Review Acoustic Solid 110 Metal platenspeler en WTB 213 toonarm: muzikale Industrial Chique

Max Delissen | 10 juli 2024 | Acoustic Solid

SAMENVATTING

De Acoustic Solid 110 Metal is het prachtig gebouwde instapmodel van de Aluminium Line van het merk en biedt een verrukkelijke weergave. Groots en stabiel, kleurrijk en met een zelfverzekerde en meeslepende drive en autoriteit. Met de standaard toonarm is de weergave al zeer goed, maar met de optionele WTB 213 toonarm uit eigen atelier stijgt de speler van indrukwekkende instap-highend rechtstreeks de High End klasse in.

PLUSPUNTEN

  • Grootse en meeslepende weergave
  • Fraai gebouwd van premium materialen
  • Uitstekende standaard toonarm
  • Uitbreidbaar tot drie verschillende armen
  • Stabiele snelheid en uitstekende gelijkloop
  • Wordt standaard geleverd met een prima element
  • Element is voorbeeldig ingebouwd
  • Er kan tegen een kleine meerprijs een beter element in
  • De WTB 213 toonarm biedt significante betere weergave
  • Element monteren in de WTB 213 toonarm is eenvoudig

MINPUNTEN

  • Afdekplaat of stolp moeten los aangeschaft worden
  • Zelf monteren andere toonarm niet eenvoudig
  • Afscherming van de kabel aan de upgrade-toonarm kon beter
  • Geen klem op de armrust van de upgrade-toonarm

Een tijdje geleden werd ik door importeur GVR Audio benaderd met de vraag of ik het leuk zou vinden om de nieuwe versie van de Acoustic Solid 110 Metal platenspeler te recenseren. Dat was uiteraard niet aan dovemansoren gericht. In overleg met de importeur en de uitgever zou ik er ook de WTB 213 upgrade-toonarm van Acoustic Solid bij krijgen, en voor een later te verschijnen review kreeg ik eveneens het Umami Blue element van de Japanse fabrikant Hana meegeleverd, omdat GVR Audio de distributie van dat populaire maar in Nederland een tijdlang lastig leverbare merk heeft verworven. Na een ongebruikelijk – maar plezierig – lange testperiode is het nu tijd geworden om mijn ervaringen met deze glanzende muziekmachine aan het toetsenbord toe te vertrouwen.

Acoustic Solid: een Duits familiebedrijf 

Acoustic Solid werd in 1997 opgericht door de uit de auto-industrie afkomstige werktuigbouwkundig ingenieur Karl Wirth. Zijn specialisaties in dat vakgebied waren akoestiek (ja, dat maakt deel uit van het ontwerp van een auto) en fijnmechaniek. Omdat hij altijd een fervent analoogliefhebber was gebleven mag het dus geen toeval heten dat hij op een goede dag besloot een eigen platenspeler te ontwerpen en te bouwen.

Het indrukwekkende resultaat noemde hij de Solid One, en dat bleek al snel een succesvol apparaat te zijn. Zo succesvol zelfs dat de speler – nu onder de naam Solid Edition – nog steeds deel uitmaakt van het assortiment van Acoustic Solid. Het is een klein familiebedrijf, gevestigd in Altdorf in het Schwarzwald, de Zuid-Duitse regio waar van oudsher de fijnmechanische maak-industrie van het land is gevestigd (denk aan de wereldberoemde koekoeksklokken) en waar ook een aanzienlijk deel van de Duitse platenspelers gebouwd werd én wordt. Klassieke merken als Dual en Perpetuum Ebner vinden er bijvoorbeeld hun oorsprong.

Je kunt dus wel stellen dat je er als platenspelerfabrikant nooit om kennis en ervaring verlegen zit. Het team van Acoustic Solid is klein, maar uiterst toegewijd aan de door Wirth gedefinieerde visie dat de handgemaakte platenspelers van Acoustic Solid niet alleen aan de hoogste klankmatige eisen moeten voldoen, maar ook in mechanisch en esthetisch opzicht van topklasse moeten zijn.

Acoustic Solid 110 Metal 

Acoustic Solid biedt vier verschillende, volledig met de hand in Duitsland vervaardigde productlijnen aan: de Aluminium Line, met uit gepolijst aluminium opgebouwde platenspelers, de Classic Line, waarvan de consoles zijn gemaakt van massief hout, de Vintage Line (die er minder ‘vintage’ uitziet dan je zou verwachten) en de niet in de prijslijst opgenomen Custom Line, die uit unieke spelers bestaat die volledig naar de wens van de koper worden opgebouwd. De hier door mij beschreven Solid 110 Metal (zoals hij in de prijslijst officieel heet) maakt zoals de naam al een beetje verraadt deel uit van de Aluminium Line van het merk.

Het is een modern ogende speler, waarmee ik bedoel dat hij niet de traditionele ‘console’ heeft, maar eigenlijk vooral bestaat uit de essentiële onderdelen die nodig zijn om het draaiplateau en de arm te ondersteunen.

Laten we hem eens van beneden naar boven bekijken. De 110 Metal staat op drie massieve aluminium spikes, die rusten op meegeleverde gecentreerde aluminium schijfjes die aan de onderzijde met stevig vilt zijn bekleed. Deze drie in hoogte verstelbare spikes zitten – gedempt en ontkoppeld middels een mix van siliconen en teflon – onder de massieve basis van de speler die een doorsnede van ‘slechts’ 18 centimeter heeft. Dat lijkt vrij smal, maar door het hoge gewicht van de totale constructie (ruim 12 kilo) en de uitgebalanceerde opbouw staat de speler zeer stabiel. In deze massieve basis zit het plateaulager, dat bij de nieuwe versie van de 110 Metal is voorzien van een robijnen taatsplaat, die een keramische kogel ondersteunt waar de uit gepolijst RVS vervaardigde as van het plateau op draait.

Die robijnen taatsplaat is nieuw, voorheen werd er een van Teflon toegepast. Een veel gebruikt en uitstekend materiaal voor lagers, maar Acoustic Solid vindt robijn na verder onderzoek nóg geschikter. 

Het armboard, de arm en het element

Aan de basis zit bij de standaardversie van de 110 Metal één aluminium  arm, waaraan een rond, eveneens uit massief aluminium vervaardigd armboard is bevestigd. Dit armboard zit vast met één stevige inbusbout, waardoor je het board in een andere positie kunt draaien om, wanneer dat nodig is, de spindle-to-pivot afstand van een andere toonarm in te kunnen stellen. De arm is door het losdraaien van een inbusbout in de rand van het armboard ook traploos (doch met de hand) in hoogte te verstellen om de arm netjes parallel aan de plaat te kunnen zetten wanneer je een ander element monteert. In totaal kunnen er middels los verkrijgbare armboards drie toonarmen op de Solid 110 Metal worden geplaatst.

Nu we het toch over armen hebben; de Solid 110 Metal packagezoals ik hem kreeg, wordt geleverd met een zwarte, bij Rega gemaakte WTB 370 toonarm met daarin een Audio Technica AT-VM740ML MM-element. Dit is overigens een optie met een meerprijs, bij de standaardpackage wordt de speler geleverd met een Audio Technica AT-VM95E MM-element. De toonarm is voorzien van Regas uitstekende eigen kabel die een zeer lage capaciteit heeft – wat gunstig is voor MM-elementen – maar die volgens de filosofische inzichten van Rega-ontwerper Roy Gandy niet voorzien is van een aardedraad.

In mijn systeem leidde dat zowel met MM- als MC-elementen niet tot bromproblemen, maar wanneer die wél optreden is bij Acoustic Solid een aparte aardkabel leverbaar die met behulp van een metalen ring met een inbus-schroefje om de bodem van het lagerhuis moet worden geklemd.

De aandrijving en het plateau 

Wie een foto van de vorige versie van de Solid 110 Metal bekijkt ziet dat die voorzien was van een aan de basis gemonteerde motor op een aluminium zij-arm, én een aan de voorkant van de speler aan de basis bevestigde micro-controller; het elektronisch geregelde bedieningspaneel waarmee het plateau wordt gestart en de draaisnelheid kan worden gekozen én waarmee naar wens de pitch nog een beetje sneller of langzamer kan worden ingesteld. Maar waarmee óók de gekozen of ingestelde snelheid stabiel wordt gehouden. Omdat Acoustic Solid graag wilde dat de nieuwe Solid 110 Metal van drie verschillende armen kan worden voorzien hebben ze dat veranderd en de speler wordt nu geleverd met een losstaande aandrijf-unit waarin de bij Berger in Lahr (Duitsland) gemaakte synchroonmotor én de micro-controller zijn samengevoegd.

De ronde aluminium cilinder waarin motor en micro-controller zijn ondergebracht is behoorlijk zwaar en voorzien van stroeve voetjes van een soort rubber dat een beetje vast lijkt te kleven aan het oppervlak waarop je de unit neerzet. Bij normaal gebruik zal die dus nooit zomaar verschuiven, wat de stabiliteit van de weergave ten goede komt. De motor draait doodstil en op het gevoel trillingsvrij.

De voeding van de aandrijf-unit is een relatief eenvoudige, maar behoorlijk stille Switch Mode Power Supply. Die functioneert voorbeeldig, gezien de snelheidsmetingen die ik uitvoerde, maar Acoustic Solid heeft ook de gestabiliseerde Big Power upgrade-voeding in zijn assortiment, die méér en vooral schonere stroom levert. Die heb ik echter niet getest, dus of hij voor een betere weergave zorgt heb uit niet kunnen vaststellen. De ervaring leert echter dat betere voedingen in vrijwel alle gevallen daadwerkelijk voor een fraaiere weergave zorgen. Maar zelf uitproberen is dus het devies!

De motor is voorzien van een middels een uiterst nauwkeurig CNC-proces uit massief aluminium gedraaide dubbelepulley die het plateau aandrijft met twee dunne snaren (de extra snaar zorgt voor extra torque) die gemaakt zijn van een mix van nylon en siliconen. Je moet – door de aandrijf-unit dichter bij of verder van de speler af te plaatsen – dus zelf zorgen voor de juiste spanning op de aandrijfsnaren. Dat lijkt overigens lastiger dan het in werkelijkheid is. Er zit en klein beetje rek in de snaren, en een spanning waarbij je de om het plateau gelegde snaar met één vinger zonder noemenswaardige tegendruk nog ongeveer een centimeter zijdelings kunt uitrekken gaf in mijn geval uitstekende resultaten.

Het plateau zelf is een CNC-gedraaid en met de hand tot hoogglans gepolijst kunststukje dat 6 kilo in de weegschaal legt. Acoustic Solid levert als extra accessoire ook twee witte katoenen handschoenen met de speler mee, om vingerafdrukken op de fraai gepolijste buitenste rand van het plateau te voorkomen.

Op het aluminium plateau ligt een gekleurde leren mat (in mijn geval een rode, maar er kan ook gekozen worden voor diverse andere kleuren) die voor een antistatische ontkoppeling zorgt, met dáárop weer een drie millimeter dikke matvan plexiglas waar de plaat op komt te liggen. Een aandrukgewicht is niet bij de meegeleverde accessoires inbegrepen, wat ik in combinatie met een gladde, harde mat overigens wél zou aanbevelen. Méér daarover vertel ik in het luisterdeel van deze review. 

WTB 213 9-inch upgrade toonarm

In het tweede deel van de luistersessies zal ik de resultaten met de 9 inch WTB 213 upgrade-toonarm bespreken. Deze zeer fraaie, in eigen huis vervaardigde toonarm is voorzien van een armbuis van carbon om resonanties tot een minimum te beperken. De cardanische ophanging is gemaakt met Zwitserse precisie-lagers en de ongebruikelijk smalle eenpuntsheadshell is voorzien van één sleuf, een oplossing die bijvoorbeeld óók wordt gebruikt door Clearaudio. Onder die sleuf hangt een klein zwart carbon-kunststof blokje dat voorzien is van de vingerlift en de half inch bevestigingsgaten voor het element. Dit blokje kun je zeer eenvoudig eerst op het element bevestigen, waarna je het element middels een centraal schroefgat met een inbusboutje onder de headshell monteert. Een zeer veilige en handige methode wat mij betreft.

Ook het instellen van de juiste overhang en fouthoek wordt er zeer gemakkelijk door. De uit één stuk aluminium bestaande headshell zélf is middels een kraag met bovenop een duimschroefje aan de armbuis bevestigd, waardoor je ook nog de azimut kunt instellen.

De armbekabeling loopt rechtstreeks vanaf de elementklemmetjes helemaal door tot aan de rca-connectoren. Op verzoek is de armkabel ook leverbaar met gebalanceerde XLR-connectoren, wat overigens alleen zinvol is wanneer je met een MC-element speelt. Deze kabel is wél voorzien van een aardedraad en ik raad aan om de aansluiting mét en zónder te proberen. Een klein kritiekpuntje zou kunnen zijn dat de kabel – die wel vrij dun en lekker soepel is – slechts licht is afgeschermd, maar ook daarover later méér in het luisterdeel van de review.

Omdat de verticale schacht van de armbasis van deze toonarm een andere diameter heeft dan de Rega arm krijg je bij de arm een aluminium kraag meegeleverd die op het armboard moet worden gemonteerd. Dat is nog eenvoudig genoeg, maar omdat een schaalindeling op het armboard ontbreekt is het correct instellen van de Spindle-to-Pivot afstand van 216 millimeter – de afstand van het midden van het plateau tot het horizontale draaipunt van de arm, die essentieel is voor het kunnen instellen van de juiste overhang en fouthoek – relatief ingewikkeld. Acoustic Solid heeft een los leverbare universele instel-mal in zijn assortiment, maar voor de consument die dit misschien maar één keer nodig heeft, is dat misschien een te kostbare aanschaf. Ik raad sowieso aan om het monteren van een nieuwe arm en/of een element aan een ervaren dealer over te laten. 

De arm is erg mooi gebouwd en maakt een zeer solide en stabiele indruk. De lagers voelen geweldig goed aan en de vingerlift aan de headshell geeft geen aanleiding tot samengeknepen billen bij het opzetten van een plaat. Toch heeft deze arm één belangrijke omissie die ik niet onbesproken kan laten. En daarmee bedoel ik niet het ontbreken van dwarsdrukcompensatie, want het debat over het nut daarvan zal tot in lengte van dagen onopgelost voortwoeden. Nee, het gaat om iets fundamentelers: de arm heeft geen klem op de armrust zitten waarmee je hem kunt vastzetten wanneer je hem niet gebruikt.

De arm ligt puur op zijn eigen gewicht (en dat is dus maar een paar gram) in een niet eens halfronde uitsparing bovenop een aluminium blokje. Het oogt schitterend, maar hier had ik liever een beetje meer veiligheid gehad. Een universele afdekplaat of een stolp, waar ik straks nog op zal terugkomen, is bij deze arm eigenlijk geen optie, maar een regelrechte must. Zeker omdat je er waarschijnlijk een element in zal monteren dat qua prijsklasse wat beter in balans is met de arm dan de nog geen 300 euro kostende (maar voor dat geld subliem klinkende) Audio Technica die ik er voor deze review in monteerde.

Opstellen en in gebruik nemen 

De Acoustic Solid 110 Metal nam de plaats in van mijn gerestaureerde Thorens TD 125 Mk1, en werd achtereenvolgens (tijdelijk) aangesloten op de MM-phonotrap in mijn PrimaLuna EVO400i geïntegreerde versterker en op de uitstekende MM-phonotrap in mijn AURALiC Altair G2.1 streamer/voorversterker. Mijn PrimaLuna EVO100-11 Tube Phono Amplifier was namelijk bij de fabrikant voor een kleine modificatie. En hoewel de resultaten met zowel de interne phonotrap van de PrimaLuna EVO400i als met de AURALiC uitstekend waren, zijn de hier beschreven luistersessies toch gebaseerd op de ervaringen met de inmiddels teruggekeerde PrimaLuna phonotrap. Nadat ik met mijn Feickert Protractor NG de instelling van het element had gecontroleerd (die bleek perfect te zijn volgens de voor de Rega arm noodzakelijke Stevenson geometrie) en de juiste naalddruk had ingesteld deed ik na een uurtje warmdraaien eerst een snelheidsmeting.

Acoustic Solid specificeert de afwijking van de snelheid volgens een meting met de Ortofon-computer op 0,08%. Mijn meting met de minder nauwkeurige Turntable Speed app op de iPhone wees een zweving van 0,11% uit, nagenoeg hetzelfde dus. Zowel bij 33,33 als bij 45 toeren toonde de app daarnaast een afwijking naar boven van slechts 0.03% ten opzichte van de gestandaardiseerde snelheden, wanneer de microcontroller middels een groene LED aangaf dat het juiste toerental was bereikt en stabiel was. Dat zijn uitstekende cijfers.

Qua bedieningsgemak en uitrusting laat deze combinatie op het ontbreken van een stofkap na eigenlijk niets te wensen over. Het is voor een prettige en intuïtieve bediening niet van belang of er een grote console onder het draaiplateau en de arm zit, en omdat je de aandrijf-unit binnen de grenzen van de gewenste spanning op de snaar op verschillende plekken kunt neerzetten (zeker wanneer je maar één arm op de Solid 110 Metal gebruikt) was ik zéér snel aan de ergonomie van de speler gewend.

Dat de naald van het element door het ontbreken van een console een beetje in de luchtzweeft was voor mij iets langer een dingetje. Acoustic Solid heeft een universele afdekplaat van perspex in zijn assortiment. Die houdt het plateau stofvrij en beschermt de arm en naald van boven en van opzij, maar een kinderhandje kan er toch nog te gemakkelijk onder. Het Audio Technica element is voorzien van een wegklapbare kunststof naaldbeschermer, maar als je er bijvoorbeeld een naaktelement met een onbeschermd naar voren uitstekende cantilever in zou willen hangen kan ik me voorstellen dat een volledige stolp gevoelsmatig een betere oplossing is. Acoustic Solid heeft voor de platenspelers in de Classic Line een mooie stolp in het assortiment. Die is volgens de specificatie 19 centimeter hoog, en de Solid 110 Metal blijft daar met zijn 17 centimeter ver genoeg onder. Maar raadpleeg hierover in geval van twijfel gewoon je dealer, die kan je daar het beste over adviseren.

Onder de naald… Luisteren naar de Solid 110 Metal met de standaard arm 

Omdat ik met dank aan importeur GVR Audio langer dan gebruikelijk over de speler kon beschikken heb ik heel veel albums gedraaid. Ik zal me hier dus moeten beperken tot een zeer beperkte bloemlezing.

De eerste elpee die onder de naald ging was een oude favoriet, de Japanse persing van Kitaros nog niet aan de new-age beweging ten prooi gevallen meesterwerk Daichi (From The Full Moon Story). De dromerige crossover tussen Aziatische muziek en moderne elektronica zit vol details. De opening met een kabbelend stroompje en een koekoek, wervelende arpeggios en een op een Koto gespeeld akkoord klonk weids, met een groot en stabiel beeld dat zich in alle richtingen uitstrekte. Wat dat betreft deed hij absoluut niet onder voor mijn Thorens met daarin het aanzienlijk kostbaardere Holistic Audio HA-SE element. De lang aangehouden tonen lieten de méér dan voortreffelijke gelijkloop van de Solid 110 Metal horen en door de uitstekende afstelling bleef ook de laatste track van kant A (het in de verte een beetje aan Pink Floyd herinnerende Full Moon) zuiver klinken.

Het Audio Technica element vormde sowieso een prima match met de door Rega gemaakte WTB 370 arm, wat ook bleek bij een ander favoriet album van me; Alien Subspace van Edward Ka-Spel en Motion Kapture. Je hoort wel eens dat Audio Technica elementen een tikje slank kunnen klinken in het laag, maar daar is in deze combinatie geen enkele sprake van. De lage frequenties in de vervreemdende klanklandschappen die als achtergrond dienen voor de klaaglijk 'gezegzongen' teksten van onheilspoëet Ka-Spel deden de glazen in de vitrinekast rinkelen. Energie was er dus meer dan genoeg. Iets dat men normaal vooral toeschrijft aan het element in combinatie met de phonotrap, maar ik blijf erop hameren dat de wérkelijke verdieping van de weergave een holistisch ding is en dus óók zit in de kwaliteit en vooral de stabiliteit van het mechanische platform waarop je de plaat draait. Pas wanneer de draaisnelheid correct en constant is en er geen ongewenste resonanties aan de aftasting worden toegevoegd ontstaat ware transparantie in de weergave. Zoals hier.

To Mat or not To Mat, that is The Question 

Wie mijn platenspeler-avonturen een beetje volgt weet dat ik geen groot liefhebber ben van harde, gladde matten. Doorgaans vind ik het in de weergave daarmee een beetje ontbreken aan drive en warmte. Een (niet bij deze speler meegeleverd) aandrukgewicht kan daar qua drive goed bij helpen, maar ik vind een gladde mat vaak toch meer een design-element dan een toevoeging aan de weergavekwaliteit. De plexiglas matvan de Solid 110 Metal zou, uitgaande van resultaten uit het verleden, daarop dus geen uitzondering moeten zijn. Maar omdat ik me graag laat overtuigen van mijn eigen ongelijk beluisterde ik de Solid 110 Metal eerst uitvoerig met de platen direct op het plexiglas. En ik moest toegeven dat ik de kenmerkende breekbaarheidvan de weergave die ik met harde matten associeer nu niet waarnam. De klank was solide, de drive was meeslepend en er was geen sprake van de dunheid die mijns inziens ontstaat doordat trillingen van de naald in de groef via de harde mat terugkaatsen naar de plaat en zo de weergave vertroebelen en een beetje hard maken. Ik vermoed dat dat toe te schrijven is aan de leren mat die Acoustic Solid tussen het plateau en het plexiglas legt. Hmm, dat is interessant… Bij naakteacryl of POM plateaus is het meestentijds een ander verhaal, maar Meneer Wirth lijkt met zijn sandwich van aluminium, leer en plexiglas iets op het spoor te zijn.

Washi for the Win? 

Toch legde ik, omdat ik de snaarsparende gewoonte heb om bij het omdraaien of wisselen van de plaat het plateau te laten draaien, voor de zekerheid de van Washi-papier gemaakte TS30UN-BW mat van TEAC op het plateau. Die is zo dun dat je niet met de VTA aan de slag hoeft, en hij heeft tot nu toe op alle harde matten of naakte plateaus voor een duidelijk waarneembare verbetering van de weergave gezorgd. Meer rust, een ruimtelijker en kleurrijker beeld en vooral meer drivein de muziek.

Ik vertelde daarnet al dat dingen bij de harde mat op deze Solid 110 Metal een beetje anders dan anders zijn. De Washi mat bracht eigenlijk geen echte verbetering in de weergave, een feit dat me enigszins verblufte. Ik heb hem er op laten liggen als kussentjedat ervoor zorgde dat bij het aftillen van de plaat geen schurend contact tussen plexiglas en vinyl kon optreden, maar voor de geluidskwaliteit hoefde het dus niet.

Luisteren met de WTB 213 toonarm 

En daarmee zijn we er nog niet, want we zijn nu dus aangekomen bij het bonusgedeelte van deze al behoorlijk lange review. Ik had namelijk ook nog de toonarm van Acoustic Solid liggen die importeur GVR Audio had meegeleverd. Het monteren ervan was zoals ik al eerder uitlegde een klusje dat de nodige concentratie vergde, maar toen het Audio Technica element er eenmaal netjes in zat (omwille van het gelijke speelveld volgens de Stevenson geometrie) kon het luisteren beginnen.

Of toch niet? Want zowel met het Audio Technica MM-element dat ik voor een eerlijk vergelijk uit de Rega toonarm overzette, als met het prachtige Hana Umami Blue element waarover ik een aparte review ga schrijven had ik een brom. De boosdoener bleek de aan de arm gemonteerde kabel te zijn. Die klinkt geweldig, maar is blijkbaar vrij licht afgeschermd, waardoor je goed op de kabelrouting moet letten. In mijn opstelling liep de phonokabel in eerste instantie te dicht langs de voedingskabel van de aandrijf-unit. Toen ik de phonokabel daar minstens een decimeter bij uit de buurt had gelegd, op zijn plaats gehouden door een forse ferrietkraal, was de brom volledig verdwenen en kon het Grote Genieten beginnen. 

Het Grote Genieten

Want dat werd het uiteindelijk dus wél. De Rega toonarm is echt zéér capabel en biedt een geweldige prijs-kwaliteitverhouding, maar de 9 inch WTB 213 veegt er op alle vlakken de vloer mee aan. De bubbel van muziek die Kitaro nu in mijn luisterkamer neerzette was aanzienlijk groter en strekte zich nu zelfs tot áchter me uit.

Met gesloten ogen waande ik me IN de muziek. De klankkleuren en de afbeelding in de ruimte waren intenser en scherper afgebakend, maar beslist niet op een onnatuurlijke manier zoals wanneer je alle image-enhancers in het menu van je televisie volle bak aanzet. Niets daarvan; de laagste frequenties in de muziek van Ka-Spel en Motion Kapture waren dieper en schoner. De glazen in de vitrinekast rammelden net wat minder, maar de detaillering en dynamiek in het laag die ik daarvoor terugkreeg waren zeer welkom.

Het nieuwe album van Boris Blank, de muzikale helft van het Zwitserse duo Yello, klonk bijna holografisch. Een betere productie gaan we in 2024 denk ik niet meer horen. Door de grotere detaillering - maar de totale afwezigheid van scherpte - durfde ik ook het album Lords Of Data van de Amerikaanse spacerock-band Astral Wind wel onder de naald te leggen, en dat was een fantastische keuze. Op buldersterkte speelde deze combinatie werkelijk de sterren van de hemel. De vuigheid van de muziek was in volle glorie te beluisteren, maar dan wel transparant en met diepte en dynamiek. Een onverwachte maar zeer aangename dimensie. Tot slot – en dit is er echt eentje voor de die-hard connaisseurs – het gelijknamige eerste album van de Eindhovense progressieve jazzrockband Thomas Flinter. Een album dat me met de nodige nostalgie vervult, omdat mijn voormalige pianoleraar Ad Maas erop meespeelt. Als muziekdocent van een plaatselijk lyceum was hij een man van grote betekenis voor de lokale muziekscene, maar omdat ik op dat andere lyceumzat heb ik alleen pianoles van hem gehad. De Fender Rhodes die op dit album te horen is heb ik later van hem gekocht, en mijn vochtige ooghoeken tijdens het luisteren vertelden me dat het met de overdracht van emotie méér dan snor zat.

Conclusie

De Acoustic Solid 110 Metal is het prachtig gebouwde instapmodel van de Aluminium Line van het merk en biedt een verrukkelijke weergave. Groots en stabiel, kleurrijk en met een zelfverzekerde en meeslepende drive en autoriteit. Als dit nog maar de Benjamin van de serie is ben ik stiekem wel benieuwd wat de grotere broers daar nog aan toevoegen. Met de standaard toonarm is de weergave al zeer goed, maar met de optionele WTB 213 toonarm uit eigen atelier stijgt de speler van indrukwekkende instap-highend rechtstreeks de High End klasse in. Als het industrial-chique design je aanspreekt is dit echt een speler voor op je shortlist.

Is hij foutloos? Niet helemaal. Het ontbreken van een stofkap, wat overigens logisch is gezien de vormgeving, reken ik hem echt niet zwaar aan, en ook het feit dat het monteren van een andere arm niet echt een doe-het-zelf klusje voor de gemiddelde consument is heeft geen significante aftrek van punten tot gevolg, maar een kwart puntje kost het hem in totaliteit wel. Wat uiteindelijk wel gewoon een beloning van 4,5 van de 5 sterren én een HIFI.NL Aanrader Award oplevert.

Ook de prachtig klinkende WTB 213 arm scoort nét niet het volle pond omdat de kabel wat mij betreft beter afgeschermd had moeten zijn, en een klem op de armrust ontbreekt, maar ook hier deel ik met overtuiging 4,5 van de 5 sterren uit.

Acoustic Solid 110 Metal
2349 euro met WTB 370 toonarm en Audio Technica AT-VM95E element (basisuitvoering)
2649 euro met WTB 370 toonarm en Audio Technica AT-VM740ML element (hier getest)
Beoordeling Aanrader Award, 4.5 uit 5

Acoustic Solid 9” WTB 213 toonarm
2185 euro | www.gvr-audio.eu

MERK





EDITORS' CHOICE