Waarom Canton in hun thuisbasis gaan opzoeken? Redenen genoeg. Er is de gloednieuwe Reference-lijn, waarmee de Duitsers met de spierballen rollen en hun R&D-knowhow tentoonstellen. Maar er is ook het merk zelf, dat over een periode van vijftig jaar uitgroeide tot marktleider in Duitsland. Ook in Nederland en België wordt er hard gewerkt om de geslaagde luidsprekers van Canton bij meer muziekliefhebbers op het menu te krijgen.
De omgeving rond Canton mag je gerust pittoresk noemen. Gloeiende heuvels, veel groen, de obligate Schloss en het typische Duitse dorpsleven omringen de gebouwen van de luidsprekerbouwer in Weilrod, een gehucht ten noorden van Frankfurt Am Main. We staan op de parking met Dirk Klingels, de verkoopdirecteur die ons begeleid tijdens het bezoek: “Zie je hoeveel verschillende daken er zijn? Dat komt omdat alles begon met een klein schoolgebouw dat de vier oprichters van Canton kochten. Dat was in 1972. Alle vier kwamen uit de hifi-wereld, onder meer van Braun en Heco, maar wilden hun eigen bedrijf starten.” Later werd Günther Seitz de enige eigenaar, inmiddels is zijn schoonzoon de CEO. Canton is een familiebedrijf en is daar trots op.
Enorme groei
“De school bleek echter snel klein, te klein. Elk jaar als er wat geld binnenkwam, werd er iets bijgebouwd. Dat lukte tot het jaar 2000. We bleven maar groeien, maar er was hier geen ruimte meer. Daarom besloten we een productiefaciliteit in Tsjechië te bouwen, dicht bij de grens.” Je hebt wel vaker fabrikanten die elders een fabriek neerpoten om daar de goedkopere producten te bouwen, maar het verhaal zit hier anders in elkaar. Het samenspel tussen de fabrieken net over de grens en in Weilrod geeft Canton totale controle over z’n producten, zegt Klingels: “In Tsjechië wordt elk onderdeel dat in een speaker past gemaakt: drivers, tweeters, crossovers, kabels, echt alles. Dat maken we allemaal zelf, waardoor we alles kunnen optimaliseren en onze eigen technologieën implementeren.”
De onderdelen worden dan twee keer per week naar Weilrod verscheept. En neen, niet met enorm veel verpakkingsmateriaal. Ze zijn bij Canton op z’n Duits sober en rationeel, en dus worden altijd opnieuw dezelfde houten kisten gebruikt. Sommige zijn decennia oud, zo blijkt. Eentje draagt een logo dat enkel gebruikt werd tussen oktober 1972 en maart 1973. “Ja, dat is wel een heel oude kist.”
Van A tot Z
De volledige keten zelf in handen houden zit echt in het DNA van Canton. Ook het ontwerpen van de speakers gebeurt in-huis. Letterlijk bijna, want de designafdeling onder leiding van speakergoeroe Frank Göbl betrekt het voormalige huis van de toenmalige schooldirecteur. Dat heb je met een organische groei over de jaren heen; je gebruikt wat voorhanden is. Vooraleer dit amateuristisch overkomt: het is wel helemaal aangepast aan hun noden, onder meer met een testluisterruimte en een kantoor waar ingenieurs volop bezig zijn met driversimulaties op de pc en metingen.
Zoals we later tijdens de rondleiding zullen ontdekken, is Canton een van die luidsprekerfabrikanten die enorm inzet op R&D. Het zit in die zin in dezelfde hoek als research-gedreven merken zoals KEF en Bowers & Wilkins. Dat maakt ook dat Canton naar hifi-normen veel mensen tewerkstelt. “60-70 in Tsjechië, ongeveer evenveel hier in Weilrod. Maar dat is onze manier van werken. We willen echt de speakers echt zelf bouwen.”
De Tsjechische fabriek hebben we niet bezocht, maar de foto’s die in Weilrod overal hangen tonen een hoogtechnologische faciliteit met veel gespecialiseerde machines. Zoals eentje dat gecontroleerd de gelijmde midrange-drivers droogt. Want als je kijkt naar details, zijn lijmen en droogtijd ook belangrijk voor de geluidskwaliteit. Het is trouwens niet de eerste keer dat een fabrikant opmerkt dat lijm(hoeveelheden) echt impact heeft op klank.
Twaalf lagen lak
“Er is wel iets dat we hier niet kunnen doen. We hebben ook niet genoeg ruimte om de luidsprekerkasten te fabriceren, dus dat gebeurt verderop.” Het gaat daarbij niet enkel om het houtwerk maar ook het aankleden van die behuizingen. Canton pakt immers graag uit met weelderige hoogglanslakken.
De Reference K-reeks die nu vervangen wordt door de nieuwe Reference, kreeg zo twaalf lagen vernis mee, met elke laag aangebracht terwijl de vorige nog niet helemaal droog was. Dat resulterende in een van de diepste hoogglansafwerkingen die we ooit gezien hebben. Maar die soort lakbehandelingen vereisen dus wel speciale lakfaciliteiten die meer plaats nodig hebben.
"Elke soundbar wordt gecheckt"
De Canton-soundbars, zoals de Canton Smart Soundbar 10, zijn een uitzondering in het ‘wij doen alles zelf’-verhaal dat Canton uiterst belangrijk vindt. “Ze worden in China gemaakt op basis van ons ontwerp om de prijs competitief te houden. Maar elk toestel komt naar hier en wordt door ons gecheckt vooraleer naar winkels te vertrekken. Niet met steekproeven, echt elk individuel product. Volgens mij doet niemand anders het zo grondig”, glundert Klingels.
Een hele evolutie
Hij leidt ons ondertussen langs een grote gang gevuld met historisch belangrijke Canton-modellen. Jawel, het eigen luidsprekermuseum dat elke fabrikant heeft kan ook bij de Duitsers niet ontbreken. Maar het blijft boeiend, want in één oogopslag zie je hoe een merk en ook wel de industrie evolueerde. Op vlak van industrieel design en materialen zijn we heel ver gekomen, denken we dan altijd.
“Het begon voor Canton allemaal met de LE250”, zegt Klingels. We zien een compacte boekenplankspeaker met een heel mooi design dat ook nu nog in de smaak zou vallen. Het doet wat denken aan de iconische ontwerpen van Braun; we herinneren opeens dat een van de oprichters Canton daar gewerkt heeft.
“In de jaren zeventig waren er heel veel grote luidsprekers, vaak in woonkamers met veel hout. Onze oprichter [Günther Seitz, red.] wou het anders doen en wenste een kleine speaker te bouwen dat super interieurvriendelijk was én toch goed klonk. Dat was zo’n succes dat Canton in het eerste jaar de omzet haalde die in het businessplan pas in jaar vijf verwacht was. Daarna begonnen we grotere modellen te bouwen. Pas na zeven jaar hebben we onze eerste vloerstaander gecreëerd.”
We lopen zo voorbij verschillende iconische modellen uit de Canton-geschiedenis. Zoals de Ergo, die in 2022 opnieuw verscheen in een 50ste jubileum GS-editie – wel met geüpdatete technologie. “Het is natuurlijk enorm retro, maar we wilden Günther Seitz eren door zijn favoriete modellen opnieuw uit te brengen. Zo ook de Carat, een van de succesvolste reeksen die we in de jaren negentig uitbrachten.” De GS-heruitgave in het groen vinden we in elk geval knap.
Muziek op de Autobahn
Een hoek van het ‘museum’ is gewijd aan after-market speakerkits voor auto’s. Vroeger was dat echt een fenomeen omdat automerken zelf geen moeite deden om goede audiosystemen in te bouwen. Inmiddels kun je bij veel autobouwers wel meteen een audio-oplossing op een hoger niveau in optie krijgen. Meestal hangt daar dan ook een naam uit de hifi-wereld uit, al is de achterliggende technologie vaak afkomstig van Harman.
Ook Canton speelt in die wereld mee, als leverancier van audiosystemen voor verschillende wagens van Skoda. De Duitsers leveren zowel de speakers als het digitale audiogedeelte. De samenwerking met Skoda is exclusief, horen we later van Göbl.
De rationele aanpak
Toen we in het begin op de parking de uitleg kregen over hoe er vanuit het schoolgebouw rondom andere panden werden overgenomen en gebouwd, verwachten we binnen de fabriek veel kamertjes en geïmproviseerde opstellingen te vinden. Maar dat is niet het geval. De binnenkant is grondig aangepast. Bij veel luidsprekerfabrikanten heb je een of twee grote hallen met werkposten zijn ingedeeld, hier wordt er gewerkt met kleinere productieruimtes die heel rationeel zijn ingericht. Ook heel slim, met rolsystemen zodat die grote luidsprekerkasten moeiteloos door de kamer kunnen bewegen.
“In 2000 hadden we al dertig jaar ervaring met het bouwen van luidsprekers. Toen hadden we de kans om een werkwijze te bedenken die helemaal steekhoudt voor het assembleren van een luidspreker.” Dat blijkt ook een opportuniteit te zijn geweest om echt met alles rekening te houden. Die luidsprekerkasten die wat verder worden gemaakt? Die arriveren (in de winter) te koud in de Canton-fabriek. En dus is er een ruimte waar het hout kan acclimatiseren vooraleer er drivers in worden geschroefd.
“Dat duurt een paar uur, maar het is belangrijk dat de juiste productietemperatuur wordt behaald. “Daarna wordt elke kast grondig gecheckt. De laklaag moet perfect zijn.” In die drang naar perfect gaat Canton echt ongezien ver. Zo krijgen we te horen dat de Vento 100-speakers die we bij ons bezoek meebrachten na een review voor een Brits tijdschrift, volledig zullen gepolijst worden. We zorgen er nochtans altijd voor om zo goed mogelijk testproducten krasvrij af te leveren. “Dat is standaardprocedure. Zo worden die speakers weer zo goed als nieuw, Canton wil niets weggooien”, horen we van Bram van Mika, dat Canton in de Benelux verdeelt.
Rekenen op oude kennis
Bij bezoeken aan merken als AVM en T+A zagen we die Duitsers veel nadruk leggen op het repareren van oude producten. Canton zit hanteert dezelfde filosofie. We wandelen zo de reparatieruimte binnen, met aan de muren rekken vol reserveonderdelen.
“Het zijn onze eigen drivers, dus we hebben onderdelen voor zelfs de oudste modellen. De oudste driver die we op voorraad hebben is eentje om een LE250 uit 1972 te repareren! Als je dan ziet dat de achterkant uit kurk is en wat we nu doen. De fysica is niet veranderd, maar de materialen zijn enorm geëvolueerd in de voorbije vijftig jaar.”
Maar worden er echt nog veel speakers van die leeftijd aangeboden om te repareren? “Niet vaak, maar soms willen mensen uit sentimentele redenen toch hun oude speakers laten herstellen. Gelukkig hebben we een medewerker die op pensioen is, want ze is bijna tachtig jaar, die 46 jaar bij de firma was. Ze weet dus alles van die eerste speakers. Ze woont op enkele honderden meters van hier en een keer per week komt ze nog binnen om ons te helpen bij het repareren van dergelijke speciale verzoeken.”
Stijlvolle afwerkingen
Per productieruimte – er zijn er vier, waarvan drie identiek – zijn er maar twee, drie medewerkers die drivers en elektronische componenten aanbrengen. Wat ze juist bouwen, hangt van de dag af. Een ding kan het een vloerstaander zijn uit de Vento-lijn, de volgende dag een subwoofer. Zo heeft Canton er meerdere; de Duitse markt houdt nu eenmaal van diepe bassen.
De laatste stap in een productieruimte is de kwaliteitscontrole die elke geassembleerde speaker moet doorstaan. Het geluid van een frequentiesweep in de achtergrond verraadde het al. De luidspreker dat toevallig op de testbank ligt is een actief Smart model. “We moeten in dit geval niet enkel alle drivers testen, waarbij we de meting vergelijken met de ideale curve die de ontwikkelaars bezorgd hebben. Maar ook alle inputs, waaronder ook zaken als Bluetooth.” In de volgende ruimte wordt er gewerkt aan Reference 7-speakers, een al wat groter middenmodel uit de nieuwe Reference-model. Het zijn exemplaren afgewerkt in een nieuw walnootfinish die – ongewoon voor Canton – eerder mat dan glanzend is.
Op de High End-beurs in München hadden we deze knappe afwerking al eens bewonderd, net als de even nieuwe satijnwit finish die ook op de Reference-lijn beschikbaar is. Geen vrees, liefhebbers van de aloude pianolakafwerking, jullie kunnen nog bij de zwarte uitvoeringen terecht.
Een nieuwe referentie
De productieruimte waar die dag de Reference 7’s wordt geassembleerd, brengt ons wel bij de kern van ons bezoek aan Canton: de nieuwe Reference-luidsprekers. Dit is de nieuwe generatie van de toplijn van het merk en dus groot nieuws. De persvoorstelling op High End München zat dan ook afgeladen vol met de Duitse pers. Het is dan ook al meer dan zeven jaar geleden dat de vorige Reference K-lijn verscheen, de speakers waren dus het wel toe aan een update.
Misschien wel omdat er zoveel tijd is verstreken dat het een zeer grondige update is geworden. Het design is moderner, slanker en ook minder traditioneel geworden. Zeker in die twee nieuwe finishes, satijnwit en walnoot. De opbouw van de Reference-familie blijft wel heel trouw aan de Canton-aanpak. Er is een compacter model dat op een stand past (Reference 9) en niet minder dan vijf vloerstaanders. Eigenlijk zes, want er is ook een ultieme GS-editie waar slechts vijftig paar van wordt gemaakt. Kostprijs: 25.000 euro per stuk. Dan zijn de andere Reference-modellen een stuk toegankelijker, al blijven het wel topmodellen die beginnen aan 1.800 euro per stuk voor de Reference 9 tot de 81-kg zware Reference 1 van 10.000 euro per speaker.
De kast ziet er helemaal anders uit, met meer rondingen die betere akoestische betere prestaties opleveren. Het zit ook in de details, zoals het gebruik van hoogwaardige WTB-terminals en de mogelijkheid om de midrange en het hoog te tweaken.
Simuleren, meten en testen
Technische directeur Frank Göbl komt er ook bij staan. Want als het over technische zaken gaat, dan is hij de persoon om te spreken. In de Duitse hifi-industrie heeft hij een ijzersterke reputatie als het over speakerdesign gaat. Göbl is net dertig jaar bij Canton, een hele tijd waarin hij onder meer het ontwikkelproces op poten zette, waarvoor hij ook eigen meetsoftware ontwikkelde. De ingenieur gaf ook de aanzet voor de actieve producten van Canton. “We waren wellicht de eerste ter wereld die met een DSP de frequentie- en tijdsdomeinrespons controleerden.” Daar blijft hij wel mee bezig: “We sleutelen aan kamerkalibratie dat we in de toekomstige Smart-app willen stoppen en dat via een gewone smartphone zeer accuraat enkel staande golven aanpakt. De impact van de bassen wordt zo niet verloren.”
Göbl neemt ons mee naar het gebouw waar de ontwerpers samenhokken, waar we snel overladen worden met een heel diepe uitleg over waarom het merk juist kiest voor drivers met een keramische toplaag. “We meten hier veel elektronica, onder meer met Audio Precision-apparatuur, en we voeren veel computersimulaties uit. We waren er op dat vlak heel vroeg bij, waardoor we bijvoorbeeld de nieuwe Reference kunnen vergelijken met de vorige lijn”, legt Göbl uit. Een van de grote verschillen zit bij de tweeter. Canton past graag keramische materialen toe, of liever: een keramische laag die door een scheikundig proces boven op bijvoorbeeld aluminium wordt aangebracht. “Dit is licht en toch heel stijf”, merkt Göbl op. Bij de nieuwe Reference-speakers wordt zo een verbeterde versie toegepast bij de tweeters uit zwarte aluminiumoxide en bij de woofers uit ceramische wolfram.
Ondanks de voorliefde voor computersimulaties kan een anechoïsche of dode kamer kan ook niet ontbreken. “Hier doen we statische metingen of metingen over 360°. Dat doen we niet elke dag, want het is heel veel werk om per drie of vijf graden een meting uit te voeren. We kunnen heel veel voorspellen via de computer, maar we doen het om de uitstraling en kamerrespons te meten.”
Er is uiteraard ook een echte luisterruimte voor de ontwerpers, naast de twee ruimtes die eerder voor demonstraties en trainingen dienen. Het verschil zit hem vooral in de lichte chaos en hoeveelheid kabels die er altijd wel is als er gesleuteld wordt aan iets nieuw. Ook hier blijft Göbl boeiend praten over wat er figuurlijk onder de motorkap gebeurt bij de nieuwe Reference-modellen. Maar het einddoel blijft wel een pakkende weergave. “Op het einde van de dag is dat waar het om draait.”
Bouwen aan de toekomst
Het blijft superboeiend om inzage te krijgen in het ontwerpproces en de productie van een luidspreker mee te maken. Elk merk doet het anders. Hoewel dat een speaker in de basis geen overdreven complexe assemblage vereist. Het is geen vliegtuig of medisch testapparatuur. Canton maakt het zich soms wel lastiger omdat het naast veel traditionele passieve hifi-speakers ook actieve modellen verkoopt. Die dragen de Smart-naam, een term die een heel brede lading dekt.
Naast een reeks unieke Smart-producten, zoals soundbars en draadloze speakers, zijn er ook verschillende Smart-versies van die hifi-modellen. Canton is bijna-uniek in dat de consument bij heel wat van hun luidsprekers kan kiezen tussen een passieve versie of een actief model. En dan niet zomaar eentje met ingebouwde versterking. Het Smart-platform omvat ook draadloze technologie, waardoor je heel diverse opstellingen kunt bouwen die je bedient vanaf je smartphone.
Dat kan gaan van twee luidsprekers die zonder kabels een volledig muzieksysteem vormen tot een draadloze surroundopstelling uit hifi-speakers, subwoofer en zelfs een AV-receiver. Het is heel flexibel op dat vlak.
Het maakt ook van Canton meer dan een doorsnee luidsprekerbouwer. Langs de ene kant zien we tijdens onze fabriekstoer een merk dat met veel zorg traditionele hifi-speakers bouwt, langs de andere kant schuwt het ook niet de nieuwste technologieën om die hifi-kwaliteit naar een nieuw publiek te brengen.
Waar sommige concurrenten die ook sterk inzetten op R&D al hun pijlen richten op – pakweg – conusmaterialen, zit Canton met Göbl en z’n team met een brede blik nieuwe technologieën te onderzoeken. Het mooie daarbij is dat die hifi-filosofie altijd aanwezig blijft.