubel wil presenteren. Het is heel wat goedkoper is dan de spectaculair dynamische The Wall-modellen. De walnootversie is heel knap, ook dankzij de schuin lijn die de baffle in twee kleurvlakken deelt.

Een ander aanstormend merk is UNITRA, een ambitieuze Poolse hifi-naam die op de voorbije Warschau-shows veel indruk naliet. Ook in München vielen ze op. Het merk is heel breed, van platenspelers over cd-spelers (met e-paper display!) tot versterkers, allemaal overgoten met een grote hoeveelheid retrosaus. Op HEM toonde ze ook hun aankomend speakeraanbod, incluis een fraai ZGB-601-prototype in het matgroen.

Actieve vrijheid 

Enkele jaren geleden werden actieve speakers voorgesteld als ‘de toekomst’ van luidsprekers. Voor die stelling valt iets te zeggen, want met een perfect op elkaar afgestemde driver- en versterkergedeelte, plus een portie digitaal DSP en crossovers, kun je een optimale speakers bouwen. Die filosofie zie je in prestatiebeesten zoals de Focal Diva of de KEF LS60 Wireless – toevallig twee merken die niet naar München kwamen. Wie er wel was, was Kii. Het bedrijf, waar onder meer bekende Belgische ontwerper Bruno Putzeys achter zit, had een magnifieke ‘immersive’ demo opgebouwd met de Kii-modellen verspreid doorheen de kamer.

De Kii-speakers zijn ook populair bij muziekprofessionals, wat wellicht hielp om Anette Askvik te strikken als merkambassadeur. Haar pakkende nummer ‘Liberty’ is een vaste waarde op hifi-shows, op de show werd een nieuwe immersive mix van het gelijknamige album gepresenteerd. De Noorse zangeres was dit jaar ook het gezicht van de High End-show zelf, wat gevierd werd met een exclusieve vinylrelease die je enkel ter plekke kon kopen. Askvik was regelmatig present op de show, maar helaas voor de fans van het harder shockrockwerk was Alice Cooper er niet. Nochtans was er veel aandacht bij Revox voor de gelimiteerde rood en zwarte tapedeck en de platenspeler die samen met Cooper werd gemaakt (foto rechts). 

Voor het overige kwamen we enkel hier en daar actieve hifi-speakers tegen. ELAC bijvoorbeeld, stelde een nieuwe telg in de ConneX-lijn voor. De grotere DCB61 is aan 799 euro/paar niet heel duur.

Op Bluetooth na is er geen streaming ingebouwd (wel een app voor EQ-instellingen), maar je kunt een streamer via USB, een platenspeler en een tv aansluiten. ELAC zorgt opnieuw voor Dolby-decodering om het makkelijk te maken, moet je niet knoeien met audio-instellingen op de televisie.

The French connection 

Op een beurs zoals deze steelt hardware de show. Maar deze keer ging het toch wel heel vaak over ‘software’. En neen, dan bedoelen we niet Android, dat steeds meer Aziatische merken omhelzen om een app-interface te bieden. De aankondiging van de show was de officiële release van Qobuz Connect, een langverwachte functie waardoor je rechtstreeks en zonder kwaliteitsverlies vanuit de Qobuz-app naar een compatibel apparaat kunt streamen. Het Qobuz-standje werd overrompeld door geïnteresseerden, maar het was vooral de vele demonstraties die via Qobuz Connect werden gegeven die opvielen. Het is duidelijk dat de Franse streamingdienst in de smaak valt bij heel veel hifi-partners (even opvallend was de afwezigheid van Roon-bordjes bij demosets deze keer…).

Je moest niet ver lopen om een Qobuz Connect-bordje bij een demoset te zien. De naam Tidal of iets anders viel nauwelijks – goed gedaan van de Qobuz-marketingdienst. Op vlak van software vielen ook enkele oude namen. Zo spraken we met een groot merk dat graag met J Play werkt, terwijl Audirvana ook z’n fans heeft. De beurs zag trouwens het eerste hardwareproduct met de Franse muzieksoftware geïntegreerd, de Métronome DSAS. Dit is een 6.000-euro kostende server waarop de Audirvana draait die je ook als netwerkspeler kunt gebruiken.

Kleuren werken 

Bij het grote publiek is er nog een kantje van de High End-beurs die minder bekend is. En neen, dan hebben we het niet over de epische hoeveelheden weizenbier en schnitzels die hifi-lieden kunnen verorberen – het is een soort superpower. Naast de producten die zichtbaar zijn voor bezoekers, gebruiken sommige merken de show eveneens om achter gesloten deuren prototypes te tonen aan distributeurs en belangrijke dealers. In de eerste plaats om hen in te lichten over wat er later volgt, maar net zo goed om feedback te krijgen over het concept en meer praktische zaken, zoals kleuren en prijspunten. Journalisten zijn in die achterkamers meestal niet zo welkom, al is er hier en daar wel de kans om een blik te werpen op iets cool dat nog moet verschijnen. Daar mag nooit over gepubliceerd worden, maar het is wel nuttige informatie die soms relevant kan zijn bij reviews van weer andere apparaten. 

Canton deed het deze keer wel net anders. Op de stand kon je drie designstudies – handig 1, 2 en 3 genaamd – signaleren die het Duitse bedrijf presenteerde om reacties te sprokkelen. Waar designstudio 1 nog relatief conventioneel was, waren 2 en 3 een stukje ongewoner zonder weer excentriek te zijn. Met name nummer twee combineerde zachte vormen met een soort beugelpoot om een vloerstaander te creëren dat er licht en compact uitzag. Benieuwd hoe deze designstudies vertaald gaan worden in concrete speakers. Naar het verluidt zou dat al later dit jaar kunnen gebeuren.

Concreter bij Canton is de nieuwe Reference 5 GS, een niet-gelimiteerde special editie boven de Reference 5. Naast de technische aanpassingen die deze 'GS' beter moeten doen klinken komt het in een fraaie zandkleur, of in het gebruikelijke kleurenpalet van de Reference-lijn. 

Met een mooi kleurtje val je sowieso op, dat weten ze wel bij Duitse high-endmerk Burmester. Het MOC is verdeeld in grote hallen beneden en boven grote kamer rond een open atrium, met daarachter gangen met weer andere kamers. In één atriumruimte had Burmester een wel heel grote voetafdruk, met dan een gigantische opstelling met aan een kant toestellen allemaal uit een kakigroen, en aan de andere kant apparaten in allerlei hippe tinten. Een geslaagde manier om de nieuwe Reference-lijn in de kijker te zetten…

Nog opvallender terwijl het toch over een heel compacte speaker ging? Met een paar KIN One-speakers in een roze dat zelfs Barbie naar adem zou doen snakken, wist het Canadese merk echt de aandacht te trekken. De aandacht vasthouden deden ze dan weer met een vol geluid dat je niet van zo’n kleine speakers verwacht. 

Hoewel de meeste mensen toch gewoon zwarte speakers kopen, is het positief dat je ook keuze hebt. Van de mooiste opties die we ooit zagen, vinden we zo bij Piega. Je moet natuurlijk houden van de gestroomlijnde aluminium behuizingen van hun speakers. Hun slanke lijnen en strakke afwerking suggereren snelle bolides – en nu zijn er nog meer modellen beschikbaar in prachtige geanodiseerde kleuren. Er waren al mooie opties bij de Coax-speakers, nu is het ook mogelijk bij de Premium Gen2-lijn.

Genelec maakt het helemaal makkelijk. De Finse firma mikt vooral op pro-gebruikers, maar dat je modellen uit hun actieve The Ones-lijn in alle mogelijke RAL-kleuren kunt krijgen werd met een knappe display perfect getoond.

Een happy ending 

Uiteraard gaat het bij hifi in de eerste plaats om geluidskwaliteit. Of zo zou het moeten zijn. Maar je komt je audiomerk niet ver als je ook niet nadenkt over hoe je product oogt in een woon- of luisterkamer. Logisch, toch?

In München ontdek je wel hoe dat simpele idee wel op heel diverse manieren geïnterpreteerd kan worden. Heeft ook wel te maken met het feit dat je hier even goed mooie betaalbare hifi ziet dat de ambitie heeft om een groot publiek aan te spreken als exclusieve producten die bijna ontworpen lijken te zijn om specifiek een handvol miljonairs uit China aan te spreken met ontwerpen die zich wel heel sterk onder de noemer ‘acquired taste’ scharen. Voor alle duidelijkheid: niet alle high-end merken zijn zo, integendeel. Er zijn er genoeg die exclusief zijn omdat ze iets uniek proberen te doen op vlak van design én audiotechnologie.

De perfecte illustratie? Binnenlopen bij een adembenemende luistersessie waarbij een paar Wilson Audio WAMM Master Chronosonic-torens (kostprijs: op aanvraag, ingepakt gewicht per paar: 1,18 ton, zeg maar een Skoda Fabia met een paar inzittenden) en vier Dan D'Agostino Relentless Monoblocks (zo zwaar dat hun spikes door de houten vloer prikten), twee Wilson Audio-subwoofers, grote Stromtank-batterijen en de duurste kabels van Nordöst ingezet werden.

Het klonk spectaculair goed, maar je moet wel drie miljoen euro op tafel gooien om dit systeem naar je hopelijk zeer ruim geproportioneerd huis te mogen slepen. Voor de happy few dus, maar ‘happy’ zullen ze zeker zijn.

In een aanvullend deel twee van het verslag kijken we later nog naar een aantal high-end systemen en opvallende luisterruimtes, waaronder een andere opstelling die qua complexiteit én kostprijs die van Wilson Audio en Dan D’Agostino het vuur aan de schenen kon leggen… | Kijk voor al het HEM 2025-nieuws op hifi.be/munchen






EDITORS' CHOICE