(eerder gepubliceerd in HVT maart 2006)
Het zelf bouwen van luidsprekers is voor velen een plezierige en zinvolle vrijetijdsbesteding. Ik kan er uit ervaring over meepraten. Mijn eerste luidsprekers waren kleine gesloten systemen op basis van de befaamde KEF T27/B200-combinatie met een eigen scheidingsfilter.
De kast werd gebouwd door mijn vader met verlijmde stukken spaanplaat en multiplex, op basis van een van de BBC monitor model: smal en heel diep. Dat is inmiddels lang geleden en de tijd heeft niet stilgestaan. In de testkamer van HVT werd door Speakerland een top-zelfbouw-systeem neegezet. Tsja, da’s andere koek.
Luidsprekers zelf bouwen vraagt een beetje gevoel voor techniek. En kennis van houtbewerking is meegenomen. Maar het gaat natuurlijk om het uiteindelijke resultaat. Er zijn geen betere luidsprekers dan die je zelf gebouwd hebt. Luidsprekers waar je je eigen ziel en zaligheid in hebt liggen. Maar, zoals altijd, de volgende zijn wéér beter. Het aanbod van onderdelen is onoverzichtelijk groot en bestaat voor de gevorderden uit losse luidspreker- en filtercomponenten van bijna alle fabrikanten. Samengestelde kits inclusief houtpakketten zijn meer voor de beginner. In de zelfbouwwinkels kunnen de meeste systemen wel beluisterd worden. Handig, want dan weet je in elk geval wat je gaat bouwen, nietwaar? Vroeger viel het aanbod van de zelfbouwwereld op door veel grote veelwegsystemen, maar daar is ook de kunst van het beperken doorgedrongen. Veel is niet per definitie beter. En dat weten ingewijden maar al te goed.
Beperkingen
Is de zelfbouwluidspreker anders dan een kant en klare luidspreker? Wat zijn functie betreft natuurlijk niet, als we ervan uitgaan dat de taak van de luidspreker een heel complexe is: het omzetten van de aan de luidsprekerklemmen aangeboden elektrisch muzieksignaal in akoestische informatie. Als het om een hifi-luidspreker gaat, voegen we er nog een voorwaarde aan toe: de muzikale informatie die we uiteindelijk horen, moet geen storende bijproducten (voor de technisch onderlegden onder ons: lineaire en niet-lineaire vervorming) bevatten, noch essentiele muzikale informatie weglaten of maskeren.
Dat hoeft in principe niet mooi, maar alleen correct te gebeuren. Juist is nog steeds het adagium voor HiFi. En vooral die laatste toevoeging is de welbekende adder onder het gras.
Kortom: er is nog steeds geen luidspreker die aan die eis van honderd procent kan voldoen, daarvoor is het principe van de dynamische luidspreker veel te beperkt.
Toch zie ik vaak verschillen in zowel technisch als klankmatig gedrag tussen beide kampen. De ‘kant-en-klare’ luidspreker is in de meeste gevallen een compromis tussen de inzet van hardware en menskracht. En zeker niet te vergeten de factor marketing. Dat wil zeggen de gewenste positie in de markt (prijs/kwaliteitsverhouding). De zelfbouwer hoeft zich daar allemaal niet om te bekommeren. Hij kan voor een MaxiMax oplossing kiezen. De maximale inzet van maximale middelen voorzover zijn portemonnee het toestaat.
Eigenrichting
Dus die laatste oplossing is altijd beter? Nou niet altijd, want er spelen in ons vak allerlei emotionele en andere factoren een rol. Natuurlijk kun je een Avalon-kast nabouwen. Met wat pijn en moeite kom je aan vergelijkbare chassis, maar het filter wordt al een stuk moeilijker, want Neil Pattel is niet zo scheutig met informatie. Dus wat uiteindelijk in je kamer staat, is geen Avalon of iets gelijkwaardigs. Het is het gewoon een zelfbouwluidspreker die op een Avalon lijkt. Maar klankmatig is het gewoon een andere luidspreker.
Dat is dan ook de reden dat de zelfbouwwereld de afgelopen twintig jaar een eigen weg is ingeslagen. De aangeboden kits in het middenprijsklasse segment zijn zonder uitzondering doorwrochte ontwerpen die, mits aangestuurd door een goede versterker, alleszins muzikale resultaten geven. Eventueel voorzien van een persoonlijke touch in de vorm van wat klankmatige balansaanpassingen en natuurlijk de kastafwerking.
Ruud Jansen van Speakerland
De top is een ander verhaal, omdat men dan moet concurreren tegen ingespeelde fabrikanten met soms indrukwekkende research budgetten. Toch is Ruud Jansen van Speakerland die uitdaging aangegaan. Ruud is van bouwjaar 1964, heeft een achtergrond waarin HTS Werktuigbouwkunde en Technische Bedrijfskunde als rode draad fungeren. Als doel had hij een carrière bij DSM Research voor ogen, maar uiteindelijk heeft het HiFi-virus en het avontuur van het zelfstandig ondernemerschap hem te pakken gekregen, waardoor hij van zijn hobby HiFi en luidsprekers bouwen zijn beroep heeft gemaakt.