Mijn eerste kennismaking met producten van het merk McIntosh gaan terug tot midden jaren '70, toen ik als hulpverkoper werkte in een destijds gerenommeerde audiowinkel aan de Pleinweg in Rotterdam. De eigenaar van de winkel draaide in zijn privé-set met een McIntosh en na die mee naar huis te hebben genomen was de liefde geboren. Telkenmale als ik een McIntosh product in huis krijg, omarmt die nostalgie mij en ondanks dat ik zelf nog steeds geen enkel product van het merk bezit, blijven ze trekken en ooit, ooit komt het zover.
Dit keer heb ik de begin 2013 op de markt gebrachte D100 digitale voorversterker van de importeur weten los te peuteren, een product waarvan ik hooggespannen verwachtingen heb. De D100 kun je op twee manieren inzetten in een bestaande installatie. De eerste en eenvoudigste mogelijkheid is het gebruik van de D100 als digitaal naar analoog omzetter met een vast uitgangsniveau. De tweede mogelijkheid is het gebruik van de analoge uitgang die variabel is in volume, waardoor een separate voorversterker kan vervallen.
Bij die tweede optie hoort een 'maar', want realiseer u dat de D100 geen analoge ingangen heeft. Wel heeft de D100 vijf digitale ingangen, waarvan er twee werken via een RCA connector, twee via een optische ingang en één via een USB-bus. Elke ingang werkt tot een maximale samplerate van 192 kHz bij een bitdiepte van 24 bit, met uitzondering van de USB-bus die signalentot 32 bit kan verwerken. Voor USB-gebruik dient voor een Windows-PC een driver te worden opgehaald bij McIntosh. De ingangen verwerken alleen PCM-signaal, geen DTS of DSD. Helaas ontbreekt een digitale ingang met XLR, hoewel in de praktijk slechts een handvol mensen die zal missen.
Zoals aangegeven zijn er uitgangen met een vast en met een variabel uitgangsniveau. Beide zowel in XLR als in RCA uitgevoerd. Tevens is er aan de voorzijde een hoofdtelefoonuitgang te vinden voor hoofdtelefoons met een impedantie van 20 tot 600 Ohm. Opvallend is dat de uitgangen met de "mute"-schakelaar moeten worden uitgeschakeld als u alleen naar uw hoofdtelefoon wilt luisteren. Anders spelen de luidsprekers vrolijk mee, mits uw (eind)versterker aanstaat. Op de achterzijde vinden wij verder nog de aansluiting voor de netspanning en minijack-busjes die de D100 of randapparaten triggeren om mee aan en uit te schakelen. De voorzijde toont van links naar rechts de hoofdtelefoon-aansluiting, de bronkeuzeschakelaar, de mute-toets, een groot display, de IR-sensor voor de meegeleverde afstandsbediening, een setup-toets, de volumeregelaar en tenslotte de aan/uit-toets. Prominent op het glazen voorpaneel prijkt de naam McIntosh in zacht groen, precies zoals dat in de 70-er jaren al het geval was.
Alleen ditmaal verlicht met een LED en niet langer met lampjes die slijten. Het grote display is zelfs in gedimde stand erg helder. Het toont de gekozen ingang, de naam van de ingang, de samplefrequentie en de bitdiepte. Wordt het volume anders ingesteld dan laat de D100 tijdelijk de volumestand zien. Van de setup moet u zich niet veel voorstellen. De D100 kan wèl of niet worden ingesteld op automatisch uitschakelen als er een tijd geen signaal aan de ingangis geweest, de helderheid van dedisplay kan worden ingesteld op hoog en laag en de derde stap is het weergeven van de firmware-versie. Het uiterlijk is typisch McIntosh: glazen front, blank aluminium aan weerszijden van het voorpaneel en verder is het een 44,54 cm brede, zwarte kast.
Inwendig maakt de D100 gebruik van een ESS Sabre converter, geschakeld in Advanced Quad Balanced mode. Omdat er in totaal acht converters in die ene chip zitten is het dus niet moeilijk voor te stellen dat er per kanaal twee converters parallel staan voor de plus en twee voor de min van het signaal. Gescheiden voor links en rechts. Dat klinkt allemaal veel spannender dan het in werkelijkheid is. Inwendig ziet de D100 er zeer verzorgd uit met een uitgekiende lay-out van componenten op de printplaten. Een separate klok bij de receiver chip van de USB-ingang maakt asynchrone toepassing mogelijk.
Heel dicht naast de converter zit de tweede klok. Een zware voeding is voorzien van een stevige C-core transformator en de afvlakking plusbuffering van de gelijkstroom is uitgevoerd met Rubycon condensatoren. Duidelijk herkenbaar is de volledig gebalanceerde opbouw van de D100. Elke uitgang heeft zijn eigen paar transistors, ook de hoofdtelefoonuitgang. Op die manier is elke uitgang dus volledig onafhankelijk en zijn dezetegelijkertijdbruikbaar. Iets dat niet vaak voorkomt; meestal moeten de uitgangen worden gekozen met switches of staan ze simpelweg parallel. De volumeregeling vindt gelukkig plaats in de analoge versterker en niet in het digitale domein. Daardoor wordt het digitale signaal niet aangetast. De regelaar is van het impulstype dat een speciale chip aanstuurt.
Onbekend is of McIntosh in de D100 upsampling toepast op zijn ingangen of mogelijk zelfs een conversie van het PCM-signaal naar DSD, voordat de ESS Sabre converter aan de slag gaat. Verderop zult u lezen waarop mijn vermoeden is gebaseerd, dat er inderdaad conversie vanhet PCM-signaal plaatsvindt. McIntosh is helemaal niet scheutig met specificaties, wij weten alleen dat het vaste uitgangsniveau 2 Volt is op RCA en 4 Volt op XLR. Op de variabele uitgangen is dat 0-8 Volt en 0-16 Volt. Daarom gaan we snel luisteren wat de DAC aan prestaties levert, wat uiteindelijk veel belangrijker is dan alle technische praat.